Blikjes rapen
Toen ik zo’n 25 jaar terug een jaartje in New York woonde, zag je overal mensen sjouwen met grote vuilniszakken vol lege blikjes op hun rug. Niet zwaar, dus er kon veel in zo’n zak. Als pakezeltjes onder hun giga grote balen.
Overal waar ze maar een blikje konden ontwaren, op straat of in vuilnisbakken, ruimden ze de boel op. Je kreeg een stuiver per ingeleverd blikje. Kennelijk te weinig voor de individuele blikdrinker om moeite te doen, maar vele kleintjes maken een grote. Dit werkte aan twee kanten. De oprapers hadden iets te doen waar ze naar eigen inzicht en op eigen tempo en tijdstip hun zaakje konden regelen. Zonder managers, roosters, afgebakende werkgebieden, zonder drang om, zeg, ’s morgens om 8 uur je ergens te moeten melden of registreren, zonder kleurige hesjes met opdruk. Gewoon, je loopt rond, raapt en daarna inleveren bij de supermarkt.
Aan de andere kant werd de openbare ruimte een stuk aangenamer. De gemeente hoefde er niks aan te doen. Geen re-integratieproject, geen bevoogdende werkleider, geen dagbestedingsproject, dagopvang of gedwongen werk kwam er aan te pas. Het loste natuurlijk het armoedeprobleem van de vaak dakloze rapers niet op. Maar de ijver waarmee men raapte, maakte toch dat het in ieder geval niet onderdoet voor alle geldverslindende projecten die de gemeente zou kunnen verzinnen. Ik vond het geniaal!
Laatst was er in de krant een discussie over zwerfvuil. Er zijn mensen die vrijwillig in hun buurt zwerfvuil oprapen en in vuilinisbakken stoppen. Een soort gedragsstoornis, die ik ook heb. In mijn geval gaat het vooral om plastic dat ik in de containers deponeer. Zonder stuivers. Gewoon, omdat het lelijk is. Niks moraal over ‘zie mij eens jouw vuil oprapen’. Dat doe je voor jezelf, omdat je een prettige omgeving wilt. En morgen weer en overmorgen weer. Lijkt zinloos. Maar het is net zoiets als het schoonmaken van je huis. Moet ook telkens weer.
Je kunt moeilijk alles rapen, maar toch elke dag een stukje. Dat maakt gelukkig. Experts zeggen dat als alle mensen op aarde elke dag één stukje plastic oprapen, de groeiende plastic soep in de oceaan kan worden gestopt. Of misschien per blikje of per pond plastic een kwartje regelen? Dan zijn er vast veel meer mensen die gaan rapen. Het is licht genoeg om mee te sjouwen. En er ligt genoeg om dagelijks een mooi geldje te verdienen. Je moet dan wel iets regelen met innamedepots. Dan kunnen sommige rapers misschien trots zeggen: ik ben een ZZD’er, een zelfstandige zonder dak.
Mechtild Rietveld
Meer columns van Mechtild Rietveld leest u hier.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.