Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Toezicht op de industrie: 'Zonder wet blijven het loze woorden'

Regionale bestuurders en omgevingsdiensten spraken in de Tweede Kamer naar aanleiding van het OVV-rapport over Tata, Chemours en APN.

14 september 2023
Een demonstratie in 2021 tegen vervuiling door asfaltcentrale APN in Nijmegen.
Een demonstratie in 2021 tegen vervuiling door asfaltcentrale APN in Nijmegen.ANP

'Hier zitten vier bestuurders die allemaal al een keer nat zijn gegaan bij de rechter. Wij zoeken de grenzen dus wel op.' Aan het woord is de Nijmeegse D66-wethouder Tobias van Elferen. Hij schoof donderdag aan bij een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer, naar aanleiding van het rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) over industrie en omwonenden. In dit rapport betoogde de OVV dat de gezondheid van Nederlanders die rondom industriegebieden wonen niet gegarandeerd is, ook al worden de milieunormen geëerbiedigd.

Naast Van Elferen zaten twee gedeputeerden uit Zuid-Holland en één gedeputeerde uit Noord-Holland. Evenals de leidinggevenden van de omgevingsdiensten: Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied, Milieudienst Rijnmond DCMR en Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN). Hun hoofdpijndossiers vormden de drie cassussen in het besproken OVV-rapport: de asfaltcentrale APN in Nijmegen, chemiebedrijf Chemours in Dordrecht en Tata Steel in IJmuiden.

Interim Manager S11

JS Consultancy
Interim Manager S11

Projectleider Opleidingen S10

JS Consultancy
Projectleider Opleidingen S10

Met één mond

De vier regionale bestuurders en de drie veiligheidsinspecteurs spraken donderdagmiddag met één mond ten overstaan van de commissie van Infrastructuur en Waterstaat. Hun boodschap: zij hebben niet de wettelijke mogelijkheden om de industriële bedrijven in hun regio kort te houden.

Neem als aanschouwelijk voorbeeld wat Loes de Maat van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied vertelde over de immissienormen, oftewel de grenswaarden voor stoffen in de lucht. Die zeggen weinig over gezondheidsrisico's. 'De GGD meet dat in de IJmond wordt voldaan aan de huidige Europese normen, en toch is het er ongezond. Natuurlijk zijn er de adviesnormen van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), maar die zijn geen wettelijk kader. Wij hebben ook het Schone Luchtakkoord, maar dat is geen wettelijk kader. Wij kunnen daar dus niet op handhaven en dat niet opnemen in onze vergunningen.'

Dwangsom van 10.000 euro

De Nijmeegse wethouder Van Elferen vertelde binnenkort weer een overleg te hebben met vertegenwoordigers van de zeven wijken rond de APN asfaltcentrale. Nog afgelopen juli legde de omgevingsdienst een last onder dwangsom op aan het bedrijf, omdat het meer PAK uitstootte dan geoorloofd. Hij stelde zich voor dat daar straks tijdens de wijkenbijeenkomst naar gevraagd wordt. Die dwangsom is 10.000 euro. 'Dat is geen bedrag waar Dura Vermeer (de eigenaar van APN, red) de aandeelhouders voor bij elkaar hoeft te roepen', merkte Van Elferen op. 'Maar die 10.000 euro is wel gebaseerd op een landelijke richtlijn: Leidraad Handhavingsacties en Begunstigingstermijn.'

Ook als het bedrijf een formeel 'erkende' maatregel neemt, is dat niet per se een oplossing, vertelde de wethouder. 'Er bestaat een lijst met erkende maatregelen, waarvan verondersteld wordt dat als het bedrijf die neemt het bedrijf doet wat het moet doen om een bepaalde stof voldoende in te dammen. Dan hebben wij geen grondslag om te meten. Tegelijk is bij datzelfde Dura Vermeer in 2021 een overschrijding van zeventien keer de waarde van PAK gemeten, terwijl het bedrijf de erkende maatregel had genomen. Die maatregel is daarna wel van de lijst gehaald, via het Activiteitenbesluit - óók een landelijke regelgeving.'

Stuk bij de rechter

En wat als de gemeente verbiedt? 'Dat hébben we gedaan, maar dat ging stuk bij de rechter', aldus Van Elferen. 'De rechter zegt: u kunt niet zomaar in het bedrijfsproces zitten zonder dat u aan kunt tonen van elk van de losse stoffen dat die ongezond is.' Hetzelfde overkwam de provincie Zuid-Holland afgelopen maart, toen ze chemiebedrijf Chemours een strengere revisievergunning oplegde.

Zonder wettelijke ondergrond blijft veel bij mooie woorden, benadrukte Loes de Maat van de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied tegenover de Kamerleden. 'Het recht is een filter op de uitspraken die wij hier doen. Zoals: een vergunning moet ingetrokken worden. Of: de emissie moet naar nul. Vanuit gezondheidsoogpunt ben ik daar absoluut voor.' Máár...

'Wij onderzoeken nu de mogelijkheid om de vergunning van de kooks- en gasfabriek van Tata Steel in te trekken', gaf ze als voorbeeld. 'Ik kan u wel zeggen: als dat eenvoudig was, hadden we het al gedaan. Het is erg moeilijk dat juridisch houdbaar te doen. Ik ben zeer bereid risico’s te nemen; de rechter moet er maar een uitspraak over doen. Maar zonder wet blijven het loze woorden.'

Het voorzorgsprincipe

Net als de OVV willen de bestuurders en omgevingsdiensten een wettelijk voorzorgsprincipe voor persistente stoffen. De reden is dat een bedrijf als Chemours decennialang chemische stoffen kon uitstoten die nauwelijks afbreken in de natuur, stoffen waarvan nu gevreesd wordt voor de gezondheidsschade die ze kunnen veroorzaken. De Provincie Zuid-Holland wil dat niet nog eens meemaken, en pleit preventief voor een streng beleid ten aanzien van potentieel Zeer Zorgwekkende Stoffen (pZZS), wat volgens de rechter voorlopig echter niet mag.

Ik ben zeer bereid risico’s te nemen; de rechter moet er maar een uitspraak over doen.

Potentieel Zorgwekkende Vervoermiddelen

Ter illustratie begon leidinggevende Rosita Thé van omgevingsdienst DCMR in de Kamer over 'potentieel Zeer Zorgwekkende Vervoermiddelen, zoals de elektrische step'. 'Daar hanteren we in Nederland wél het voorzorgsprincipe: als we niet van tevoren weten of zo'n step veilig is, mag je er niet mee de weg op. Zo doen we het ook met elektrische apparaten en medische middelen. Het kan toch niet zo zijn we met een step voorzichtiger zijn dan met pZZS.'

Ondanks de strijd die omgevingsdiensten met de industrie voeren, komen ze zonder die bedrijven niet tot een oplossing, benadrukte Thé. 'Wat je nu ziet in de consultatiefase van het Europese verbod op PFAS, is dat er een enorme internationale lobby vanuit het bedrijfsleven wordt gevoerd om óf het verbod uit te stellen óf af te zwakken. Mijn oproep aan die bedrijven is: kom met een krachtig en gezamenlijk plan om om te schakelen naar alternatieve, veilige stoffen. Zwak het verbod niet af, maar wees het vóór. Ik ben ervan overtuigd dat wij deze problematiek alleen gezamenlijk aankunnen. De kennis van bedrijven hebben wij nodig. Anders lopen wij als omgevingsdienst ook achter de feiten aan.'

Niet opbeurend

Tegelijk is haar ervaring met chemiebedrijf Chemours niet opbeurend. 'Helaas zien we in deze casus nou net een gebrek aan openheid en verantwoordelijkheid. Volgens de bedrijfsvisie staan verantwoordelijkheid en duurzaamheid hoog in het vaandel van het bedrijf, maar in de praktijk zie ik dat niet terug. En dat raakt mij, dat raakt ons allemaal. Ik spreek met andere medewerkers binnen DCMR en die wonen zelf in de regio. Zij maken zich ook zorgen. Dan komt het dichtbij.'

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Bert Bakker
Dus dat gaat op termijn allemaal dicht, de banen verloren, weer minder zelfstandigheid als land en dan kopen we al die eindproducten in via het buitenland voor minder omdat daar geen of onder de tafel afkoopbare regulatie bestaat en ze niet moeilijk doen over arbeidsomstandigheden of het nu kinderen of berooide bejaarden zijn. Want zo loopt dat af. De omgeving wordt daar niet beter van, het klimaat gaat daarvan achteruit maar de mooipraters hebben een vinkje op hun cv en waarschijnlijk een douceurtje of wat via de lieden die er nu aan gaan verdienen.
Bert Bakker
Openheid en verantwoordelijkheid is nu niet direct waar ons bestuur om bekend staat maar dat mag de pret niet drukken.
Bert Bakker
En ja ik probeer dat zeker wel maar macro is dat echt niet het geval.
Hielco Wiersma
Als het even niet mee zit verschuilen bestuurders zich graag achter volgens hen ontbrekende landelijke wetgeving.
Het probleem dat Overheden (soms) niet altijd het gelijk van rechters krijgen zit echter vaak in:
-de onvolledigheid van de dossiers.
-onvoldoende controle op de naleving van de voorwaarden van de vergunningen en daarop snelle preventief dan wel repressief te nemen acties.
-onvoldoende wetenschappelijk onderzoek naar oorzaken (hard bewijsmateriaal) en voorgestelde oplossingen.
Een goed dossier bij de rechter is minimaal een halve gewonnen zaak.
Advertentie