SER wil sturende rol provincies bij krimp
De Sociaal-Economische Raad vindt dat provincies in krimpregio’s de regie moeten nemen. De rijksoverheid moet ruimte bieden om zo nodig af te wijken van bestaande wetten en regels.
In een deze week gepresenteerd conceptadvies pleit de SER voor een krachtige rol van provinciebesturen in krimpgebieden. Sturing vanuit Den Haag ligt volgens de Sociaal- Economische Raad niet voor de hand.
‘De krimp in Noordoost-Groningen vereist een andere aanpak dan de krimp in Zeeuws-Vlaanderen’, zegt Harry Garretsen, plaatsvervangend Kroonlid van de SER en voorzitter van de commissie die het advies heeft voorbereid. ‘Tegelijkertijd overstijgt de problematiek de gemeentelijke schaal. Daarom ligt het voor de hand dat de provincies hierin een taak hebben te vervullen.’
De SER vindt verder dat er in krimpregio’s ruimte moet zijn om te ‘experimenteren’. Concreet betekent dit dat volgens de adviesraad soms van wet- en regelgeving moet kunnen worden afgeweken.
‘Landelijk is vastgelegd dat schaalvergroting in het onderwijs moet worden tegengegaan’, noemt Garretsen als voorbeeld. ‘Maar het is voorstelbaar dat in krimpgebieden juist fusies nodig zijn om het onderwijsaanbod op peil te houden. Die mogelijkheid moet je niet op voorhand uitsluiten. Van de ervaringen in de krimpgebieden kunnen toekomstige krimpregio’s vervolgens veel leren. Bij wetgeving wordt nu eenmaal vaak gedacht vanuit groei.’
Het SER-advies, tot stand gekomen op verzoek van het kabinet, is volgens Garretsen ook belangrijk om het bewustzijn van krimp bij het bedrijfsleven te vergroten. ‘Tot nu toe was dit heel erg een discussie in kring van bestuurders. Uit ons conceptadvies mag blijken dat ook werkgevers en werknemers ervan zijn doordrongen dat krimp een onomkeerbaar proces is waarmee steeds meer regio’s te maken zullen krijgen.’
De SER spreekt in het rapport van een ‘transitie’, die is voltooid op het moment dat krimpregio’s zonder speciale overheidssteun ‘voldoende vitaal’ zijn. In de tussentijd is wel extra geld nodig voor herstructurering en economische structuurversterking, vindt de SER. In de visie van de SER zijn het echter ‘vooral’ bedrijven, maatschappelijke organisaties, instellingen en burgers die, samen met de overheid, moeten zorgen voor ‘een duurzame regionale ontwikkeling’.
Het ontwerpadvies van de SER gaat nu voor inspraak naar de organisaties van werkgevers en werknemers, en zal volgende maand definitief worden vastgesteld.
‘Denk bovengemeentelijk’
Het conceptadvies van de SER over krimp, bevat een reeks concrete aanbevelingen op diverse terreinen. Regionale samenwerking vormt hierbij het sleutelbegrip. Enkele voorbeelden.
* WONINGVOORRAAD. Breng als gemeenten en woningcorporaties potentieel geïnteresseerde partijen samen. Denk bovengemeentelijk, stem plannen regionaal af en heb oog voor de bestaande sociale samenhang van wijken.
* BEDRIJVENTERREINEN. Voorkom overcapaciteit en stem als gemeenten en provincies regionaal af. Maak scherpe keuzes en zoek gericht naar samenwerking met private partners zoals vastgoedondernemers, ontwikkelaars en beleggers.
* ONDERWIJS. Stem bovengemeentelijk af om tot een goede spreiding van kwalitatief goed onderwijs te komen. Laat lokale ondernemers een rol spelen bij administratie, huisvesting, catering en vervoer. Stem het onderwijs af op de regionale economie, en zorg voor wederzijdse erkenning van diploma’s tussen buurlanden. Richt het onderwijs in grensregio’s meer op de taal en cultuur van buitenlandse buurregio’s.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.