Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

‘Roze invasie bleef uit’

Ger Koopmans, Tweede Kamerlid voor het CDA, zorgde er met een amendement voor dat de wettelijke beperking op handel in dierrechten werd opgeheven. ‘Niemand is er in geïnteresseerd waar de dierrechten vandaan komen. Het gaat erom hoeveel dieren op een bepaalde plek komen.’

20 maart 2009

Brabantse varkenshouders kunnen tegenwoordig gemakkelijker een nieuw bedrijf beginnen in Gelderland of Overijssel dan tot anderhalf jaar geleden het geval was. Voorheen moesten zij in het oosten van het land eerst dierrechten kopen om zich hier te kunnen vestigen. Sinds 1 januari 2008 mogen bestaande ‘Brabantse’ rechten echter ook worden ingezet om elders in het land een bedrijf op te starten.

 

Op grond van de Meststoffenwet mochten dierrechten tot 2008 niet vrij worden verhandeld. Nederland was verdeeld in drie compartimenten: de concentratiegebieden Oost (Gelderland, Overijssel) en Zuid (Limburg, Noord-Brabant), en de rest van het land. Dierrechten mochten niet worden verplaatst naar concentratiegebieden, of tussen concentratiegebieden onderling.

 

Een amendement van CDA-Tweede-Kamerlid Ger Koopmans leidde ertoe dat deze wettelijke beperking werd afgeschaft. Volgens Koopmans had de zogeheten compartimentering ‘een averechts effect’ doordat sterke prijsverschillen ontstonden: in Overijssel waren dierrechten goedkoper dan in Brabant. Hierdoor was volgens Koopmans sprake van ‘onnodige prikkels’ voor Brabantse varkenshouders om hun rechten te verkopen, en in Overijssel een nieuw bedrijf te beginnen. ‘Dat was een ongezonde situatie en daar zijn we nu vanaf’, meent het CDA-Kamerlid.

 

Koopmans beaamt dat zijn amendement in het land veel stof heeft doen opwaaien: ‘In Brabant stond op de voorpagina van de krant: “Alle varkens komen naar Brabant”, en in Overijssel stond: “Alle varkens komen naar Overijssel”. Verder voorspelde het noorden een roze invasie, en Zeeland trouwens ook. Dit kon zeker niet allevier waar zijn, en de toen uitgesproken vrees is tot nu toe dan ook niet uitgekomen.’

 

Koopmans noemt het ‘een misvatting’ en ‘een fake-discussie’ dat de afschaffing van de compartimentering leidt tot een trek van Brabantse varkenshouders naar Overijssel, en daarmee tot veel maatschappelijke onrust. ‘Het tegendeel is waar’, zegt de CDA’er. ‘De prijsprikkel is weg, en daardoor is een extra reden voor een Brabantse boer om naar Overijssel te gaan juist verdwenen. Bovendien gáát het daar niet om. Niemand is er in geïnteresseerd waar die dierrechten vandaan komen. Het gaat erom hoeveel dieren er op een bepaalde plek komen.’

 

Visie

 

Inmiddels werkt Overijssel aan een manier om al te vergaande verdichting van het landschap te voorkomen. Voor elk nieuw agrarisch bouwblok in Overijssel moet elders in de provincie een bouwblok worden opgeheven, zo staat in de binnenkort vast te stellen omgevingsvisie. Noord-Brabant en Utrecht hebben vergelijkbare voorwaarden in hun reconstructieplannen staan.

 

Overijssel kiest alsnog voor deze aanpak naar aanleiding van de ontstane onrust over de megastallen. Family Farmers, een vanuit Brabant opererend samenwerkingsverband van varkenshouders, heeft aanvragen ingediend voor vier megabedrijven in Overijssel: twee in Hellendoorn en twee in Twenterand.

 

Met schaalvergroting en concentratie van de intensieve veehouderij heeft Koopmans geen moeite: ‘De intensieve veehouderij weghalen bij de natuur en aan randen van dorpen, en concentreren in landbouwontwikkelingsgebieden; dat is natuurlijk precies de bedoeling van de Reconstructiewet.’

 

Koopmans is het niet eens met de stelling van zijn partijgenoot en oud-landbouwminister Cees Veerman dat de schaalvergroting leidt tot onvoorziene effecten. ‘Dan had Veerman de sector beter moeten bekijken. Opschalen is ook niet erg. Bedrijfseconomisch bezien valt dat alleen maar te waarderen.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie