Omgevingswet: kwart van gemeenten in de problemen
Een kwart van de gemeenten loopt ernstig achter bij de voorbereidingen op de Omgevingswet. Een op de veertien gemeenten verwacht zeker niet op tijd klaar te zijn als de wet op 1 juli 2022 wordt ingevoerd. Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken) houdt vast aan de geplande invoeringsdatum.
Een kwart van de gemeenten loopt ernstig achter bij de voorbereidingen op de Omgevingswet.
Een op de veertien gemeenten verwacht zeker niet op tijd klaar te zijn als de wet op 1 juli 2022 wordt ingevoerd. Minister Ollongren (Binnenlandse Zaken) houdt vast aan de geplande invoeringsdatum.
Minder animo
Dat blijkt uit de voortgangsrapportage die OIlongren naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. Of die cijfers een reëel beeld geven is niet helemaal zeker. Ollongren constateert dat het animo onder gemeenten afneemt om de bewerkelijke driemaandelijkse monitor in te vullen. Nu deed 62 procent dat. Die cijfers zijn geëxtrapoleerd naar alle gemeenten. Of juist koplopers of achterblijvers de monitor invullen is niet bekend.
Meer dan gedacht
Van de gemeenten die de lijst wel invulden, geeft 18 procent dat ze nog meer moeten doen dan gedacht en dat ze nog aan die inhaalslag moeten beginnen. Nog eens 7 procent verwacht niet op tijd op klaar te zijn. Daartegenover geeft de helft van de gemeenten aan dat ze al extra inspanningen aan het organiseren zijn om de deadline te kunnen halen. Een kwart verwacht met het huidige tempo van inspanningen op tijd gereed te zijn.
DSO
Met het gebrek aan budget vormt het digitale stelsel voor gemeenten nog altijd het voornaamste obstakel. De vertraagde oplevering van landelijke voorzieningen (DSO-LV) als de STOP-standaard werkt daarbij lokaal door. De software voor planvorming komt daardoor voor gemeenten later beschikbaar. Nu een toenemend aantal gemeenten oefent met het DSO komt ook de kwetsbaarheid van het systeem aan het licht, in de vorm van veelvuldige storingen.
Uitstellen
Een relatief nieuw probleem voor gemeenten vormt de krapte op de arbeidsmarkt. Veel gemeentelijke capaciteit in het fysieke domein gaat momenteel op aan de talrijke ruimtelijke initiatieven. Daardoor resteert minder tijd voor de implementatie van de Omgevingswet. Het is daarbij lastig om aan gekwalificeerd personeel te komen. Ollongren constateert dat veel gemeenten de noodzakelijke voorbereidingen uitstellen tot het tweede kwartaal van 2022. ‘Daarmee kan het risico ontstaan dat deze groep gemeenten na inwerkingtreding problemen kan ondervinden in haar dienstverlening.’
Invoeringsdatum
Wellicht wachten deze gemeenten na alle eerdere uitstel van de wet eerst op witte rook over de invoeringsdatum. Daarover biedt de Kamerbrief geen nieuwe inzichten. ‘Met de bestuurlijke partners heb ik vastgesteld dat we de wet per 1 juli 2022 graag in werking zien gaan’, schrijft Ollongren naar aanleiding van het Bestuurlijk Overleg met gemeenten en provincies van eind oktober. Minstens een half jaar vóór de invoeringsdatum (dus per 1 januari 2022) zou daarover nog steeds zekerheid moeten zijn. Al lijkt het, mede gezien de trage kabinetsformatie, inmiddels een utopie dat de wet dan al volledig door de Tweede en Eerste Kamer is geloodst.
Monitorprogramma
In de Kamerbrief maakte Ollongren ook nog bekend dat de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur (Rli) de werking van de Omgevingswet na de invoeringsdatum gaat monitoren. Komend voorjaar zal de Rli dit monitorprogramma nader uitwerken.
Het zou fijn zijn als het Rijk zich ging richten op problemen in de maatschappij, in plaats van dit soort hobbyprojecten die niets anders opleveren dan een titel voor bezuinigingen.