Gemeenten maken geen haast met woonwagenplekken
Gemeenten maken nauwelijks ruimte vrij voor standplaatsen voor woonwagens. In heel Nederland wachten zo’n 2000 mensen op een standplaats, maar in de laatste twee jaar zijn er slechts zo’n 100 plekken gerealiseerd. Dat blijkt uit een onderzoek van de NOS onder gemeenten.
Gemeenten maken nauwelijks ruimte vrij voor standplaatsen voor woonwagens. In heel Nederland wachten zo’n 2000 mensen op een standplaats, maar in de laatste twee jaar zijn er slechts zo’n 100 plekken gerealiseerd. Dat blijkt uit een onderzoek van de NOS onder gemeenten.
Uitsterfbeleid
Gemeenten zijn nooit erg happig geweest op het realiseren van meer plekken voor woonwagenbewoners. Velen voerden tot voor kort een ‘uitsterfbeleid; als een bewoner zijn plek verliet, mocht niemand de plek meer innemen. Maar het Europees Hof voor de Rechten van de Mens maakte daar drie jaar geleden een eind aan: het uitsterfbeleid was discriminerend. Gemeenten moeten zoekende woonwagenbewoners, net als gewone huurders, zicht geven op een standplaats op redelijke termijn.
Eenduidig
Maar uit het NOS-onderzoek blijkt dat dit beleid nog niet eenduidig is. In een gemeente als Zeist zijn onlangs vijftig extra plaatsen gerealiseerd, maar in Utrecht en Beverwijk wachten meer dan honderd mensen nog op een plek, zonder dat er een standplaats is bijgekomen. De helft van de gemeenten heeft geen onderzoek gedaan naar de behoefte aan standplaatsen. De VNG werkt inmiddels aan een handreiking over het woonwagenbeleid, die uiterlijk begin volgend jaar klaar moet zijn.
Dan ook graag marktconforme huurprijzen voor de ondergrond, want het mag immers niet zo zijn dat de overige kavelzoekenden gediscrimineerd worden omdat zij wel een reguliere marktprijs moeten betalen.