Gemeenten mogen straks geen strengere eisen stellen aan nieuwbouw
Minister De Jonge is van plan de beleidsvrijheid van gemeenten om strengere eisen te stellen aan nieuwbouw te schrappen uit de Omgevingswet.
Er moet meer industrieel gebouwd worden, vindt minister Hugo de Jonge (CDA) van Binnenlandse Zaken. Daarmee valt de woningbouw te versnellen en zijn energie- en milieuprestaties van gebouwen te verbeteren. De beleidsvrijheid voor gemeenten om strengere eisen te stellen op dit gebied, zoals voorzien in de Omgevingswet, wil hij daarom schrappen. Dat schrijft de minister in antwoord op Kamervragen over een landelijk toetsingskader voor prefabwoningen.
Bouwbesluit
Op dit moment toetst elke gemeente of een fabriekswoning voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit 2012, ook al is precies dezelfde woning eerder in een andere gemeente al getoetst aan datzelfde Bouwbesluit. Aedes, koepelorganisatie van woningcorporaties, pleitte eerder voor een landelijke toets voor fabriekswoningen. Volgens Aedes-voorzitter Martin van Rijn kan er daardoor sneller worden gebouwd. Minister De Jonge zegt nu dat de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) het landelijk goedkeuren van fabriekswoningen 'grotendeels mogelijk' maakt. De Wkb zou op 1 januari 2023 in werking moeten treden.
Stuk voor stuk
'Onder de Wkb is het niet langer de gemeente die ieder bouwplan stuk voor stuk moet beoordelen en goedkeuren. Kwaliteitsborgers beoordelen bouwplannen en zien toe op de uitvoering van de bouwtechnische regels', schrijft de minister. Fabriekswoningen 'en andere vormen van conceptuele woningen' kunnen dan vooraf beoordeeld en goedgekeurd worden. Als bouwers daarbij zorgen voor een 'goed kwaliteitszorgsysteem' kan dat leiden tot 'het nog verder beperken van de externe controle op bouw', zo stelt de minister. De minister wijst op het Netwerk Conceptueel Bouwen waarin proefprojecten plaatsvinden om te oefenen met deze aanpak.
Circulair
Het eerder dit jaar verschenen Programma Woningbouw mikt op meer circulair en industrieel bouwen. De Jonge ziet hierin een 'effectieve, duurzame en snelle oplossing' voor de woningbouwopgave. Het biedt volgens hem een kans de kwaliteit te verhogen, de milieubelasting te verlagen en afvalstromen te verminderen. In 2030 zou, zo staat in het Programma Woningbouw, de helft van de woningbouwproductie via circulair en industrieel bouwen gerealiseerd moeten worden.
Bovendien is het in het kader van de ruimtelijke ordening ook nodig dat de provincies eens een toontje lager gaan zingen bij het gebruik van het dirigeerstokje.