‘Investeer eenmalig in 100.000 energiearmen’
De overheid moet eenmalig geld uittrekken om 100.000 gezinnen met de meeste energiearmoede van een beter geïsoleerde woning te voorzien.
Huishoudens met een lager inkomen zijn nog altijd erg kwetsbaar voor structureel hoge energieprijzen. Dat concludeert TNO na onderzoek. Het onderzoeksinstituut pleit daarom voor een eenmalige investering om de woningen van juist deze groep te verduurzamen. Daarmee kan de impact van hogere energiekosten beter worden verdeeld over huishoudens met lage en hoge inkomens.
7,8 procent
Volgens TNO besteedden Nederlanders vorig jaar gemiddeld 7,8 procent van hun inkomen aan kosten voor energie. In 2020 was deze zogeheten energiequote nog 4,2 procent. Maar het onderzoeksinstituut stelt dat dit niets zegt over de spreiding van de gestegen energiekosten, waarop TNO besloot onderzoek te doen. Op basis van die resultaten blijkt dat ruim een kwart van alle huishoudens 8 procent of meer van hun inkomen kwijt is aan energiekosten. Dat staat gelijk aan ongeveer 1,9 miljoen huishoudens.
Grote verschillen
Daarbij zijn er grote verschillen tussen gemeenten. Energiearmoede komt het meest voor in de drie noordelijke provincies en in Limburg. De gemeenten met de grootste subgroep van energiearmen bevinden zich in Noordoost-Groningen en Zuid-Limburg, zoals Pekela (12,5 procent), Westerwolde en Oldambt (beide 10,6), Heerlen(10,3) en Vaals (9,8).
Eenmalige investering
De groep die relatief het meeste kwijt is aan energie, huishoudens met een laag inkomen die wonen in een slecht geïsoleerd huis, bestaat in Nederland uit zo’n 100.000 huishoudens. Voor die groep zou een eenmalige investering waarmee zij hun woningen kunnen verduurzamen soelaas bieden. ‘Een eenmalige investering om de woningen van deze groep te verduurzamen, betekent dat er jaarlijks minder inkomenssteun nodig is om extreme inkomenseffecten te compenseren’, legt TNO-onderzoeker Peter Mulder uit.
Geen verband
Opvallend volgens TNO is echter, dat er geen verband is tussen de duurzaamheid van een woning en het inkomen van een huishouden. Goed en slecht geïsoleerde woningen zijn ongeveer evenredig verdeeld over inkomensgroepen. De voornaamste uitzondering is zelfs dat huishoudens met een hoog of zeer hoog inkomen relatief iets vaker in een matig of slecht geïsoleerd huis wonen.
Kwetsbaar
Desondanks blijven huishoudens met een laag inkomen kwetsbaarder voor hogere energieprijzen, aldus TNO. Daarom zijn inkomensafhankelijke beleidsmaatregelen nodig om de energiequote van deze groep naar beneden te krijgen. ‘Verduurzaming van woningen is niet dé oplossing voor hogere energieprijzen maar het maakt wel een groot verschil: vooral lagere inkomens hebben in een goed geïsoleerde woning een aanzienlijk lagere energiequote’, aldus Mulder. (ANP/Redactie)
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.