'Ik prijs het moment dat ik solliciteerde'
Vorig jaar werd Hennie Koek (51) directeur van de Dienst Binnenwaterbeheer Amsterdam. Water is óók openbare ruimte, zegt ze. Ze maakt zich sterk voor de doorvaarbaarheid en toegankelijkheid van de stad. Eerder was ze wethouder in Leiden en directeur Stedelijke Bestuursadvisering van de Bestuursdienst in Amsterdam.
Hoe bent u hier terecht gekomen?
Ik was directeur van de Directie Stedelijke Bestuursadvisering, en Amsterdam heeft sinds enige tijd de regel dat alle directeuren om de vijf jaar van functie veranderen. Ik ging dus op zoek naar een nieuwe omgeving. Binnenwaterbeheer is heel anders, maar er zijn raakvlakken op het gebied van management. Daarom durfde ik te solliciteren. Het was een goed gesprek, onder andere over de vraag hoe ik met een andere manier van werken zou omgaan.
Hoe anders is die?
De Bestuursdienst is veel abstracter. Ik was betrokken bij de beleidsvoorstellen van zo'n twintig van de dertig diensten en de stadsdelen. Als adviseur sta je daar tussenin, en natuurlijk tussen college en ambtelijke organisatie. Je bent een bruggenhoofd, een sluiswachter in een netwerk van belangen. Mijn nieuwe baan is veel concreter. Nu gaat het over échte bruggen en sluizen. Ik heb geen groot vaarbewijs, maar ik heb wel affiniteit met dit werk.
Wat boeit u aan het binnenwater?
Amsterdam is een fascinerende stad en dit werk past bij mij. Concreet, praktisch. Mensen vergeten wel eens dat het de moeite waard is om een uitvoerende dienst te leiden. Dit gaat over de toegankelijkheid van de stad en de geloofwaardigheid van het bestuur. Voor burgers is dit minstens zo relevant als een beleidsadvies.
U voelt zich verantwoordelijk voor die geloofwaardigheid?
Ja, ik wil een bijdrage leveren aan het bestuur. Daarom ben ik ook wethouder geweest in Leiden en stadsdeel-secretaris in Bos en Lommer. En zo voeg ik ook nu waarde toe. Dat vertrouwen heb ik wel. Welke waarde? Bijvoorbeeld: dingen vanuit verschillende invalshoeken bekijken. Je steeds afvragen: wat betekent dit voor de stad als geheel? Vandaag de dag is er veel aandacht voor veiligheid en handhaving, ook bij de gemeente zelf. Maar het water mogen we niet vergeten. Dat is óók openbare ruimte. Trouwens, ook wij hebben opsporingsbevoegdheid.
'Water' staat niet in hoog aanzien?
Waterberging en waterbeheer wel. Maar water als infrastructuur veel minder. De meeste mensen kijken er overheen. Maar voor burgers is het wel belangrijk. Denk alleen al aan de grachten, de enorm gegroeide pleziervaart. Daar zijn grote belangen mee gemoeid. Roep iets over woonboten en je hebt een zaal vol burgers. Er lijkt altijd een spanning te bestaan tussen walbewoners en woonbootbewoners. Om over de bedrijfsvaart met 30.000 schepen per jaar nog maar te zwijgen. Wist u dat er nog altijd schepen vol zand en grind door de Kostverlorenvaart gaan?
Tegen wie zegt u dit nu eigenlijk?
Ik hoef me niet te verdedigen. Maar het bewustzijn over de doorvaarbaarheid van de stad mag groter. Dat hou ik collega's, de andere diensten en de energiebedrijven voor. En dus ook de burgers.
Hoe gaat u met al die belangen om?
Het gaat erom het evenwicht te vinden tussen een wat directieve stijl van 'jongens, zo doen we het' en een stijl die ruimte geeft. Die laatste werkwijze is mijn natuurlijke stijl. In de praktijk weten mensen toch wel dat je de baas bent.
Is het wat u verwachtte?
Meer dan dat. Ik prijs het moment dat ik solliciteerde. Al die facetten van de stad en het water, geweldig. Ook al stap ik over vier jaar weer op, het is een prachtige uitdaging.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.