Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

De scholen lopen leeg

Bevolkingsdaling gaat in steeds meer delen van het land de beleidsagenda bepalen de komende jaren. In een serie artikelen besteedt Binnenlands Bestuur aandacht aan de gevolgen van krimp. Het aantal leerlingen daalt, waardoor er in 208 gemeenten sprake is van zware krimp.

31 augustus 2012
lege-klas.JPG

In Zeeland, Limburg en Groningen daalt het aantal leerlingen al jaren. En de komende drie jaar zal die krimp ook in andere provincies hard toeslaan, blijkt uit cijfers van het CBS. Honderden schoolgebouwen komen leeg te staan.

Bevolkingsdaling gaat in steeds meer delen van het land de beleidsagenda bepalen de komende jaren. In een serie artikelen besteedt Binnenlands Bestuur aandacht aan de gevolgen van krimp.

Deel 3: Scholen

Bureau Scholenbouwmeester maakte onlangs een inventarisatie van 150 schoolgebouwen in Groningen en Drenthe. Honderd gebouwen hebben een overcapaciteit van gemiddeld 200 vierkante meter per gebouw: vier klaslokalen. Hanneke van Brakel van Bureau Scholenbouwmeester: ‘De vergoeding per leerling gaat wel omhoog, maar voor die vier lokalen betaal je als bestuur wel de gasrekening. Het kan niet uit.’

Er is inmiddels een denktank waarin schoolbesturen en gemeenten samen en integraal het accomodatiebeleid voor de komende jaren gaan bekijken. Van Brakel: ‘Er moet echt een herverkavelingsoperatie komen. Het juiste volume op de juiste plek.’

In de gemeente Emmen staan op dit moment vier schoolgebouwen leeg, zegt Kees ten Hoor van de gemeente Emmen. Niet alleen door krimp, er is ook nieuwbouw opgeleverd. Ten Hoor: ‘De deur van de scholen zit op slot, de verzekering loopt door. Als er een ruitje gebroken is, wordt dat hersteld. De exploitatiekosten zijn laag. De gebouwen zijn bijna afgeschreven, maar we willen voorkomen dat de conditie door leegstand al te zeer achteruit gaat.’

De gemeente heeft drie van de vier gebouwen bij een makelaar in de verkoop staan, voor het vierde wordt gezocht naar een nieuwe bestemming, maar dat is moeilijk. ‘In kleine dorpen willen bewoners er graag over meedenken, de school ligt vaak in het hart van het dorp. Maar het is de vraag of het in deze tijd lukt om een nieuwe gebruiker te vinden.’

Scholen sluiten
Emmen is bezig met het formuleren van nieuw beleid op dit gebied: ‘De komende jaren krijgen we te maken met een krimp van tussen de 4 en 8 procent. We hebben nu 100.000 vierkante meter aan gebouwen voor het primair onderwijs, als je daar 5 procent vanaf haalt, hebben we op den duur zeker twee, drie schoolgebouwen minder nodig.’

Scholen sluiten is een enorme stap, vindt Ten Hoor: ‘Elke school heeft een eigen verhaal, eigen onderwijskundige aanpak en identiteit, formatie, je hebt te maken met verschillende denominaties en je wilt in je regio een goede mix van kleine, middelgrote en grote scholen.’ Het gesprek over samenwerken en fuseren, tussen de verschillende denominaties en binnen de denominaties, moet binnenkort echt gaan plaatsvinden.

‘De schoolbesturen hebben de intentie uitgesproken om bij de aanpak van het probleem gezamenlijk op te gaan trekken.’ In Emmer-Compascuum komt waarschijnlijk een pilot: ‘Een dorp met zeven basisscholen in zeven gebouwen. Daar hebben we gezegd: misschien kunnen jullie samengaan. Dan zou je kunnen denken aan een nieuw schoolgebouw, een drie-onder-een-kapper ofzo. Daar zijn we nu aan het praten, maar het ligt grotendeels op het bord van de schoolbesturen.’

Michelinsterren
De gemeente Sluis (Zeeuws Vlaanderen) heeft maar liefst drie restaurants met Michelinsterren binnen de gemeentegrenzen die veel klandizie uit het hele land trekken, maar de bevolkingsprognoses voor de regio zijn dramatisch. De komende paar jaar zal het aantal kinderen in de basisschoolleeftijd met 30 procent dalen. In totaal heeft de gemeente Sluis nu 1700 leerlingen, verspreid over 21 schoolgebouwen.

‘Er komen onherroepelijk gebouwen leeg te staan’, zegt Jeroen Koppert, senior beleidsadviseur maatschappelijke en sociale zaken in Sluis. Restaurant De Kromme Watergang in Slijkplaat (twee Michelinsterren) is gehuisvest in een voormalig kleuterschoolgebouw. Zo’n herbestemming is natuurlijk ideaal, maar die markt is nu wel verzadigd, vermoedt Koppert. Er spelen bij de huisvesting en financiering in het onderwijs veel verschillende belangen – van de gemeente, de schoolbesturen, de ouders, de dorpsgemeenschap – ‘en wat je ook doet, het leidt onherroepelijk tot problemen.’

Koppert: ‘Je zou als bestuur scholen willen sluiten en samenvoegen, maar dat staat haaks op het rijksbeleid, dat kleine scholen juist een toeslag geeft. In onze gemeente krijgt 90 procent van de scholen die toeslag. Het is voor besturen financieel aantrekkelijk om een kleine school in stand te houden.’

Het gaat snel in de regio. De inspecteur Leenhoutsschool in Waterlandkerkje sloot half juli definitief de deuren. Meer scholen zitten of komen in de gevarenzone. Koppert: ‘Er zaten nog 14 kinderen op de school in Waterlandkerkje. De opheffingsnorm hier is 26 leerlingen. Maar het rijk wil niet de gebeten hond zijn, dus zijn de normen verruimd en werd de school er niet aan gehouden.’ Het schoolgebouw staat inmiddels leeg. De gemeente werd van diverse kanten benaderd door inwoners die de school graag als woning wilden gebruiken.

Koppert: ‘Vroeger wijzigden we het bestemmingsplan om een woonbestemming toe te staan of sloopte je zo’n gebouw en kwam er een tweeonder-een-kapper op de grond, maar dat kan nu niet meer. We hebben echt minder woningen nodig in deze regio, we hebben niet alleen met vergrijzing te maken, maar ook met een daling van het aantal huishoudens.

We houden als gemeente daarom de nullijn aan wat woningen betreft, dus het afgeven van een woonbestemming of nieuwbouw staat haaks op ons beleid, al zou het financieel natuurlijk het meest voordelig zijn.

Maar als je een projectontwikkelaar elders verbiedt om nieuw te bouwen, kun je het als gemeente natuurlijk ook niet gaan doen bij een voormalige school.’ Aan de andere kant: de gemeente wil minder panden in eigendom ‘dus een schoolgebouw afstoten zou wel kloppen.’ De inwoners van Waterlandkerkje zien graag een dorpshuisfunctie in het voormalige schoolgebouw. ‘Maar dat druist ook weer in tegen ons beleid dat we als gemeente minder eigen accomodaties willen.’

Sloop en vergroenen? Koppert: ‘Daar zijn we in principe voor. Alleen moet je daar goed naar kijken. We moeten voorkomen dat er lege gaten in het dorp ontstaan, dat wil je stedenbouwkundig gezien niet.’

Dit probleem moet in grotere samenhang worden aangepakt, is de overtuiging binnen de gemeente Sluis. Binnen de stedenband die er is met Heerlen-Delfzijl-Amsterdam is krimp natuurlijk een item. Binnen Sluis hebben de afdeling ruimtelijke ordening en de afdeling sociale en maatschappelijke zaken naar de situatie met de onderwijsgebouwen gekeken, ook in samenhang met de bevolkingsprognoses.

‘Het beleid moet echt op elkaar worden afgestemd, het raakt aan veel dingen. Als gemeente hebben we minder inkomsten omdat we minder inwoners hebben, in het onderwijs is er ook minder geld.’ Ondanks het feit dat de bestaande gebouwen allang zijn afgeschreven en nauwelijks op de begroting drukken, ondanks het rijksbeleid dat kleine scholen financieel extra ondersteunt:

‘Je kunt niet al die gebouwen open houden.’ In de nieuwe onderwijsvisie staat het enigszins omfloerst, maar ‘eigenlijk willen we van de 20 schoolgebouwen die we nu hebben, er over een paar jaar nog maar 8 of 10 overhouden’. Dat levert gedoe op, realiseert de gemeente zich terdege: met schoolbesturen, met ouders, met personeel. ‘Het zijn moeilijke discussies, maar je moet ze wel gaan voeren.’

Wellicht zou je tabula rasa moeten beginnen: kijken naar wat nodig is op welke plek in de gemeente. Koppert: ‘Verbouwen is vaak duurder dan nieuwbouw. Nieuwbouw schrijf je in 40 jaar af en bovendien kun je  meteen op zaken als laag energieverbruik, omvang en een hele nieuwe infrastructuur voor het onderwijs bouwen.’ Ondanks het gebrek aan enthousiasme en de gevoeligheid van de materie – ‘ouders en personeel worden natuurlijk onrustig: wat gebeurt er met ónze school?’ – moet de discussie wel plaats gaan vinden, zegt Koppert. ‘Het is de meest logische aanpak. Maar je houdt wel weer een aantal lege gebouwen over.’

Integraal beleid is van groot belang, benadrukt hij, je moet gaan combineren. ‘Je zou bijvoorbeeld een nieuwe school kunnen bouwen op de plek van twee woningen, die je als gemeente aankoopt. Dan heb je per saldo weer minder woningen en dat klopt met het beleid.’

Want herbestemmen lukt maar zelden. Eén restaurant in een voormalige kleuterschool zoals in Slijkplaat is natuurlijk prachtig, er is vast nog wel een kunstenaar die een atelier zoekt, dat soort particuliere herbestemming heeft natuurlijk de voorkeur. Koppert: ‘Maar als we de helft van de schoolgebouwen in onze gemeente afstoten, is de markt voor dat soort herbestemmingen natuurlijk snel verzadigd.’


Krimpcijfers
In 326 van de 415 Nederlandse gemeenten daalt de komende drie jaar het aantal leerlingen in het basisonderwijs, in totaal gaat het tot 2015 om een afname met ten minste 67.000 kinderen. In 208 gemeenten is sprake van zware krimp, het leerlingenaantal daalt daar met meer dan 10 procent. Na 2015 is de krimp weliswaar minder sterk, maar toch is er in de periode 2016-2020 een afname van nog eens 30.000 leerlingen. (cijfers afkomstig uit Het Onderwijsblad, Algemene Onderwijsbond, berekend aan de hand van de bevolkingsprognoses van het CBS).

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie