Advertentie
ruimte en milieu / Column

Een afspraak met Tineke op de Afsluitdijk

‘Hé Tineke, pak je agenda. Op 6 december 2010 om 14.30 uur heb je met mij een afspraak op de Afsluitdijk. Daar begint dan namelijk de renovatie. Dan kun je de eerste schop de grond indoen.’

25 juni 2009

Dat zei ik een tijdje geleden in de wandelgangen tegen staatssecretaris Tineke Huizinga van Verkeer en Waterstaat. Ik deed dat in mijn hoedanigheid van voorzitter van de stuurgroep die de renovatie van de Afsluitdijk onderzoekt.

 

Toen we allebei waren uitgelachen, bleek dat ik bloedserieus was. Ik geloof er namelijk rotsvast in dat deze afspraak haalbaar is. Waarom? Omdat de overheid de marktpartijen op een bijzondere manier heeft ingeschakeld en gáát inschakelen bij de renovatie van de dijk.

 

De imposante Afsluitdijk uit 1932 ziet eruit alsof-ie er voor de eeuwigheid ligt. Samen met de Chinese muur is dit het enige menselijke bouwsel dat je van grote afstand vanuit de ruimte kunt zien. Als Nederlanders zijn we terecht trots op dit staaltje waterbouw. Maar de Afsluitdijk is eigenlijk een oude man. Met zijn leeftijd van ruim 75 jaar is-ie aan een grondige verbetering toe. Hij is niet meer hoog en sterk genoeg, zeker niet gezien de klimaatverandering en de stijgende zeespiegel.

 

Vanouds maakt Rijkswaterstaat in zo’n geval een bestek, waarna aannemers worden uitgenodigd om een aanbesteding te doen. Deze keer gaat het anders. Rijkswaterstaat, begeleid door de Adviescommissie  onder mijn voorzitterschap, heeft marktpartijen uitgenodigd om zelf met creatieve ideeën te komen – uitgaande van drie uitgangspunten waaraan absoluut niet kan worden getornd: de veiligheid, het UNESCO-Werelderfgoed (in wording) van de Waddenzee, en de strategisch belangrijke zoetwatervoorraad van het IJsselmeer. Nadrukkelijk gaven we mee dat we innovatie verwelkomen. Als de dijk toch op de schop moet, dan is er ruimte voor méér. Bijvoorbeeld intelligente combinaties van dijkverbetering en (duurzame) energieopwekking.

 

De open prijsvraag leverde honderden ideeën op. Uiteindelijk werden vier consortia van kanshebbers geselecteerd, vaak advies- en ingenieursbureaus in combinaties met andere partijen: Waddenwerken, de Afsluitdijk 21e eeuw, Monument in Balans, en Natuurlijk Afsluitdijk. Op 26 juni presenteer ik die vier aan staatssecretaris Tineke Huizinga. Vervolgens maakt het kabinet een keuze. Daarbij hoort het afwegen van maatschappelijke kosten en baten, het opstellen van een structuurvisie, een plan-MER en een businesscase, en het regelen van de participatie. Dat klinkt allemaal vreselijk stroperig en langdradig, maar het tegendeel is waar. We maken namelijk gebruik van de aanbevelingen van de commissie-Elverding, gericht op het versnellen van infrastructuurprojecten. Wat eerder kan, gebeurt eerder. In de zomer van 2010 neemt het kabinet een besluit. Op 6 december om 14.30  uur sta ik met Tineke op de dijk.

 

Marktpartijen op deze manier inschakelen is iedereen goed bevallen. Praktische en fundamentele problemen (zoals rond het intellectuele eigendom van innovatieve ideeën of de vergoeding voor de ontwerpwedstrijd) zijn opgelost. Rijkswaterstaat en het Directoraat-Generaal Water verdienen een groot compliment. Men heeft durf getoond en interne weerstand in de organisatie overwonnen. Een klein ambtelijk clubje van toptalenten heeft geweldig gepresteerd. Het vergt een mentale ommekeer van Rijkswaterstaat om niet alles zelf te bedenken, maar ook het beste uit de hersencapaciteit van je opdrachtnemers te halen. Dat is gelukt. En wat meer is: deze werkwijze is voor herhaling vatbaar, zeker nu Nederland (zoals de commissie-Veerman heeft laten zien) allerlei waterprojecten moet aanpakken om zich voor te bereiden op de klimaatverandering.

 


Ed Nijpels
Voorzitter ONRI, brancheorganisatie van advies-, management- en ingenieursbureaus

 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Dirk-Jan de Bruijn / programmadirecteur interactieve bedrijfsvovering Justitie
Geweldig! Dit moet breder opgepakt worden. Een prachtig voorbeeld van elkaar versterken en goede samenwerking tussen prubliek en privaat. Laten we daar binnen de overheid meer van leren!
Advertentie