De druugste stad van Nederland
Roermond en omgeving geldt al vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw als de droogste streek van Nederland.

De droogte manifesteerde zich deze zomer minder dan in voorafgaande jaren. Toch is de droogste stad van Nederland, Roermond, volop bezig met de bestrijding ervan. En de stad is met de ligging aan de Maas, de Roer en de Swalm ook nog eens kwetsbaar voor wateroverlast.
Klimaatkeuzes
Het IPCC-rapport maakt duidelijk dat het klimaat sneller verandert dan we dachten. De kans op extreem weer neemt toe. Ineen driedelige serie inventariseert Binnenlands Bestuur de gevolgen voor gemeenten. In deel twee: de droogste gemeente Roermond.
Roermond wil water beter vasthouden
Roermond en omgeving geldt al vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw als de droogste streek van Nederland. Zowel in de langjarige neerslagreeks van 1981 tot 2010 als in de recent geactualiseerde gegevens in de periode 1991-2020 valt er te Midden-Limburg de minste neerslag, zo’n 750 millimeter per jaar. Dat is slechts twee derde van de neerslag in de natste stad van Nederland, Zoetermeer.
De verklaring daarvoor is, aldus het KNMI en Weeronline, dat veel regen valt op het plateau van de Kempen in België en een stukje in Brabant. Door de overwegend zuidwestelijke windrichting is de meeste regen vanaf zee al gevallen eer de wolken het Maasdal hebben bereikt. Toch zijn er deze zomer geen geel gras en verdorde bomen te bespeuren in Roermond. Trots toont wethouder Rens Evers enkele markante bomen die sinds 2017 in de binnenstad zijn geplaatst.
‘Ze zijn enorm gegroeid’, wijst de wethouder op een honingboom. Het plantgat is niet alleen vele malen groter dan gebruikelijk, maar vooral krijgt de boom voldoende water door een ingenieus krattensysteem dat het water vasthoudt en is omwikkeld met waterdicht doek. ‘Zo geven we bomen ruimte om te wortelen’, zegt Evers, die namens GroenLinks wethouder is van klimaat en infrastructuur in Roermond.
Ook op het nabij gelegen Munsterplein is sterk vergroend, met grote borders met heesters. Nieuwe bomen als de mammoetboom en – toepasselijk naast het eertijdse kerkhof – een doodsbeenderboom flankeren samen met enkele oude esdoorns en lindes het monumentale plein rond de Munsterkerk. ‘Tot 2019 was dit een lastig begaanbaar kasseienplein’, zegt Evers. ‘Nu zijn de kasseien gehalveerd en verruwd. Maar helemaal naaldhakproof is het niet’, grijnst de wethouder.
De vergroening van de versteende en dichtbebouwde binnenstad, inclusief ondergrondse watervoorzieningen, vormt de meest in het oog springende droogtemaatregel in de 58.000 inwoners tellende stad. Ook in de Kapellerlaan, even buiten het centrum, is de herstructurering van de straat aangegrepen om het groen meer ruimte te geven, inclusief prijzige watervoorzieningen, zo blijkt tijdens de rondleiding met naast de wethouder ook Freek van Geelen, beleidsbeheerder riolering en water, en Joep Ewalds, beleidsadviseur groen, natuur en landschap.
‘Zo’n maatregel is duur, maar we zorgen nu wel voor een duurzame groeiplaats waardoor de bomen een bijdrage leveren aan de biodiversiteit en aan bestrijding van de hittestress. Doordat de bomen beter wortelen, hebben we bovendien minder schadekosten van boomwortels die de trottoirtegels en het asfalt van wegen en fietspaden opdrukken’, zegt de wethouder.
Machtige Maas
Hoewel Roermond geldt als de droogste stad van Nederland zitten veel inwoners aan de westkant een paar keer per jaar letterlijk knel tussen het water. De stad ontleent zijn naam aan de vrolijk kronkelende rivier de Roer die in de Eifel ten zuiden van Aken ontspringt. Op Roermonds grondgebied meandert ook de Swalm, en dan zijn er nog allerlei zijtakken zoals de Hambeek. Bovenal is er de machtige Maas die vooral in het voorjaar flink zwelt door de winterregens.
De rivier trad dit jaar op 15 juli buiten haar oevers als gevolg van het twee dagen durende noodweer nabij Valkenburg aan de Geul. In het vijftig kilometer noordelijker geleden Roermond moesten vijfhonderd huishoudens in een wijk aan de Hambeek hun huis onverwijld verlaten.
De Limburgse stad moet kortom rekening houden met beide extremen, zowel ‘druugte’ als wateroverlast. Ondanks de recente onverwachte ontruiming meent wethouder Evers dat maatregelen die na de winterwateroverlast van 1993 en 1995 werden getroffen, hebben geholpen. Meer ruimte voor de Maas was een project van Rijkswaterstaat, maar volgens Evers is het een opgave van elke stad om beter rekening te houden met zowel een tekort als een overschot aan water. ‘Meer water vasthouden betekent direct de overlast beperken als er te veel water valt en tegelijk de droogte bestrijden als er te weinig valt.’
Wadi
Dat is op nieuwbouwlocaties makkelijker dan in de al eeuwen bebouwde kom. In de nieuwbouwwijk Oolderveste zijn regenpijpen van het riool afgekoppeld en stroomt het water in een wadi die als een ‘gracht’ om de wijk ligt en doorloopt in een groene slenk. In het toekomstig nieuwbouwproject Melickerveld (400 woningen) wordt de lichte glooiing in het terrein aangegrepen voor infiltratiemogelijkheden, leggen de ambtenaren en wethouder uit. Groene greppels voeren het regenwater langzaam naar het laagste punt waar een centrale ‘opvangwadi’ wordt gebouwd.
Daar kan het water rustig de grond in sijpelen. Natuurbeleving en recreatie vormen de aantrekkelijke bijvangst van deze aanpak. Bang voor klachten over muggenoverlast bij al dat wadi-water of bezorgde ouders die vrezen voor de veiligheid van hun spelende kroost is de gemeente niet. ‘Als dergelijke reacties komen, luisteren we naar de bewoners en proberen we de plannen aan te passen.’ Maar aan het principe van ‘water vasthouden’ tornt Evers niet. ‘We moeten ons beleid gewoon goed uitleggen. Dat lukt, want we hebben in Roermond een betrokken bevolking die is begaan met de omgeving. Veel mensen zijn zelf aan de slag gegaan met de ontstening van hun tuin. We ontvangen de laatste jaren meer verzoeken om plantsoenen en graspartijen ruiger te laten, in plaats van het voorheen strak gemaaide biljartlaken.’
Bedrijven worden niet overgeslagen in hun rol in de droogtebestrijding in Roermond. Er is een subsidieregeling voor afkoppeling van de regenpijpen van het riool. ‘Op het bedrijventerrein Roerstreek-Noord willen we overtollig regenwater benutten bij bedrijven, bijvoorbeeld voor koelwater. Anderzijds kan het dienen voor de aanvulling van grondwater tegen droogte of beschikbaarheid van bluswater in natuurgebieden’, zegt Evers, refererend aan de grote natuurbranden van 2020.
De overtollige neerslag kan ook een functie hebben in het nabij gelegen Nationale Park Meinweg, aldus Evers. Dit 1.800 hectare tellende gebied is sterk onderhevig aan verdroging, onder meer door bruinkoolwinning aan Duitse zijde. Door het park loopt ook de befaamde IJzeren Rijn, een spoorlijn tussen Antwerpen en het Ruhrgebied. Roermond wil deze al lang geleden gesloten spoorlijn omvormen tot een fietspad. Evers: ‘Met behulp van Europese subsidies willen we in het stedelijk gebied starten dit kilometerslange tracé van twintig meter breed om te vormen tot een mooi leefgebied met ruimte voor klimaatadaptatie.’
‘De overheid is een mammoettanker’
Om water beter vast te houden in geval van droogte en tegelijk de overlast te beperken, meldt waterschap Limburg dat binnen een jaar tweehonderd zogeheten bermstuwen zijn aangelegd in de provincie, waarvan zes in Roermond.
Wat boerenstuwtjes met eenvoudig bij te plaatsen plankjes doen langs boerenterrein, beogen de bermstuwen het water meer vast te houden langs gemeentelijke en provinciale watergangen. ‘Prima dat Roermond in nieuwbouwwijken water vasthoudt en in de grond laat zakken’, zegt bestuurder Har Frenken van het waterschap. ‘Goed dat de bermstuwen in Roermond nu vol staan in plaats van dat dit regenwater door de Roer wegstroomt.’
De bestuurder spreekt echter van de overheid als een ‘mammoettanker’. ‘Het gaat langzaam, heel langzaam om gemeenten en de provincie mee te krijgen. Dat komt vooral omdat de ruimte voor water conflicteert met economische belangen.’ Vijftien procent reserveren voor ‘groen en blauw’ is eigenlijk een must, maar het vergt ruimte op kavels waar ook lucratieve koopwoningen kunnen staan, bedoelt Frenken. ‘Wij zijn als waterschap nog al te vaak sluitpost en lossen de problemen op die gemeenten en ontwikkelaars eigenlijk kunnen voorkomen.
Het afkoppelen van regenwater van de riolering in bestaande bebouwing en op bedrijventerreinen is lastig, en daar mag in de hele provincie wel een tandje bij, inclusief Roermond.’ Met het oog op de gemeenteraadsverkiezingen van volgend voorjaar heeft waterschap Limburg een pamflet opgesteld voor gemeentelijke watermaatregelen. ‘We moeten ons beter voorbereiden op omgaan met extreem weer.’
De gebeurtenissen met de Geul bij Valkenburg tonen volgens het waterschap dat de beekdalen niet moeten worden bebouwd. In navolging van het programma Ruimte voor de rivier moet er een ‘ruimte voor de beek’ komen. Grote gebieden in de Peel, op de grens tussen Brabant en Limburg, moeten geschikt worden gemaakt om water te bergen en zo droogte te bestrijden. Frenken: ‘Limburg is 220.000 hectare groot. Wanneer we daar globaal tien centimeter water op weten vast te houden, dan gaat het om 220 miljoen kubieke meter. Dat is een flinke slok op de consumptie van boeren, bedrijven en consumenten.’
‘Ik mis een visie op het buitengebied’
Bij de Natuur en Milieufederatie Limburg in Roermond is directeur Ton Hermanussen een stuk kritischer, ook op het waterschap. ‘Er zijn in Limburg ontzettend veel grondwateronttrekkingen. Als je dat op een kaart afbeeldt, is de provincie bijkans het ezeltje dat helemaal is lek geprikt’, zegt Hermanussen.
Limburg telt sinds de all-time recorddroge zomer van 1976 liefst 9.200 legale grondwaterputten, aldus het Landelijk Grondwaterregister (LGR). ‘En dat zijn dan alleen nog de legale onttrekkingen met een vergunning of melding bij provincie of waterschap. De illegale putten en het toenemend aantal putten van particulieren onttrekken zich echter aan het zicht van het gezag. Het waterschap mist al de capaciteit om de legale onttrekkingen te handhaven, laat staan dat ze aan de illegale zaken toekomen.’
Vooral de landbouw en de ruimtelijke ordening staan volgens de milieufederatie een doeltreffend waterbeheer in de weg. ‘Prima dat de gemeente Roermond water vasthoudt in wegbermen en wadi’s, maar ik mis een visie op het buitengebied. Moeten we daar wel bouwen? Moet je, zoals Venlo, wel een ziekenhuis willen langs de Maas? Moeten boeren mais verbouwen in de uiterwaarden of juist pal naast een nat natuur gebied?’
Hermanussen beantwoordt zijn retorische vraag in één adem. ‘Nee, we moeten bufferzones maken van minstens twee à drie kilometer naast natuurgebieden, of ze nu de beschermde Natura-2000 status hebben of niet. We kijken steeds minder naar de draagkracht van het landschap en lopen tegen de grenzen op, betoogt de directeur. ‘De verantwoordelijken voor de verdroging in het buitengebied zijn de boeren, de industrie en niet te vergeten het drinkwaterbedrijf. Zij zouden hun verantwoordelijkheid moeten nemen en kijken hoe ze hun vraag beperken of er op een andere manier in voorzien.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.