Klimaat, afval en een bedrijfsleider
Op 28 juni werd het Klimaatakkoord door de overheid gepresenteerd. Met vele partijen is gekomen tot een lijst aan maatregelen om een klimaatverandering te beteugelen. Hierbij is ook gedacht aan afval.
Op 28 juni werd het Klimaatakkoord door de overheid gepresenteerd. Met vele partijen is gekomen tot een lijst aan maatregelen om een klimaatverandering te beteugelen. Hierbij is ook gedacht aan afval.
De taskforce Herijking Afvalstoffen wordt in het leven geroepen ‘om te komen tot verdere verwaarding van reststromen en bijproducten in de keten’.
Stichting Urgenda pakt door en stelt dat er nog veel meer kan en moet gebeuren. De lijst van veertig maatregelen van Urgenda zal menig ambtenaar extra ideeën geven, dus: goed leesvoer. Maatregel 32 betreft innovatieve chemische recycling technieken, met een besparing van 0,2 Mton. Dit is een ‘kleintje’ vergeleken met de grotere klappers als maatregel 2: Minder koeien, niet minder winst (3 Mton) en Maatregel 11: Één dag per week zonder vlees (0,5 Mton). De Nederlandstalige studie van het Copernicus Instituut uit september 2010 (door Ernst Worrell en collega’s) getiteld ‘Saving Materials’ laat zien dat verdergaande recycling tot ruim 2.250 kt CO2 per jaar extra emissiereductie kan leiden.
Prima maatregelen en ideeën van het Klimaatakkoord, Urgenda en het Copernicus Instituut. Maar als we met het oog van een bedrijfsleider naar afval kijken, zien we nog wat anders. Afval is verspilling, en dat wordt in het bedrijf geminimaliseerd. ‘Lean manufacturing’ is toegespitst op het verminderen van de verspilling van machine-uren, de uren van werknemers en ook van materialen. Ook de in de keuze van materialen wordt rekening gehouden met CO2-emissie. Het bekijken van verschillende opties om afval CO2-technisch zo goed mogelijk te verwerken is voor een bedrijfsleider niet meer interessant; de verspilling heeft immers al plaats gevonden.
Als we met een bedrijfsleider al buiten de poort kijken, dan zal die waarschijnlijk geïrriteerd raken aan de vele vuilnisauto’s die over het bedrijfsterrein rijden. Alleen al de extra verkeersdrukte die het geeft, los van de CO2-besparing die in het verschiet ligt, is voor menige onderneming op een bedrijventerrein reden om een gemeenschappelijk afvalcontact af te sluiten. Ondanks het vele geregel.
Een bedrijfsleider zou kijken naar de effectiviteit van materialen en middelen. Reclamefolders die niet gewenst zijn? Verspilling! Zij of hij zou ook in de productieketen kijken. Moet alles wel drie-dubbel worden verpakt? Bedrijven spreken elkaar erop aan en willen dat met zakelijke afspraken regelen. Zou een gemeente snel supermarktketens moeten aanspreken op oververpakking? Of zelfs een gedeelte van de afvalheffing bij de supermarken leggen?
In berichten van deelnemers in de 100-100-100 uitdaging (100 dagen 100 gezinnen 100 procent afvalvrij) luisterde een fabrikant opeens wél toen men van een zak nootjes met een zilverkleurige binnenkant ging overstappen op een andere fabrikant die wel recyclebare verpakking had. Een bedrijfsleider zou kiezen voor kunststof kuipjes voor pindakaas en chocoladepasta, in plaats van glas; ook mét recycling van glas scheelt dit flink in CO2-besparing. En aluminiumfolie? Liever overstappen op kunststof, want voor de productie van aluminium wordt veel energie verbruikt.
Als gemeenten en provincies een taskforce ‘Lean Manufacturing’ zouden hebben, dan zou dit leiden tot ondersteuning bij het opzetten van gemeenschappelijke afvalcontracten op bedrijfsterreinen. Nee/nee en Ja/Nee stickers zouden met huis-aan-huis bladen kunnen meegaan waarin burgers ook wordt aangeraden om te kiezen voor krimpfolie in plaats van aluminiumfolie. Met supermarkten worden zakelijke afspraken gemaakt inzake minder en betere verpakking. Denk als een bedrijfsleider; ga lean!
Jan-Henk Welink
Lees hier meer columns van Jan-Henk Welink
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.