Aanbesteding mislukt vaak
Ontwerpen voor een school, cultuurgebouw of gemeentehuis worden vaker integraal aanbesteed, samen met de bouwopdracht. Gemiddeld 14 procent van deze procedures mislukt.
Het Steunpunt Architectuuropdrachten en Ontwerpwedstrijden, dat alle Nederlandse architectuuraanbestedingen registreert, maakt in een kwantitatieve analyse, getiteld Vijf jaar aanbesteden van architectuuropdrachten de balans op van de eerste 5 jaar sinds de instelling van de aanbestedingsplicht (Besluit Aanbestedingsregels Overheidsopdrachten, juli 2005). Het Steunpunt kwalificeert deze tijd als ‘een periode van gewennen en experimenteren.’ Het aantal overheidsaanbestedingen voor architectuur is toegenomen van 74 gunningen in 2006 naar 115 in 2009. Geen absolute groei, aldus het Steunpunt, maar een ‘toenemende bewustwording van de aanbestedingsplicht.’
Het aantal zelfstandige ontwerpopdrachten stagneert (ongeveer 60 per halfjaar), terwijl geïntegreerde opdrachten (42 in de eerste helft 2010) toenemen. De vorm design and build is het populairst. Dit jaar komt ook de variant met finance, maintain en operate sterk op (tot juli al 13 opdrachten, naast 26 design and build-opdrachten). Het hoge percentage mislukkingen onder integrale aanbestedingen is niet nader onderzocht. Van de zuivere architectuuraanbestedingen mislukt overigens ook nog altijd acht procent.
Geen expertise
De Rijksgebouwendienst (27 opdrachten), Prorail (23) en de gemeenten Utrecht (20) en Amsterdam (17) zijn de grootste aanbesteders. Ruim de helft van de Nederlandse gemeenten heeft nog nooit een architectuuropdracht aanbesteed, en van de ruim zevenhonderd opdrachtgevers in de onderzoeksperiode was tweederde, veelal gemeenten en schoolbesturen, geheel onervaren. Zij schakelen meestal externe adviseurs in. Gemeenten delegeren bovendien vaak grote delen van de procedure aan een inkooporganisatie. Dit heeft tot gevolg dat ze weinig eigen expertise opbouwen.
De meeste aanbesteders werpen hoge financieel-juridische drempels op, terwijl er minder aandacht is voor de vraag of de opdracht past bij de ontwerpkwaliteiten van een bureau. ‘Eisen en criteria blijven een heet hangijzer’, schrijft het Steunpunt. Er zijn echter ook ‘voorzichtige verbeteringen’, zoals een daling van de gemiddelde omzeteis (gemiddeld 7,5 ton in 2009, ruim 6 ton in de eerste helft van 2010), een snellere afwikkeling van de procedures en een betere spreiding van de gunningen over architectenbureaus.
Waren er in 2006 vier bureaus die samen een kwart van de opdrachten binnensleepten, in 2010 zijn tot nu toe 26 opdrachten gegund aan 22 verschillende bureaus. Echt Europees zijn de aanbestedingen niet. Opdrachtgevers sluiten buitenlandse bureaus vrijwel altijd uit met taal- en vestigingseisen.
Klachten
Onder architecten blijft de irritatie over de procedures groot. Ze klagen al jaren over onredelijke ervaringseisen en massa’s papierwerk in de onzekere voorfase. Het aantal inschrijvers per procedure loopt sterk terug, meldde het Steunpunt al eerder. In veel gevallen blijft het nu onder de twintig. De Bond van Nederlandse Architecten noemt de stopzetting van een aanbesteding rampzalig, gezien de investeringen die bureaus hiervoor doen. De Bond deed onlangs een dringend beroep op aanbesteders om stopzetting te voorkomen.
Meer informatie: Het rapport ‘Vijf jaar Europees aanbesteden van architectuuropdrachten’ is te downloaden op www.ontwerpwedstrijden.nl
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Het lijkt me overigens een goede zaak dat Gemeenten deze begeleiding delegeren naar externe adviseurs. Wat is het doel van eigen expertise opbouwen voor "once in a liftetime" projecten terwijl je de expertise zo uit de markt haalt op het moment dat je de expertise nodig hebt. Het is nogal kostbaar en niet te onderhouden om deze expertise in je eigen organisatie te hebben voor het geval het een keer nodig is.