Advertentie
juridisch / Column

Rechters strijden om alles-of-nietslijn

Rechters werden vaak door de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State afgekapt als men problemen van ouders wilde oplossen.

26 mei 2023

De toeslagenaffaire heeft op veel plekken binnen de overheid de nodige trauma’s achtergelaten. Een daarvan is het gareel waarin de rechtbanken hebben moeten lopen. Zij kregen wanhopige ouders voor zich die door de Belastingdienst tot hun kruintje werden volgeladen met schulden wegens kleine administratieve onvolkomenheden.

Maar rechters die daar een evenredige mouw aan wilden passen, werden in hoger beroep resoluut afgekapt door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dat hoge college van Staat zegende jarenlang keurig de strenge ‘alles-of-nietslijn’ van de Belastingdienst af, waardoor het Combiteam Aanpak Facilitators zijn gang kon gaan.

Als een van de eersten reflecteerden de lagere rechters in het rapport Recht vinden bij de rechtbank op hun bijdrage aan de ellende. Hadden zij genoeg gedaan? De rechtbank Rotterdam had een jaar dwarsgelegen en een eigen lijn gevaren, maar dat had geen indruk gemaakt aan de Kneuterdijk.

De rechtbank Den Haag had als een soort burgemeester in oorlogstijd geschipperd tussen ja zeggen en nee doen. En verschillende andere rechtbanken hadden in het bewijsrecht bochten afgesneden om absurde uitkomsten te vermijden. Maar per saldo hadden de meeste rechters zich uiteindelijk gevoegd in de vaste jurisprudentie. Deels omdat zij ouders geen valse hoop op rechtsbescherming wilden geven en deels om redenen van rechtseenheid en rechtsgelijkheid.

Achteraf hadden de rechters graag meer gedaan, bleek uit hun reflectie. Minder zwaar tillen aan de formele vereisten en langer zoeken naar juridische instrumenten om met een grondige en specifiek op de zaak toegespitste motivering tot een voor de burger evenredige uitkomst te komen. ‘Als jurisprudentie van de hogerberoepsrechter daar weinig ruimte voor lijkt te geven, is dat geen reden om daarvan af te zien.’ Net als gemeenten vaker zouden kunnen doen, zouden eerstelijnsrechters harder mogen vechten voor wat zij binnen het recht als meest rechtvaardige oplossing zien. Als zo verschillen ontstaan, is dat het einde van de wereld niet.

Begin deze maand zagen we een voorbeeld van de nieuwe decentrale assertiviteit. De verzetshaard zat dit keer in Utrecht, waar drie bestuursrechters ongebruikelijk hard op de Centrale Raad van Beroep klapten. Inzet van het geschil was de vraag of een zorgkantoor complete PGB’s mag intrekken van een zwakbegaafde budgethouder als diens papierwerk buiten zijn schuld niet op orde is. Ja, bepaalde vaste jurisprudentie van de Centrale Raad. Volgens systematiek van de wet behoort de kwetsbaarheid van de budgethouder mee te wegen bij de civielrechtelijke vraag of de schuld ook echt geïnd wordt en niet bij vaststelling van het PGB.

Beter niet, hadden de rechters uit Utrecht vorig jaar al een keertje geoordeeld. Het boven de incassomarkt laten hangen van grote schulden veroorzaakt stress en onzekerheid bij kwetsbare mensen die niet voor niets een bewindvoerder hebben. Toch wel, reageerde de Centrale Raad een half jaar later. De problemen waren inmiddels bekend en de minister voor Langdurige Zorg had al laten weten dat ze zich beraadde op maatregelen.

Het trauma van de toeslagenaffaire bleek te diep te zitten

Daar behoorde de bestuursrechter op te wachten. De nieuwe lijn die ze in Utrecht hadden willen uitzetten, leek aldus in de knop van hoger beroep te breken. Maar daarvoor bleek het trauma van de toeslagenaffaire toch te diep te zitten. Want toen ze in Utrecht begin deze maand weer uitspraak moesten doen over een kwetsbare PGB-houder van wie het zorgkantoor een schuld van 60.000 euro wilde vaststellen omdat zijn broer de papieren niet helemaal op orde had, groeven ze andermaal de strijdbijl op.

In een ongekend frontale afwijzing van de uitspraak van de Centrale Raad weigerde de rechtbank nog steeds om iemand die een bewindvoerder nodig heeft om zijn zaakjes te regelen op te zadelen met de stress van 60.000 euro schuld omdat zijn zaakjes niet goed geregeld zijn. Dat de wetgever bezig is de zaak te repareren was natuurlijk mooi, overwoog de rechtbank, maar in de tussentijd moet er ook individuele rechtsbescherming geboden worden.

Het wachten is nu op de reactie van de Centrale Raad. Die zal ongetwijfeld hopen dat de wetgever een beetje haast maakt.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

h.wolsink
Zie ECLI:NL:RBOVE:2023:1459, i.h.b. rechtsoverwegingen 4.25 t/m 4.31 over de toepassing va het evenredigheidsbeginsel.
P. Smit
Hulde voor de rechtbank Utrecht!
Advertentie