Overheid als ultieme afhaalchinees
Alle gemeenschappen samen vormen de leefwereld waarin wij leven. Het ‘wij’ is dan alleen de auteurs gezamenlijk, maar ook de lezers.
Een van de aardige dingen waarover ik de afgelopen maanden meer heb geleerd, is het verschijnsel van de deixis: de woordjes die naar een concrete tijd en plaats verwijzen maar die lezers niet kunnen begrijpen zonder hun eigen positie erbij te betrekken.
Voor ‘de afgelopen maanden’ vult u waarschijnlijk de laatste maanden van 2023 in, omdat iedereen aanneemt dat columns op het laatste moment worden geschreven en deze begin 2024 verschijnt. Pas dan is duidelijk welke maanden met de ‘afgelopen maanden’ worden bedoeld. Neutraal is dat allemaal niet.
Want wie schrijft dat ‘u’ wel zult doen wat ‘iedereen’ altijd doet, plaatst lezers subtiel voor de keuze om mee te hobbelen met wat kennelijk normaal is danwel actief afstand te nemen van de tekst.
Een goede introductie op het gebruik van deixis is het boek Een wereld van gemeenschappen van Floor Ziegler en Teun Gautier. Dat zit er vol mee. Allereerst omdat het boek is opgezet als een reisverslag van twee stadmakers uit Amsterdam-Noord die buiten de ring gaan zoeken naar tekenen van gemeenschapsleven. Daarbij lopen ze letterlijk langs de plekken met de bekende initiatieven, zoals Dorpsbelang in Reduzum, Elisabeth Groen in Amersfoort en natuurlijk Austerlitz Zorgt.
Tegelijk verrijken ze het palet met verhalen uit nieuwe plaatsen, zoals Koudekerk aan den Rijn. Ziegler en Gautier vertellen hoe ze daar in het voorbijgaan een actieve vrijwilliger ontmoetten die veel werk verzette maar zelf vond dat hij eigenlijk niets deed voor het dorp. En dan blijkt meteen dat het niet neutraal is als schrijvers de eigen woonplaats binnen komen wandelen. Je moet je er als dorpsgenoot toe verhouden – ook als het klopt wat ze schrijven. Maar is het eervol om liefdevol beschreven te worden? Of zijn wij een Afrikaans dorpje dat door witte paters uit Amsterdam wordt bezocht? Deixis in actie.
Het is de wereld waarin wij leven
Het boek is echter veel meer dan een reisverslag. Alle gemeenschappen samen vormen de leefwereld waarin wij leven. Het ‘wij’ is dan niet meer alleen de auteurs gezamenlijk, maar de lezers incluis. Het is de wereld waarin wij leven.
En in die leefwereld staat maximaal tegenover de overheid. Dat is immers een systeem. ‘Tip 5’ voor het programmeren van buurtactiviteiten luidt bijvoorbeeld: ‘betrek vanaf het begin bij elk programma stadmakers, lokale creatieven en mensen uit de systeemwereld’. Dat klinkt verstandig en gelijkwaardig, maar dat is het niet. Creatieven, leggen Ziegler en Gautier uit, ‘bedenken onverwachte, gekke, dwarse, vrolijke of spannende dingen waar iedereen aan mee kan doen.’ Stadmakers zijn ook mooi volk: ‘doeners en goede organisatoren en verbinders.’ En de mensen uit de systeemwereld? ‘Die zijn goed in verduurzaming, vergunningen regelen, verdienmodellen en het openen van deuren.’
De tegenstelling tussen de leef- en systeemwereld is ooit door Habermas bedacht om situaties van gelijkwaardige afstemming tussen mensen door middel van een machtsvrije dialoog af te zetten tegen instrumentele interacties waarin niet meer echt gecommuniceerd wordt. Een kopje koffie kopen kan zonder werkelijke ontmoeting: je geeft een bestelling op. De systeemwereld koloniseert de leefwereld, schreef Habermas, als de instrumentele communicatie dominant wordt in verhoudingen tussen mensen. Dan is er geen echt gesprek meer.
In de discussies over burgerinitiatieven is het zeker niet ongebruikelijk de verhouding met overheid te bespreken als een relatie tussen een leefwereld van burgers en een systeemwereld van bureaucratie. Initiatiefnemers lopen immers regelmatig stuk op de procedurele logica van de overheid die hen ook nog eens steeds vaker uitlevert aan de aanbestedingslogica van de markt. Ook het boek van Ziegler en Gautier bevat daarvan weer veel wanhopige voorbeelden die schreeuwen om betere spelregels voor burgerinitiatieven.
Maar uiteindelijk schieten Ziegler en Gautier door in hoe ze zich de ideale verhouding met de systeem wereld voorstellen. Door de overheid te begrijpen als de ultieme afhaalchinees van het particulier initiatief, koloniseren ze feitelijk de systeemwereld. Terwijl we volgens mij allebei nodig hebben. Omdat we niet alleen de machtsvrije leefwereld bevolken, maar daar altijd ook een systeemwereld van maken.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.