Advertentie
financiën / Column

Uit het oog, uit het hart

Er zijn ruim 350 gemeenschappelijke regelingen (zoals stadsregio’s, werkvoorziening en recreatieschappen), die samen ruim zeven miljard euro per jaar uitgeven. Dat wil zeggen: ruim zeven miljard euro in 2006. Actuelere cijfers zijn er niet. Niemand die daarom vraagt, en niemand die daarom maalt. Het gaat immers slechts over zeven miljard euro per jaar.

20 november 2009

Dat gebrek aan belangstelling voor gemeenschappelijke regelingen geldt breed. Ook bij de besturen van de gemeenten en provincies die taken hebben overgedragen aan gemeenschappelijke regelingen, is met de taken meestal ook de belangstelling verdwenen. Net als bij de inwoners van de betrokken gemeenten en provincies. Hebt u ooit in een lokale of regionale krant een verslag gelezen van een vergadering van het algemeen bestuur van een gemeenschappelijke regeling? Nee, nooit. En dat is begrijpelijk, want veel afwegingen kan zo’n gemeenschappelijke regeling niet maken: er is immers vaak maar één taak.

 

Daarmee verdwijnt ook de afweging of een investering dit jaar moet of volgend jaar. En bij de keuze tussen een dure investering of een veel goedkopere, is de keuze snel gemaakt: kwaliteit voor alles. Waarom zou je met minder genoegen nemen? Met het verdwijnen van de belangstelling voor de gemeenschappelijke regelingen verdwijnt ook de verantwoordelijkheid voor de efficiëntie daarvan.

 

Dat komt ten eerste door de begrotingscyclus van de gemeenschappelijke regelingen. Zo rond de tweede helft van april stellen de dagelijkse besturen van de gemeenschappelijke regeling het concept van de begroting voor het komende jaar op. Dat concept sturen ze aan de deelnemende gemeenten en provincies. Die mogen daar niet over stemmen; nee, die hebben zes weken de tijd om slechts hun ‘zienswijze over de conceptbegroting naar voren te brengen’, zoals de wet het zo fraai formuleert.

 

De dagelijkse besturen van de gemeenschappelijke regelingen bieden vervolgens de conceptbegroting aan de algemene besturen aan, met daarbij het commentaar van de deelnemende gemeenten en provincies, en natuurlijk ook met allerlei argumenten waarom dat commentaar niet terecht zou zijn. Vervolgens keuren deze algemene besturen de conceptbegroting goed. Op 15 juli moet de begroting voor het volgende jaar al vastgesteld zijn.

 

Een tweede reden voor de onvolledige verantwoording is dat de roep om efficiëntere gemeenschappelijke regelingen gedoemd is te mislukken. Het dagelijks bestuur van zo’n regeling hoeft maar één keer te roepen dat het echt niet doelmatiger kan: niemand kan hun ongelijk aantonen. Laten we het toch weer eens proberen. De komende jaren moet er heel veel bezuinigd worden. Voor een deel zal dat gaan met de kaasschaaf.

 

Elke gemeente moet zich voornemen dat de gemeenschappelijke regelingen daaraan gelijkwaardig meedoen. En ook bij ingrijpendere bezuinigingen, en bij uitstel van uitgaven, moeten gemeenschappelijke regelingen volop de aandacht krijgen. Ze hebben zolang in de schaduw geleefd, dat er vermoedelijk heel veel te halen valt.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie