Paars libertijns
In een van de belangrijkste documenten uit de Nederlandse geschiedenis, het Plakkaat van Verlatinge uit 1581, staat een opmerkelijke zin. In dit staatsstuk, waarin de Staten-Generaal van de Verenigde Nederlanden zich onafhankelijk verklaarden door de Spaanse koning Filips II te verlaten, zeggen de Nederlandse Staten dat zij oude rechten en vrijheden willen handhaven ‘en het leven en de eer van onze vrouwen, kinderen en nakomelingen’ beschermen ‘opdat zij niet in slavernij onder de Spanjaarden zouden vervallen’.
Nederland is de afgelopen decennia gedomineerd geweest door een generatie – grofweg de generatie van de babyboomers en hun voorlopers – die nergens vandaan kwam en ook nergens naar toe ging. Ze hebben in het heden geleefd, het eeuwige heden van maximale behoeftebevrediging, hebben dus goed voor zichzelf gezorgd en hun kinderen onterfd, zowel financieel als cultureel.
Het zijn mensen die nooit iets hebben meegemaakt. Ze groeiden op ná de oorlog, in de weelde van de jaren zestig en zeventig, hebben zichzelf van riante voorzieningen voorzien en zichzelf altijd buiten schot weten te houden. De aanstaande hervormingen van de verzorgingsstaat (waaronder de verhoging van de AOW-leeftijd) zullen hen niet meer treffen. Ze hebben de god van de vrijheid vereerd, en niet voorkomen dat die vrijheid ontaardde in onverantwoordelijkheid en vrijpostigheid.
Zo hebben zij hun kinderen en nakomelingen in een staat van slavernij gebracht. Hun kinderen en kleinkinderen moeten nu de financiële schade herstellen die zij hebben aangericht, en zijn nu op zoek naar de orde die zij massaal hebben afgeschaft (zoals de filosoof Peter Sloterdijk ooit in een interview met NRC vaststelde). Het zou hun tijd wel duren, hebben de babyboomers gedacht.
Nu gaan ze massaal met pensioen, worden ze een jaar of zeventig oud, en nu worden ze bang voor dat laatste ongemak: ziekten, aftakeling en de dood. En daarom hebben Hedy d’Ancona, Frits Bolkestein, Jan Terlouw, Mies Bouwman en Paul van Vliet als aansprekende representanten van deze avantgardistische generatie van verwende doorbrengers, voorlopers van de eigenlijke babyboomers, een pleidooi de wereld ingestuurd om alle 70-plussers het mensenrecht toe te kennen om zelf te bepalen wanneer hun leven ten einde is en er dan ook een einde aan te maken.
Zo horen we nog één keer van ze, om in het aangezicht van een grijnzende dood nog één keer de teugels van het leven in eigen hand te nemen. De libertaire paarse geest dient zich opnieuw aan, en heeft nog steeds niets geleerd van de grootste anti-babyboomer, de babyboomer Pim Fortuyn, die duidelijk heeft gemaakt dat vergaande individualisering en het verheffen van een persoonlijke ethiek tot publieke norm tot een verweesde samenleving leidt.
Toch goed dat er een vagevuur is.
Bart Jan Spruyt
Even voor de duidelijkheid de babyboomers werden verbonden met de miljoenen doden van WOII en met hun kinderen die zoiets in ieder geval niet meer mochten meemaken. Die moesten het beter krijgen dan ooit. Dat is dus blijkbaar de generatie van de heer Spruyt waar je alleen maar over kunt zeggen stank voor dank. Hij is zelf zo blasé dat hij dit soort colums schrijft om mensen uit te dagen. een andere uitdaging heeft hij blijkbaar niet, maar dat hoeft ook niet want , en dat mag je de babyboomers wel verwijten, het zo goed dat hij op deze manier schrijft en denkt. Jammer hij begon die colum zo goed.En wat die vrijheid betreft om te mogen sterven wanneer jij dat hebben de babyboomers ook zelf geregeld want als het anders gelopen was had West-Europa er nu heel anders uitgezien. Dan was deze colum waarschijnlijk niet tot stand gekomen