Ozb stijgt niet harder voor ondernemers
Anders dan wordt gedacht, stijgt de onroerendezaakbelasting (ozb) niet harder voor bedrijven dan voor woningen. Dat schrijft het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO).
Anders dan wordt gedacht, stijgt de onroerendezaakbelasting (ozb) niet harder voor bedrijven dan voor woningen. Dat schrijft het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO).
Eigenaren en gebruikers
‘Het ozb-tarief voor eigenaren van woningen stijgt tussen 1998 en 2020 gemiddeld 3,2 procent per jaar, dat voor eigenaren van niet-woningen gemiddeld 3,3 procent per jaar en dat voor gebruikers van niet-woningen 2,9 procent per jaar’, schrijft het COELO (dat onderdeel is van de Rijksuniversiteit Groningen).
Ranglijsten
Gemeenten mogen zelf kiezen wat voor ozb-tarief ze kiezen en het beeld bestaat bij ondernemers dat de ozb voor bedrijven sterker stijgt dan die voor woningen. De aanname daarachter is dat dat aantrekkelijker zou zijn voor gemeenten omdat de WOZ-waarden van woningen in de media uitgebreid beschreven worden, in tegenstelling tot die van niet-woningen. Een langzamere stijging zou zorgen voor ‘een gunstiger plek op de ranglijsten voor woongemeenten.’
Op orde
De ozb is voor gemeenten een belangrijke inkomstenbron en een van de weinige manieren waarop een financiële terugval kan worden tegengegaan. Om het huishoudenboekje weer op orde te krijgen, denkt men er in Hoogeveen bijvoorbeeld over om het tarief met 28 procent te verhogen.
Zonder WOZ-stijging
Het verschil tussen de drie gemeentelijke vormen van ozb kan niet afgelezen worden aan de tarieven alleen, omdat de WOZ-waarde van woningen al jaren veel sterker stijgt dan voor niet-woningen. Daarom zuiverde het COELO de ozb-tarieven voor de ontwikkeling van de WOZ-waarde. ‘We hebben uitgerekend hoe hoog de tarieven zouden zijn geweest als de WOZ-waarden sinds 1998 niet zouden zijn veranderd.’
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.