Fijnstof in omgeving bouwplaats goed meetbaar
De hoeveelheid fijnstof die vrijkomt bij bouw- en sloopprojecten is prima te meten. Nu is de vraag wat er met die wetenschap wordt gedaan.
In Nederland is weinig bekend over de hoeveelheid fijnstof die zich in de omgeving verspreid door bouwprojecten. In het bouwbesluit is vastgelegd dat bouwstof binnen de hekken van een bouwproject moet blijven, maar dit is in de praktijk vrijwel onmogelijk. Technisch is het tegenwoordig prima mogelijk om de hoeveelheid fijnstof bij bouwwerkzaamheden te meten, stelt Hans Nouwens van Connected Worlds. Nu is de vraag wat er met die wetenschap gebeurt.
Luchtkwaliteit
Nouwens is betrokken bij het inmiddels afgeronde project Bouwstofwijzer, dat deels werd gefinancierd vanuit het Innovatiebudget Digitale Overheid. Rondom twee bouwprojecten werden meetkastjes geplaatst met sensoren die de luchtkwaliteit maten. Bewoners werd gevraagd om zelf ook sensoren op te hangen om metingen te doen. Op een website zagen zij in real time informatie over de luchtkwaliteit rondom de bouwplaats. Het ging om onderhoudswerkzaamheden aan de N3, waarbij Rijkswaterstaat en de gemeente Dordrecht waren betrokken. Het tweede project was de sloop en bouw van een appartementencomplex in het centrum van Utrecht.
Handelingsperspectief sloper
Doel van het project was om een gezondere leefomgeving rondom de bouwplaatsen te creëren. De bouwer heeft handelingsperspectief als hij weet dat de hoeveelheid ongezonde fijnstof op bepaalde momenten toeneemt, zegt Hans Nouwens van Connected Worlds, dat het project realiseerde. ‘Als er een bepaalde norm werd overschreden, kregen de bewoners en de slopers een alarm-melding via email of sms. Dan wist de sloper dat hij moest sproeien, moest wachten tot de wind draait, of soms zelfs moest stoppen. Bewoners wisten dat ze bijvoorbeeld beter niet konden gaan hardlopen in de omgeving van de bouwplaats, of iets anders waarbij je diep inademt. En doordat erover werd gecommuniceerd, nam de acceptatie van de overlast door bewoners toe.’
Doordat erover werd gecommuniceerd, nam de acceptatie van de overlast door bewoners toe.
Fijnmazig meetnetwerk
Voor het project werd een extreem fijnmazig meetnetwerk aangelegd. In een cirkel van 300 meter rondom de bouwplaats hingen 20 meetkastjes. Daarnaast hingen 20 burgers de sensors in de eigen tuin. In feite zijn 19 meetkastjes per kilometer voldoende om luchtvervuiling te meten, maar in dit geval wilde men ook achterhalen tot hoe ver het fijnstof komt. Dat hangt onder meer af van de windrichting, de windkracht en de luchtvochtigheid. ‘Voorbij de 300 meter komt het vrijwel nooit, dan is het vaak al zodanig verwaaid dat de concentratie te laag is om waar te nemen,’ zegt Nouwens. Bij de onderhoudswerkzaamheden aan de N3 bleek het niet eens meetbaar.
Liever niet
Als je eenmaal weet hoeveel fijnstof er op piekmomenten door bouwwerkzaamheden wordt veroorzaakt, dan moet je er iets mee. Veel aannemers zaten om die reden niet te springen om met het project mee te doen. Eén wethouder gaf openlijk aan dat hij het liever niet wist. Voor de Utrechtse sloper was het concurrentievoordeel van het wél weten juist reden om de meetkastjes op te hangen, zegt Nouwens. ‘Fijnstof is uiterst ongezond. Uiteindelijk is het doel een gezondere leefomgeving voor de inwoners.’
Afsprakenstelsel
De vrijwel onhaalbare regel uit het bouwbesluit dat bouwstof niet buiten de hekken van de bouwplaats mag komen, wordt in de praktijk niet actief gehandhaafd. In theorie is het mogelijk dat een bouwproject moet worden stilgelegd. Met het kunnen meten van bouwstof ontstaat een verplichting tegenover omwonenden om afspraken te maken over welke norm aanvaardbaar is, vindt Nouwens. ‘Het liefst zouden we zien dat er regels voor worden opgenomen in de omgevingswet, maar als iedere gemeente dezelfde norm hanteert in de BLVC-plannen (bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie), kom je ook al een heel eind.’ Rijkswaterstaat organiseert samen met het Digital Ecosystems Institute een bijeenkomst om tot een landelijk afsprakenstelsel bouwstof te komen. Belangstellenden zijn welkom.
Cyberveiligheid
De kosten van de sensoren zijn ten opzichte van een groot bouwproject minimaal. Zolang de meetkastjes op de openbare weg hangen, bijvoorbeeld aan lantaarnpalen, is het gebruik ervan privacy-technisch geoorloofd. Een technische hobbel is wel dat de stroom overdag vaak van Nederlandse lantaarnpalen af gaat, wat zou betekenen dat er een accu in geplaats zou moeten worden die de sensoren kan opladen. En hoe zit het met de cyberveiligheid? ‘De dataverbinding is afgeschermd en er zit geen achterdeurtje in, voor zover je dat met zekerheid kan zeggen,’ zegt Nouwens. ‘Alle afwijkingen vallen meteen op. We hebben al eens gehad dat sensoren extreem hoge waarden uitzonden. Ze hingen vlakbij de bouwplaats en bleken vol stof te zitten.’
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.