OV-chipkaartgegevens te lang bewaard
Het College Bescherming Persoonsgegevens constateert dat de grote vervoersbedrijven OV-chipkaartreisgegevens bewaren op een manier die in strijd is met de wet. En moeten nu echt voorzieningen worden getroffen, vindt het CBP.
Waarschuwingen
OV-chipkaartuitgever Trans Link Systems en de vervoersbedrijven GVB (Amsterdam) en RET (Rotterdam) bewaren de gegevens die resulteren uit het in- en uitchecken van reizigers langer dan noodzakelijk. Waarschuwingen van het CBP, al voordat de OV-chipkaart van start ging, zijn in de wind geslagen. Ook hebben de onderzochte vervoersbedrijven nog geen verantwoord beleid voor het vaststellen van de termijn die voor het bewaren van gegevens moet gelden.
Fiscale redenen
Trans Link Systems (TLS), de uitgever van de OV-chipkaart en beheerder van het centrale systeem daarachter, hanteert bijvoorbeeld een bewaartermijn van 7 jaar "voor fiscale doeleinden". Daarnaast zou een bewaartermijn van 36 manden nodig zijn voor het bewaken van de integriteit van het systeem en van 24 maanden voor servicedoeleinden. Het CBP stelt echter dat TLS helemaal niet verplicht is dergelijke informatie voor de Belastingdienst te verzamelen – en al helemaal niet op een manier waarbij de gegevens jarenlang tot personen herleidbaar zijn. Voor de andere (parallelle) bewaartermijnen is onvoldoende onderbouwing gegeven, vindt het CBP.
Niet nodig
Over de NS merkt het CBP op dat dit bedrijf de studenten met een Studenten-OV-chipkaart niet vertelt dat in- en uitchecken helemaal niet nodig is. Ook over wat er met de reisgegevens gebeurt als zij wel in- en uitchecken informaart de NS onvoldoende.
Dwangsom
Er zijn hardere "voorzieningen' nodig om ongeoorloofd verwerken en bewaren te voorkomen en die gegevens verwijderen als zij niet meer voor het gestelde doel nodig zijn, stelt het CBP. Het opleggen van een"last onder dwangsom" daartoe, de zwaarste sanctie die het CBP kan uitvoeren, kan overigens pas nadat de vervoersbedrijven in een hoorzitting hun zegje hebben kunnen doen.
OV-chipkaartuitgever Trans Link Systems en de vervoersbedrijven GVB (Amsterdam) en RET (Rotterdam) bewaren de gegevens die resulteren uit het in- en uitchecken van reizigers langer dan noodzakelijk. Waarschuwingen van het CBP, al voordat de OV-chipkaart van start ging, zijn in de wind geslagen. Ook hebben de onderzochte vervoersbedrijven nog geen verantwoord beleid voor het vaststellen van de termijn die voor het bewaren van gegevens moet gelden.
Fiscale redenen
Trans Link Systems (TLS), de uitgever van de OV-chipkaart en beheerder van het centrale systeem daarachter, hanteert bijvoorbeeld een bewaartermijn van 7 jaar "voor fiscale doeleinden". Daarnaast zou een bewaartermijn van 36 manden nodig zijn voor het bewaken van de integriteit van het systeem en van 24 maanden voor servicedoeleinden. Het CBP stelt echter dat TLS helemaal niet verplicht is dergelijke informatie voor de Belastingdienst te verzamelen – en al helemaal niet op een manier waarbij de gegevens jarenlang tot personen herleidbaar zijn. Voor de andere (parallelle) bewaartermijnen is onvoldoende onderbouwing gegeven, vindt het CBP.
Niet nodig
Over de NS merkt het CBP op dat dit bedrijf de studenten met een Studenten-OV-chipkaart niet vertelt dat in- en uitchecken helemaal niet nodig is. Ook over wat er met de reisgegevens gebeurt als zij wel in- en uitchecken informaart de NS onvoldoende.
Dwangsom
Er zijn hardere "voorzieningen' nodig om ongeoorloofd verwerken en bewaren te voorkomen en die gegevens verwijderen als zij niet meer voor het gestelde doel nodig zijn, stelt het CBP. Het opleggen van een"last onder dwangsom" daartoe, de zwaarste sanctie die het CBP kan uitvoeren, kan overigens pas nadat de vervoersbedrijven in een hoorzitting hun zegje hebben kunnen doen.
Dit lijkt toch wel erg op onbehoorlijk - zo niet onrechtmatig - bestuur.