Sanderink verliest ook laatste aandeel in Centric

Invloed, inmenging en bestuur van Centric door eigenaar Gerard Sanderink gaat formeel onderzocht worden, op last van de Ondernemingskamer (OK). Die speciale rechtbank voor bedrijfszaken had de miljonair al losgewrikt van zijn IT-bedrijf, maar Sanderink hing nog als een donkere schaduw boven de Nederlandse dienstverlener die veel werk doet voor overheden.

Privébelangen

Zowel het Openbaar Ministerie (OM), die de belangen van de Nederlandse overheidsklanten van Centric behartigt, alsook Centric zelf willen dat er een onderzoek wordt ingesteld, zo gaven zij vorige week tijdens een zitting van de OK aan. De OK heeft nu bepaald dat er voldoende gronden zijn voor zo'n onderzoek. Volgens de OK is in het verleden en tijdens de zitting van vorige week namelijk duidelijk geworden dat het bestuur van Centric ‘niet in staat is geweest om voldoende zelfstandig en onafhankelijk te opereren en dat daarbij het belang van Centric en de door haar gedreven onderneming onvoldoende gescheiden wordt gehouden van de privébelangen’.

Afgezet

Het onderzoek naar de gang van zaken bij Centric gaat om de periode tussen 1 januari 2018 en 3 november 2022. Op 3 november werd Sanderink namelijk door de Ondernemingskamer afgezet als bestuurder. Meester in de rechten Yvette Borrius is door de OK tot onderzoeker benoemd. Ook heeft de Ondernemingskamer nu het laatste aandeel van Sanderink Investments B.V. in Centric Holding overgedragen aan een tijdelijke beheerder. Dat betekent dat Gerard Sanderink nu geen enkel aandeel meer heeft in Centric.

Twjjfelachtig

De Ondernemingskamer haalt in haar beoordeling diverse voorbeelden aan van twijfelachtige praktijken binnen Centric onder het bewind van Sanderink. Zo deden zich in de loop van 2019 een groot aantal bestuurswisselingen heeft voor, waarbij de indruk bestaat dat Sanderink geen tegenspraak of kritiek duidt en ‘hem onwelgevallige leden van de raad van bestuur van Centric telkens het veld moeten ruimen’, aldus de OK.

Klanten vertrekken

Verder speelt mee dat diverse klanten van Centric - zoals ASML en DNB - hun contract met het bedrijf op hebben gezegd of niet verlengd hebben, en dat personeel dreigde te vertrekken of zelfs al opgestapt was. ‘Centric kampte hierdoor met hoge kosten voor de noodzakelijke inhuur van mensen om vertrekkend personeel op te vangen. De Nederlandse activiteiten van Centric waren als gevolg daarvan inmiddels verlieslatend. Dit alles vormde een directe en acute bedreiging voor de continuïteit van Centric en de met haar verbonden onderneming’, aldus de OK.  Naar aanleiding van dit alles volgt nu een onderzoek naar de gang van zaken van Centric Holding, Centric Netherlands Holding en Centric Netherlands, tussen 1 januari 2018 en 3 november 2022.

Lees het hele artikel bij AG connect