Hoog salaris externe nog steeds zaak van gemeente
Voorlopig is het aan de decentrale overheden zelf om te bepalen hoe hoog het salaris is van een ingehuurde externe kracht. Dat zegt minister Plasterk over het feit dat er nog veel externen bij de overheid meer verdienen dan een minister. De vernieuwde Wet Normering Topinkomens moet door het nieuwe kabinet bekrachtigd worden.
Het kabinet kan voorlopig niets doen aan hoge salarissen voor extern ingehuurde krachten bij de provincie of gemeente. De Wet Normering topinkomens (WNT) voorziet alleen in de beperking van loon van externe topfunctionarissen en ambtenaren in vaste dienst. De WNT geldt dus niet voor externen zonder het label ‘topfunctionaris’. Met als gevolg dat deze groep een hoog salaris mag ontvangen.
Geen openheid
En dat gebeurt nog steeds op grote schaal. Het Algemeen Dagblad ondervroeg deze zomer 148 bestuursorganen en het bleek dat zeker twintig externe krachten in 2016 een salaris kregen dat boven de ministersnorm lag van 179.000 euro per jaar of 175 euro per uur. Het AD vermoedt dat het aantal grootverdieners waarschijnlijk hoger is, omdat lang niet alle bestuursorganen openheid van zaken geven over de salarissen van extern personeel.
Geen limiet
Voor consultants, communicatieadviseurs, interim-managers, juristen en andere door de overheid ingehuurde specialisten geldt de WNT alleen als zij binnen 18 maanden zes maanden of meer de functie van een topfunctionaris vervullen. Zo niet, dan is er geen limiet wat betreft hun beloning. Soms gaat het om enkele tonnen per persoon per jaar. En ook medisch specialisten vallen, zoals eerder besloten in het Zorgakkoord, buiten het wetsvoorstel. Evenals luchtverkeersleiders, in navolging op het advies van de commissie Vreeman.
Zaak van decentrale overheden
Op Kamervragen over de huidige situatie antwoordt de minister: ‘Het is aan de decentrale overheden om in bepaalde situaties al dan niet gebruik te maken van externe inhuur om de gestelde doelen te realiseren’, aldus Plasterk. ‘Democratische controle hierop is georganiseerd via de provinciale staten, gemeenteraden en waterschapsbesturen’.
Mislukt
Maar hoewel meer dan de helft van de gemeenten vorig jaar moeite heeft gedaan om de kosten voor externen terug te dringen is dit wederom niet gelukt. Gemiddeld is het percentage van externe inhuur ten opzichte van de loonsom met 1 procent gestegen, van 15 naar 16 procent. Alleen de kleinere gemeenten (20-50 duizend inwoners) huurden een procentje minder in. De G4 bleef bovengemiddeld inhuren, maar bleef met 17 procent gelijk aan het jaar ervoor. Dat bleek al eerder dit jaar uit de Personeelsmonitor Gemeenten van het A en O-fonds.
Nieuw kabinet
Het wachten is dus op een nieuw kabinet. Die kan de laatste uitbreiding van de Wet normering topinkomens uit de kast trekken zodat alle veelverdieners van semipublieke organisaties eraan moeten geloven. Het wetsvoorstel WNT3 moet ervoor zorgen dat niemand met een salaris, dat uit belastinggeld of zorgpremies bestaat, meer dan een minister verdient.'
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
En inderdaad wordt er wel eens ingehuurd via een bureau maar ook heel vaak zijn het directe ZZP'ers. We moeten dus niet doen alsof iedereen via een bureau wordt ingehuurd.
Feit blijft dat er heel veel geld wordt betaald voor arrogante adviseurs die denken dat ze de hoofdprijs waard zijn.
Zelfs als tegenstander van onnodige of te dure inhuur krijg ik daar echt kromme tenen van.
Omzet en salaris is echt iets anders. Zolang die 2 door elkaar worden gehaald en gebruikt, is er geen sprake van een eerlijke dialoog en eerlijke journalistiek. Nu is de semantiek te vergelijken met: ik koop een frietje bij de frietboer en beweer vervolgens dat de prijs die voor dat frietje heb betaalt het netto loon is voor de frietboer en we vergeten even alle kosten die hij moet maken om mij dat frietje te verkopen. Het is ook heel mooi inzichtelijk gemaakt via de Rutte-norm (wat zou Rutte als uurtarief moeten hanteren om hetzelfde loon te verdienen).
https://www.zipconomy.nl/2012/04/de-rutte-norm-2 …