Leerplichtambtenaar plagieerde werkstuk
Een Zoetermeerse leerplichtambtenaar in opleiding schrijft een werkstuk over van een medestudent. Of stuurde hij per ongeluk de verkeerde versie naar de examinator? Hij wordt ontslagen, ook omdat hij op een andere leugen is betrapt.
'In de clinch' is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht.
Leerplichtambtenaar Sjoerd Valking* werkt sinds 2016 bij de gemeente Zoetermeer. Hij volgt de verplichte Leergang Leerplicht/ RMC bij het Studiecentrum voor Publieke Veiligheid (SPV). In juni 2019 meldt het SPV aan het college dat Valking een onvoldoende heeft gehaald voor zijn eindopdracht. Maar hij krijgt een vervangende toets, die uiterlijk op 3 mei 2019 moet zijn ingeleverd.
Op 14 mei laat Valking het SPV weten dat hij de opdracht niet heeft kunnen maken omdat hij in het buitenland verblijft. Hij krijgt enige uitstel: het móet zijn ingeleverd op 22 mei, om 12.30 uur. Uiteindelijk levert Valking zijn werkstuk 32 minuten te laat in.
Hoewel dat formeel overtijd is, doemt een ander probleem op: de ingeleverde eindopdracht komt voor 90 procent overeen met een werkstuk van een medestudent.
Plagiaat, dus fraude, zegt het SPV. Die laat het college weten dat in de algemene voorwaarden staat dat de cursist recht heeft op één herexamen en dat Valking daarom geen twee herkansing krijgt. Hij wordt uitgesloten van verdere deelname aan de opleiding. Vervolgens ontslaat het college hem met onmiddellijke ingang wegens plichtsverzuim.
Valking geeft toe dat hij deze eindopdracht niet zelf heeft gemaakt. Wat hij inleverde was voor hem een ‘vingeroefening’ die hij hier en daar wat had aangepast. Het was een foutje om deze in te sturen. Hij had wel een ‘correct’ werkstuk maar mocht dat van het SPV nadien niet meer insturen. Valking vindt dat sprake is van vooringenomenheid. Verwijtbaar plichtsverzuim? Helemaal niet. Het strafontslag vindt hij veel te zwaar, en stapt naar de rechter.
Maar ook de rechtbank Den Haag constateert dat Valkings eindopdracht voor 90 procent geplagieerd lijkt. Toen het SPV Valking hiermee confronteerde, bagatelliseerde hij dat: er waren wel ‘wat overeenkomsten’, maar zeker niet zoveel als het SPV concludeerde. Het SPV liet Valking telefonisch weten dat hij heeft gefraudeerd en dat hij daarmee is gezakt. Valking kan wel stellen dat hij misschien de verkeerde versie heeft ingestuurd maar dat blijkt nergens uit, oordeelt de rechtbank. Uit mailtjes van Valking blijkt juist dat hij zijn document nog had nagekeken. Het correcte document, volgens Valking dan, heeft hij twee weken na de examendeadline gestuurd, maar toen was niet meer vast te stellen of dit op 22 mei al klaar was – reden dat het werd geweigerd. Dit komt voor rekening en risico van Valking.
Kortom, het college heeft op goede gronden kunnen vaststellen dat sprake is van plagiaat en dat dit kan worden aangemerkt als plichtsverzuim. Ook al staat er in de algemene voorwaarden niets over fraude, dat maakt niet dat het SPV Valking niet heeft mogen uitsluiten van de opleiding. De hem geboden eenmalige herkansing is door het toerekenbare plichtsverzuim ten einde gekomen. Het college mocht Valking een disciplinaire straf opleggen, en het ontslag was niet onevenredig aan de aard en ernst van het plichtsverzuim (uitspraak 15 september 2021).
Juist van een leerplichtambtenaar mag worden verwacht dat hij de voor deze functie vereiste integriteit en betrouwbaarheid bezit én kan aantonen. Daar komt bij dat Valkings reden van uitstel (‘ik zit in het buitenland’) een leugen was. Volgens het werkdagen- en werkafsprakenoverzicht was hij gewoon in Nederland.
* De naam is gefingeerd.
ECLI:NL:RBDHA:2021:10252
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.