Ordemaatregelen niet nodig bij angstcultuur
'In de clinch' is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht.
Een leidinggevende ambtenaar zou ongewenst gedrag hebben vertoond en wordt derhalve ontslagen. ‘Onherstelbaar verstoorde arbeidsverhouding’, aldus het college. Maar kunnen de feiten dit ontslag wel dragen?
Wat was er precies voorgevallen in het Overijsselse Hardenberg, waar Karin Vechtdal* sinds 2012 op het gemeentehuis werkt? De algemeen directeur vindt dat haar afdeling niet in control is. Er zijn signalen dat personen zich door de wijze van aansturing van Vechtdal onveilig of bedreigd voelen. Het college grijpt in: Vechtdal wordt op buitengewoon verlof gestuurd, met behoud van salaris. Daar bovenop volgt een ordemaatregel: ze mag geen contact hebben met collega’s en over deze kwestie met niemand praten, behalve met haar partner en advocaat. Het buitengewoon verlof en de ordemaatregel worden meerdere keren verlengd.
Verder laat het college het Bureau Integriteit Nederlandse Gemeenten (BING) de signalen van bejegening door Vechtdal onderzoeken. Daaruit blijkt dat er in twee gevallen sprake was van ongewenst gedrag door intimiderend, vernederend of bedreigend taalgebruik of opmerkingen. In de overige gevallen gaat het om gedrag dat weliswaar weinig tactvol is, maar niet zondermeer als ongewenst kan worden aangemerkt. Het college kwalificeert dit als een ‘onherstelbaar verstoorde arbeidsverhouding’, Vechtdal wordt eervol ontslagen. Een na-wettelijke uitkering zit er niet in, omdat de verwijtbaarheid overwegend aan haar zijde ligt.
Het college koos voor een extern onderzoek naar haar gedrag
De rechtbank Overijssel oordeelt dat Vechtdal wél een aanvullende en nawettelijke uitkering moet krijgen, en een ontslagvergoeding van 11.688 euro. Tegen die uitspraak gaan het college én Vechtdal in hoger beroep.
De Centrale Raad van Beroep vindt dat de algemeen directeur de signalen dat personen zich door Vechtdals aansturing onveilig of bedreigd hebben gevoeld niet concreet heeft gemaakt. In plaats van daarover met Vechtdal te praten, koos het college voor een extern onderzoek naar haar gedrag.
Het college sprak van een ‘angstcultuur’, wat bleek uit verklaringen van medewerkers aan de algemeen directeur. Deze had in gesprekken met medewerkers vertrouwelijkheid toegezegd zodat zij hierover niet met Vechtdal kon praten. Volgens de Raad heeft het college niet aannemelijk gemaakt dat het buitengewoon verlof en de ordemaatregelen noodzakelijk waren, en dat een gesprek met Vechtdal hierover niet mogelijk zou zijn geweest. Daarmee zijn de herhaalde besluiten over de ordemaatregelen onzorgvuldig genomen, wat in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht.
Bij een verstoorde arbeidsverhouding en wanneer voortzetting van het dienstverband in redelijkheid niet van het bestuursorgaan kan worden verlangd, is ontslag een mogelijkheid. Dan moet wel duidelijk zijn dat herplaatsing elders binnen de organisatie geen optie is of dat van verdere inspanningen daartoe geen resultaat valt te verwachten. Maar was dit een verstoorde arbeidsverhouding? Vechtdal vindt van niet, de Raad evenmin. Het college sprak van een ‘breed gedragen gevoel van onveiligheid op de werkvloer’ – maar maakte dat niet concreet. De twee gevallen van ongewenst gedrag dateren van 2013 en 2017 – ver vóór het ontslagbesluit. En bij de ‘weinig tactvolle gedragingen’ heeft het college niet aannemelijk gemaakt dat op de dag van het ontslagbesluit sprake was van een verstoorde arbeidsverhouding.
Het college was niet bevoegd om Vechtdal op deze grond te ontslaan, waarmee het dienstverband van Vechtdal is hersteld. Het is aan partijen om in onderling overleg invulling te geven aan deze nieuw ontstane situatie. Het college draait, zo oordeelt de Raad (uitspraak 4 maart 2022) op voor de proceskosten van Vechtdal: rechtsbijstand, de deskundige die zij heeft ingeschakeld en haar reiskosten, totaal 5.355 euro.
*De naam is gefingeerd
ECLI:NL:CRVB:2022:473
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.