Na 40 jaar dienst een magere gratificatie
In de clinch is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht.
In de clinch is een rubriek waarin jurist/columnist Michel Knapen actuele zaken in het ambtenarenrecht belicht.
Bijna veertig jaar had een ambtenaar fulltime gewerkt. Zijn maandsalaris was de basis voor een mooie jubileumgratificatie. Had hij zich rijk gerekend?
Hein Veenberg* is sinds 7 mei 1975 in overheidsdienst, vanaf 1 oktober 2002 bij de gemeente Den Haag. Eind 2011 is het voor hem langzaamaan genoeg en wil hij gaan afbouwen. Hij spreekt met het college af dat hij per 1 januari 2013 met vervroegd deeltijdpensioen gaat en voor 50 procent eervol wordt ontslagen. Hij blijft nog 18 uur per week werken. Het gehalveerde dienstverband wordt voortgezet tot 1 mei 2015.
Later wordt dit gewijzigd in 15 mei 2015, zodat Veenberg zijn veertigjarig ambtsjubileum kan halen, maar de bezoldiging stopt op 1 mei 2015. Ook spreken ze af dat ze niets meer van elkaar te vorderen hebben, behalve natuurlijk ‘het naar rato deel van de gratificatie wegens het veertigjarig ambtsjubileum’ die wordt uitgekeerd ‘volgens de huidige regelgeving’.
In Veenbergs nadagen ontstaat er de nodige onenigheid over de ambtsjubileumgratificatie. De gemeente heeft die, op grond van Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag (ARG) en Beloningsregeling gemeente Den Haag vastgesteld op 4.435 euro. Daar maakt de aanstaande jubilaris bezwaar tegen. Op 22 februari deed de Centrale Raad van Beroep uitspraak in deze zaak. In de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst staat dat een ambtenaar éénmalig een jubileumtoelage ontvangt zodra hij veertig jaar in overheidsdienst is. De toelage bedraagt het maandsalaris en de toegekende salaristoelage( n) over de maand van jubileren.
In de ARG staat dat de ambtenaar die gedurende veertig jaar bij de overheid heeft gewerkt, een gratificatie ontvangt gelijk aan een bedrag dat overeenkomt met de gehele bezoldiging, vermeerderd met de vakantietoelage over de maand waarin hij dit jubileum gedenkt.
Maar wat is ‘salaris’? Dat staat in de ARG: het bedrag van de schaal dat aan de ambtenaar is toegekend. Onder ‘bezoldiging’ wordt verstaan het salaris, vermeerderd met emolumenten en toelagen die aan de ambtenaar zijn toegekend. Verder staat in de ARG dat het salaris wordt berekend op basis van de formele arbeidsduur per week, en uitgekeerd per maand.
Veenberg is van mening dat het college bij de berekening van zijn ambtsjubileumgratificatie ten onrechte is uitgegaan van de bezoldiging behorende bij de 50 procent-deeltijdbetrekking die hij de laatste 2,5 jaar van zijn dienstverband vervulde, terwijl hij in de daaraan voorafgaande 37,5 jaar van zijn dienstbetrekking fulltime heeft gewerkt. Hij vindt dat de hoogte van de gratificatie moet worden vastgesteld naar evenredigheid van het dienstverband, dus – afgerond – 37/40 van een volledig maandsalaris en 3/40 van het deeltijdsalaris. Geen onlogische redenering: in de overeenkomst staat immers ‘naar rato’.
De Raad zien dat toch anders. Die oordeelt dat het college de ARG correct heeft toegepast door bij de berekening van de ambtsjubileumgratificatie uit te gaan van het bedrag dat Veenberg bij het bereiken van zijn veertigjarig ambtsjubileum in mei 2015 op basis van zijn deeltijdaanstelling kreeg uitbetaald. Er ís al aan de belangen van Veenberg tegemoetgekomen, aldus het college, door de einddatum van zijn dienstverband te wijzigen van 1 mei naar 15 mei 2015. Daardoor kon hij tot zijn veertigjarig ambtsjubileum doorwerken, anders had hij dat niet gehaald en helemaal geen gratificatie gekregen. Veenberg moet genoegen nemen met een halvering van het bedrag waarop hij had gehoopt. Een tegenvallend begin van zijn pensioen.
* De naam is gefingeerd.
ECLI:NL:CRVB:2018:531
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.