Zieke cultuur eist tol
Terugblikkend zou 2015 voor wethouders een feestelijk jaar kunnen zijn. Slechts 74 collega’s moesten tijdelijk of definitief om politieke redenen het veld ruimen voor een nieuwe collega. Dat is een nieuw laagterecord wat tot nog toe – de verkiezingsjaren uitgezonderd – lag op het jaar 2007 toen er 77 wethouders moesten opstappen. Dat blijkt uit het Wethoudersonderzoek 2015 dat in opdracht van Binnenlands Bestuur is verricht door De Collegetafel.
In 2015 zijn er minder wethouders (74) de laan uitgestuurd dan ooit eerder deze eeuw, verkiezingsjaren uitgezonderd. Toch is er weinig tot geen reden voor gejuich. Gebrek aan onderling vertrouwen en een verziekte bestuurscultuur waren te vaak de aanleiding.
Terugblikkend zou 2015 voor wethouders een feestelijk jaar kunnen zijn. Slechts 74 collega’s moesten tijdelijk of definitief om politieke redenen het veld ruimen voor een nieuwe collega. Dat is een nieuw laagterecord wat tot nog toe – de verkiezingsjaren uitgezonderd – lag op het jaar 2007 toen er 77 wethouders moesten opstappen. Dat blijkt uit het Wethoudersonderzoek 2015 dat in opdracht van Binnenlands Bestuur is verricht door De Collegetafel. Het bevestigt de trend van deze collegeperiode dat er minder wethouders ten val komen. In vergelijking met de start van de voorgaande drie duale collegeperiodes in 2002 (116), 2006 (110) en 2010 (118) ligt het aantal ten val gekomen wethouders sinds de raadsverkiezingen van 2014 beduidend lager: 103.
Een mogelijke oorzaak hiervoor kan de (stilzwijgende) afspraak zijn die in tal van gemeenten is gemaakt: dat wethouders voorlopig niet worden afgerekend op de invoering van de nieuwe taken voor zorg, ondersteuning en participatie. Alleen in Beek (L.) leidde de nieuwe taken tot een coalitiebreuk. En voor zorg en welzijn verantwoordelijke wethouders in Utrecht en Heerde gooiden de handdoek omdat ambities en tempo niet meer pasten.
De grote vraag voor 2016 wordt of wethouders op dezelfde clementie mogen rekenen, ook wanneer de budgetten fors tekortschieten of er geen goedkeurende verklaringen komen van accountants voor de rekeningen. Het valt daarbij op dat in 2015, anders dan in het verleden, wethouders slechts spaarzaam (Alkmaar, Eindhoven en Stein) zijn afgerekend op financiële tekortkomingen en budget-overschrijdingen.
Integriteit
Een meevaller voor wethouders is dat niet-integer gedrag en (vermeende) belangenverstrengeling in 2015 niet langer de belangrijkste valfactor was. Terwijl een derde deel van de wethouders in 2014 op integriteit en belangenverstrengeling onderuit ging, was dat in 2015 slechts een zesde deel. Reden voor gejuich is dat niet want in absolute zin was het aantal gemeenten waar (vermeend) niet-integer gedrag en/of belangenverstrengeling wethouders de kop kostte zelfs een tikkeltje groter dan in 2014. Wethouders werden beschuldigd van belangenverstrengeling (Woerden, Stichtse Vecht) of maakten zich schuldig aan lekken uit het college (Schinnen), niet-integer onder druk zetten van inwoners en instellingen (Montfoort) tot vrouwonvriendelijk gedrag (Den Helder) en het sjoemelen met regels (Buren en Berkelland).
Bestuurscultuur
Verziekte verhoudingen, het niet langer met elkaar door een deur kunnen en/of een gebrekkige bestuurscultuur is in 2015 de belangrijkste valfactor geworden voor wethouders. Het leidde in 22 gemeenten tot een coalitiebreuk en/of een breuk met de eigen fractie en daarmee tot een wisseling van de wacht voor een of meer wethouders.
Wethouders hebben niet altijd invloed op dat soort vertrouwensbreuken. Het meest zuur is het wanneer er een breuk ontstaat in of met de eigen fractie, met als gevolgd dat het leven als coalitiepartij moet worden gestaakt. Het betekende voor wethouders in Voerendaal, Slochteren, Oud-Beijerland, Gorinchem, Almelo en Landerd het einde van hun wethouderschap.
In Landerd, Aalburg en Westvoorne ging de coalitie onderuit op een aanleiding die de afgelopen tien jaren slechts sporadisch voorkwam: een conflict over de noodzaak van gemeentelijke herindeling, een discussie die onder invloed van de grotere zorgbudgetten en de nieuwe taken voor gemeenten op steeds meer plekken scherp wordt gevoerd.
Een verziekte bestuurscultuur is in 2015 een factor die niet alleen heeft geleid tot het opstappen van een recordaantal van twaalf burgemeesters, maar blijkt ook een directe verklaring voor het opstappen van diverse wethouders (Bloemendaal, Goirle, Menterwolde) en verklaart tevens het forse aantal (12) wethouders dat om persoonlijke redenen er de brui aan geeft. In zo’n cultuur kom je er sneller achter dat het wethouderschap geen jas is die je past. De stijl van de wethouder doet er toe, zeker in een politiek versplinterd landschap, maar kan hem of haar ook de kop kosten, zoals wethouders in Bergen op Zoom, Nunspeet, Steenbergen en Twenterand moesten ervaren. Ook kan de stijl niet blijken te passen bij wat politiek wordt gevraagd (Utrecht, Pekela).
Misschien wel tekenend voor de verziekte en versplinterde verhoudingen was dat het in een aantal gemeenten (Montfoort, Oude IJsselstreek en Zutphen) meer dan een half jaar duurde voordat de bestuurlijke crisis was opgelost.
Drie spraakmakende valpartijen
1. Bloemendaal
Bloemendaal – met Menterwolde als goede tweede – was in 2015 de eyecatcher die de indruk wekte alsof de plaatselijke bestuurs- en politieke cultuur tot op het bot was verziekt. Eerst stapten burgemeester Ruud Nederveen en wethouder Marjolein de Rooij op vanwege de kwestie Elswoutshoek. Intimidatie, bedreigingen, monddood maken van de media waren enkele verwijten. Na de zomer stopte waarnemend burgemeester Aaltje Emmens ermee omdat ze ziek werd van de politieke cultuur in de raad. Om dezelfde reden gaf wethouder-van-buiten Jur Botter het wethouderschap op met als gevolg dat het college ten val kwam. De Haarlemse burgemeester Bernt Schneiders werd vervolgens als waarnemer de derde Bloemendaalse burgemeester in een jaar tijd.
2. Den Helder
Bestuurlijk Den Helder liet in 2015 weer zien waarom de gemeente al jaren figureert op de lijstjes van gemeenten met bestuurlijk gedonder. Geurt Visser (Stadspartij) trekt alle aandacht omdat hij wordt beticht van het maken van vrouwonvriendelijke uitlatingen en gedragingen. Het zoeken naar een opvolger raakt in een impasse doordat de Stadspartij aan interne conflicten ten onder lijkt te gaan. De oplossing: de vier fractievoorzitters van VVD, D66, CDA en PvdA worden wethouder, terwijl de verdeelde Stadspartij geen vervanger krijgt voor Visser maar wel zijn twee overige wethouders mag behouden. Daarna keert de bestuurlijke rust in Den Helder terug. Vlak voor nieuwjaar kondigt Visser aan in 2018 met een eigen partij terug te komen.
3. Steenbergen
Wie Steenbergen zegt, denkt aan het roerige, luidruchtige verzet tegen de opvang van vluchtelingen. De Brabantse gemeente met een bestuurlijk instabiele historie trekt in november ook alle aandacht met wethouder Vincent van den Bosch. Hij treedt af nadat hij in opspraak is gekomen omdat hij boos is uitgevallen tegen een filmende inwoner. Hij noemt de man (een zogeheten vlogger) een ‘dorpsgek’ en dreigt hem aan te klagen, maar moet zelf als wethouder zijn biezen pakken.
Voor het overzicht van alle in 2015 politiek ten val gekomen wethouders, zie: www.decollegetafel.nl
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.