Advertentie

Vuurwerk

Het is dat de kredietcrisis uiteindelijk Wouter Bos te hulp is gekomen, maar anders zou André Rouvoet hoge ogen hebben gegooid in de verkiezing van meest besproken minister van 2008. Zonder dat-ie maar zelfs de beschikking heeft over een eigen ministerie – hij schijnt al zijn beleidsplannen zelf aan de eigen keukentafel te schrijven – is hij er het afgelopen jaar toch maar mooi in geslaagd om ‘het gezin’ op de politieke agenda te krijgen.

30 december 2008

Gebrek aan creativiteit kan hem daarbij bepaald niet verweten worden. Voor een jaarlijkse Dag van het Gezin krijg je de handen niet op elkaar, dus daarom in een adem door ook gepleit voor relatietherapie voor ouders die een scheiding overwegen. Daarbij borduurde de gezinsminister vrolijk voort op het gedachtegoed van zijn partijgenoot Voordewind, die zich eerder al had hard gemaakt voor een verplichte huwelijkscursus voor trouwlustige jongelieden, te volgen bij het Centrum voor Jeugd en Gezin. 

 

En in een interview met De Pers doorbrak hij zo’n beetje het laatste Nederlandse taboe, dat van de gestuurde gezinspolitiek. Rouvoet bleek van mening ‘dat de kosten van de vergrijzing ons tot nadenken dwingen’. Hij was dan wel geen voorstander van het invoeren van prestatiebeloning – zoals in het Frankrijk van na de Eerste Wereldoorlog waar bevolkingsgroei werd gestimuleerd door het uitkeren van voor die tijd riante premies per geboren kind – maar de discussie was volgens hem wel ‘interessant genoeg om te voeren’.

 

Jammer genoeg voor Rouvoet werd deze vrije gedachte-uitwisseling al beëindigd voordat ze goed en wel begonnen was. De overheid achter de voordeur was nog tot daar aan toe, maar een rijksinspecteur op iedere springbox, dat ging de meeste Kamerfracties toch te ver. De door de minister voorgestane overheidsbemoeienis bij het gezin mag overigens bij de meeste Kamerleden slechts op een lauwe ontvangst rekenen. Het is wel erg betuttelend en het verhoudt zich slecht met de waarde die we in onze samenleving nog steeds hechten aan individuele verantwoordelijkheid. Het is, kortom, nog steeds niet erg ‘van deze tijd’.

 

Helemaal mee eens, denk ik dan, maar toch…  Mijn eigen woonplaats haalde de afgelopen dagen het NOS-journaal door de vondst van 250 kilo illegaal vuurwerk op een jongenskamertje in een doorsnee-woonwijk. 250 Kilo is weliswaar een fractie van de hoeveelheid vuurwerk die in mei 2000 in Enschede explodeerde, maar desalniettemin was ik ook hier niet graag in de buurt geweest. De politie vond op de kamer bovendien een zelfgebouwd lanceerrek voor mortierbommen. En da’s toch ook iets dat je eerder associeert met de gevechten in de Gazastrook dan met de viering van Oud en Nieuw in West-Brabant. De jongen zelf was zich van geen kwaad bewust en, als ik de reacties op de website van de lokale krant mag geloven, ook zijn ouders valt niets te verwijten: dat zijn ‘hele fatsoenlijke en sociale mensen’.

 

Ik heb uiteraard geen enkele reden daaraan te twijfelen, maar toch ben ik blij dat er in dit ene geval wèl even iemand achter de voordeur is gaan kijken.

 

Ad Burger

 

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Ine Jansen / Beleidsadviseur Communicatie
Beste Ad,

Een schot in de roos, je column. De activiteiten van Rouvoet vinden enigszins een bodem bij het CDA in relatie tot de normen en waardendiscussie. Maar al het instrumentarium ten spijt, wie had moeten optreden, opdraven en opdraaien als die 250 kilo vuurwerk uit jouw column de lucht in waren gegaan? Precies.. in de publiele opinie had de vinger richting overheid gewezen. Dat er dan drie vingers naar jezelf (in jouw column: ouders) wijzen, daar heeft niemand het over.

Suc6 en groet.
Advertentie