Obsessie met geld
‘Zalm heeft een nefaste invloed gehad op de meningsvorming over Europa. Hij had een goed punt. Nederland betaalde verhoudingsgewijs veel te veel aan Europa. Maar hij bracht het alsof we werden bestolen! (…) Geleidelijk aan kreeg het publiek het idee dat we daar in Europa met iets heel schadelijks bezig waren’, aldus Edmund Wellenstein, een van de grondleggers van de Europese Unie, in een interview in NRC handelsblad, vorige week.
In het interview betreurt hij het dat de reden voor de oprichting van de EU nog maar zo weinig begrepen en gezien wordt. ‘Als een stel verwende jongens zijn wij Europa gaan behandelen als een luxeprobleem, in plaats van een noodzaak.’
Ik denk niet dat ex-minister Zalm hier op zijn merites wordt beoordeeld. Hij is een boekhouder, die er voor heeft gezorgd dat de begroting van de overheid op orde is. Daarvoor verdient hij lof. Hij heeft dat echter met zoveel impact gedaan, dat de beleidsmakers in Den Haag alleen nog maar problemen rond de begroting serieus nemen. Andere problemen tellen niet.
· De politiek en ambtenarij in Den Haag hebben obsessieve aandacht voor geld:
· We zijn pas iets gaan doen aan het zorgstelsel, toen de begroting de pan uit dreigde te lopen.
· We willen de AOW-leeftijd verhogen om geen andere reden dan dat het budget niet meer toereikend is. De ‘financiële kaders’ zijn bij dit onderwerp leidend. Terwijl eigenlijk de vraag leidend zou moeten zijn of mensen boven de 65 fysiek en geestelijk nog in staat zijn te werken (sommige wel, sommige niet, volgens mij. Maak dan een regeling die daarbij past, zou ik zeggen).
· 21 commissies gaan in opdracht van het kabinet het takenpakket van de overheid heroverwegen. De achterliggende reden is niet de toenemende onvrede in de Nederlandse samenleving, of een daadkrachtige poging te ontsnappen aan het eeuwig en moeizame gepolder waardoor er nooit een beslissing genomen kan worden. Nee, de enige reden is dat er grote financiële problemen verwacht worden.
Serieuze beleidmatige problemen die er op sommige gebieden al jaren bestaan (bv. de Sovjet-bureaucratie in de AWBZ, het huis van Thorbecke dat niet meer goed functioneert, het niet-gebruik van inkomensondersteunende regelingen) worden niet aangepakt, tenzij ze impact dreigen te hebben op de begroting.
Beleidsmatige argumenten tellen niet in Den Haag. Budgettaire kaders wel.
Dat is jammer, want het beleid wordt nu voor een belangrijk deel bepaald door personen die er geen verstand van hebben: macro-economen en accountants, die alleen koele rekensommen kunnen maken, maar niet nadenken over niet-budget gerelateerde problemen in de samenleving.
Minister Donner heeft er in een lezing eens op gewezen dat het woord ‘macht’ van vermogen komt: ‘Dat wij bij vermogen onmiddellijk aan geld denken zegt meer over onze volksaard, dan ons taalgevoel. Vermogen is kunnen. Het is een werkwoord; het is niet wat we hebben, maar wat we kunnen, wat we doen’.
In Den Haag lijken we alleen maar het vermogen te hebben budgettaire problemen aan te pakken. Maar als de budgettaire kaders kloppen, wil dat niet zeggen dat het land goed wordt bestuurd.
Paul Lensink
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.