Een slechter milieu wil niemand
De vers opstomende Boerenpartij is geen normale politieke partij. Deze uit het niets komende club is bedacht door een reclamebureau.
Een nieuwe politieke partij. Een Amerikaans aandoende boerencampagne met een lijsttrekker geflankeerd door een eieren bakkende zoon en oud moedertje. Samen volop aandacht aan onbehagen gevend waardoor het onderbuik gemopper losbarst. Feiten spelen geen rol meer en flauwekulkreten als ‘het volk heeft gesproken’ en ‘het roer moet om’ tot ‘nieuwe verkiezingen’ zwellen aan.
Een vreemde angst bij politieke partijen en journalisten kleppen elkaar na. Maar waar gaat het over. Net iets meer dan de helft van de kiezers heeft gestemd. En dan nog maar 1 op de 5 op de boer. Boeren zijn 0,6% van de beroepsbevolking. Waren er in 2016 nog 56.000 land- en tuinbouwbedrijven, nu zijn er dat circa 45% minder maar het oppervlak landbouwgrond is maar met 9% afgenomen. Milieuaanpak is het enige beleid waar een visie onder ligt. Laat nou net de boerenpartij de aanval daarop inzetten.
Juist de feiten zijn dat de boerengrond geteisterd wordt door jarenlange monocultuur, door schaalvergroting van oppervlaktes en bewerking met te zware machines. Allerbelangrijkste reden dat de grond dood is komt doordat al tientallen jaren onkruid, insecten en bacteriën vernietigd worden door zwaar chemisch landbouwgif dat we kennen als Roundup. Dit vooral uit glyfosaat bestaande middel wordt geproduceerd door landbouw multinational Monsanto dat eigendom van Bayer is.
De vers opstomende Boerenpartij is dan ook geen normale politieke partij. Deze uit het niets komende club en opvallend veel stemmen binnenhaalt is bedacht door een door Bayer en Monsanto betaald reclamebureau. Via een uitgekiende marketingmix is stelselmatig het idee uitgewerkt dat de Randstedelijke politiek het platteland negeert en dat gekoppeld aan boeren die veilig en gezond eten produceren.
Deze kennis werpt beter zicht op de slipstream waar alle tussenbedrijven van beestenindustrie tot consument zitten. Van landbouwmachines, veeartsen, zuivelindustrie, gif-, vee- en kunstmestindustrieën, vervoer, opslag, groothandel, verpakkingen tot verkoop bij Albert Heijn aan toe. Het staat buiten kijf dat hier enorme kapitaalbelangen in het spel zijn. Grote subsidie slurpende bedrijven die slim de mazen van de wet vinden en weinig op hebben met milieu of dierenwelzijn.
Als kapstok heeft de boerenpartij stikstof gekozen. Logisch? Volgens het RIVM komt circa 45% van de stikstofuitstoot van de landbouw. De veehouderij is daarvan de grote boosdoener. Het idyllische plaatje van koetjes die hooi wordt gevoerd gaat niet op. In werkelijkheid zijn er 3.270 bedrijven die samen 11.800.000 concentratiekampvarkens herbergen en 2.000 bedrijven zijn samen goed voor ruim 100.000.000 piek belastende kippen. De overige 4.000.000 koeien zitten ook niet bij die lieve kleine familieboertjes.
Laten we wel wezen. Er is wel degelijk wat aan de hand. Natuurlijk heeft de omhelzing van het neoliberalisme aantoonbaar laten zien dat zowel liberale als sociaaldemocratische partijen hun maatschappelijke taken hebben laten verslonzen. Dan is het niet verwonderlijk dat met een uitgekiende marketingmix boosheid en wantrouwen kan worden aangewakkerd.
Uiteindelijk zijn gemeenten de dupe. Hun kerntaak is de leefbaarheid van de woonomgeving te bewaken en te verbeteren. Als plotseling een politieke groepering opduikt die gezonde bodem, gezonde planten, gezonde dieren, gezonde boeren, gezonde burgers, gezonde economie, gezond onderwijs en een gezonde maatschappij propageert dan klinkt dat goed. Behalve dan de manier waarop zij dat willen. Want dat wil bijna niemand.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.