Goed bestuur moet ook gaan over sneller en dieper leren
Als open wordt gedeeld wat er goed en mis ging, kan hard afrekenen plaatsmaken voor een constructief-kritisch gesprek over verbeterpunten.
Het Hoofdlijnenakkoord van de vier coalitiepartijen bevat terecht een flinke paragraaf over goed bestuur en een sterke rechtsstaat. Tegenover de vaststelling dat van overheidsorganisaties veel wordt gevraagd en zij veel goeds doen, constateren de partijen dat het vertrouwen van burgers in politiek en overheid flink is geschaad. ‘Toeslagen’ en ‘Groningen’ worden daarbij als voorbeelden genoemd, maar de partijen waarschuwen n.a.v. recente parlementaire enquêtes dat herhaling op de loer ligt: ‘Het kan weer gebeuren’.
Het akkoord wijdt desalniettemin geen woord aan wat de partijen van de genoemde affaires en parlementaire enquêtes hebben geleerd. Interesse en inzicht in de grondoorzaken van zowel de catastrofes als de successen, en vervolgacties die zijn gebaseerd op dat inzicht, zijn uiteraard van groot belang voor beter bestuur dat nieuwe echecs weet te voorkomen.
Wij pleiten ervoor dit ‘lerend vermogen’ te richten op zowel sneller als dieper leren. Sneller leren, door korter op de bal te zitten via monitoring en ex-durante - of lerende evaluatie. Juist gedurende de rit de vinger aan de pols houden en daarbij mee-ademen met complexiteit en onzekerheden is nodig, om beleid en wetgeving continu te optimaliseren. Op diverse plekken zien we al lerende evaluaties opduiken, zoals bij de ministeries van EZK, VWS, LNV en IenW.
I never lose, I either win or learn
Om te doorgronden waarom successen dan wel ontsporingen ontstaan is ook dieper leren van belang. Ook daarvoor kan lerend evalueren worden ingezet. Zo stond in een recente lerende evaluatie van het klimaatbeleid o.a. de ervaren afstand tussen het beleid en de leef- en belevingswerelden in de samenleving centraal. Het technocratische gehalte van het beleid werd hiervoor als probleemveroorzaker blootgelegd. Met dieper leren kan dit type uitgangspunten ter discussie worden gesteld. Zodat de heersende beleidscultuur doorbroken wordt en echte oplossingen in beeld komen, die structureel doorwerken. Anders blijft het dweilen met de kraan open.
Het Hoofdlijnenakkoord zoekt de versterking van bestuur en rechtsstaat vrijwel uitsluitend in structuren, zoals instituties, wetten en regels. Wij denken dat ook een culturele omslag onmisbaar is. Het verankeren van sneller-én-dieper leren in het openbaar bestuur is namelijk vooral een zaak van het vestigen van een lerende cultuur. Positief is in dat verband dat wordt gewerkt aan het versterken van ambtelijk vakmanschap, met aandacht voor thema’s als het algemeen belang, ethiek, opgavegericht werken en passende tegenspraak. Maar ook in kringen van politiek en bestuur en de media daaromheen is een cultuurverandering nodig. Als in de publieke verantwoording open wordt gedeeld wat er in beleid en uitvoering goed en mis ging en wat er van beide is geleerd, kan hard afrekenen plaatsmaken voor een constructief-kritisch gesprek over verbeterpunten.
‘I never lose, I either win or learn’, zo luidt een fameuze uitspraak van Nelson Mandela. Een foutloos openbaar bestuur is uiteraard een illusie. Maar bereidheid en capaciteit tot leren van successen en fouten is niet te veel gevraagd, en essentieel om nieuwe catastrofes te voorkomen en successen te behalen, en zo het vertrouwen van burgers en bedrijven terug te winnen. Daarom bevelen wij aan om sneller en dieper leren in de uitwerking van het Hoofdlijnenakkoord een prominente plaats te geven.
De auteurs schreven dit artikel op persoonlijk titel.
Martin de Bree is onderzoeker bij Rotterdam School of Management Erasmus University, Martin Dees is voormalig hoogleraar public auditing & accounting en thans strategisch adviseur bij de Algemene Rekenkamer, Lisa Verwoerd en Eva Kunseler zijn beiden senior onderzoeker lerend en adaptief beleid voor transitieopgaven en tevens projectleiding Lerende Evaluatie Klimaatbeleid bij het Planbureau voor de leefomgeving.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.