Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Limburgs gouverneur Theo Bovens: ‘Integriteit moreel bezien’

Waarom moet een stagiair in de kinderopvang wel een VOG hebben, en een wethouder niet? En waarom doe je integriteitsonderzoek om er niets mee te doen? Gouverneur Bovens wil gemaakte afspraken over integriteit beter kunnen afdwingen. ‘Overredingskracht heeft zijn grenzen’. 

06 april 2018

Natuurlijk, niet één CDA’er deugt in de wereld van Jos van Rey, maar gouverneur Theo Bovens is wel een enórm mispunt. In zijn onlangs verschenen biografie Vrienden schrijft Van Rey dat Bovens en toenmalig procureur-generaal en huidig burgemeester van Maastricht Annemarie Penn samenspanden om hem politiek te elimineren. De invallen in 2012 bij hem thuis in Roermond en in het stadhuis kwamen uit hún koker. ‘Wat een onzin’, reageert Bovens (58) in het gouvernement aan de Maas. ‘Ik heb zelfs nooit in de gaten gehad dat men bezig was om Van Rey te gaan vervolgen. Het is een broodjeaapverhaal, maar wel een paar dagen voor de gemeenteraadsverkiezingen in de media opgedist. Normaal gesproken zorgt dat voor veel reuring en voor meer zetels, maar nu niet.’

Jos van Rey kreeg op 21 maart 2.492 voorkeursstemmen; veel, maar voor zijn doen niet. Veel minder dan in 2014 – bommetje onder de gouverneur op de regionale zender L1 of niet. Toen dat duidelijk was geworden, meldde zijn partij LVR dat Van Rey geen wethouder zou worden. Maakte niet uit. Een dag later werd tijdens een bijeenkomst in Theater Oranjerie in Roermond duidelijk dat de LVR ook met Van Rey braaf in de raad (wederom) niet op het pluche komt. De huidige coalitie gaat door, aangevoerd door de stemmentrekker van 2018, wethouder Marianne Smitsmans van GroenLinks.

In Roermond verloor de LVR een zetel. Jos van Rey heeft zijn tijd gehad. Maar vergis je niet, zegt gouverneur Bovens: ‘Hij heeft heel veel voor Roermond gedaan. Jos is een heel kleurrijk politicus. Ik zeg nog steeds Jos tegen hem. We hebben geen lang gezamenlijk verleden. Ik kende hem vooral uit de krant toen ik in 2011 gouverneur werd.’

Brunssum
Dichter bij huis, in Brunssum, ook een gemeente die op 21 maart door gouverneur Bovens in het snotje werd gehouden, won de grootste lokale partij wél. BBB/Lijst Palmen ging van vier naar vijf zetels. Palmen zelf kreeg 2.058 stemmen. Bovens: ‘De aandacht voor Brunssum heeft wethouder Palmen stemmen opgeleverd; dat was vier jaar geleden met Jos van Rey in Roermond ook zo. Je weet dat dat gaat gebeuren.’ Het lokale blok domineert met 13 van de 21 zetels de Brunssumse gemeenteraad.

Mister Brunssum Palmen (71) gaf eind vorig jaar ondanks alle stampij over zijn benoeming tot wethouder geen krimp. Het zou zomaar kunnen dat hij dat in de coalitieonderhandelingen nu wél doet. Bovens vertelt waarom: ‘De hoogleraren Elzinga en Korsten schreven in februari in hun rapport over Brunssum dat de kwetsbaarheden die aan de figuur Palmen zijn gaan kleven, hem blijvend zullen achtervolgen. Als de gemeenteraad hem straks weer tegen het licht houdt, dan kunnen die kwetsbaarheden weer opspelen. Dat zou voor Palmen reden voor bezinning moeten zijn, schreven ze. Dat vonden de coalitiepartijen ook.’

Maar waarom zou hij; Brunssum heeft hem toch beloond met een verkiezingszege? ‘En daarmee een lange neus getrokken naar de oud-burgemeester, de gouverneur en de minister. Dat is typisch Limburgs; een beetje anti-autoritair gedrag en dat is goed’, lacht de oer-Mestreechteneer Bovens. ‘Maar je merkt óók dat men in Brunssum niet weer discussies wil over de integriteit van de wethouder. Zij weten ook dat het voor de kwaliteit van het openbaar bestuur essentieel is dat er overal colleges zitten die geen onderwerp van discussie over hun integriteit zijn.’

Alle 33 gemeenteraden in Limburg houden de nieuwe colleges tegen het licht. Bovens: ‘Alle gemeenten hebben vier jaar geleden al integriteitsanalyses uitgevoerd. Tegen alle afspraken in, we hebben ze hier met alle partijen in het gouvernement gemaakt, werd in Brunssum een wethouder benoemd terwijl de risicoanalyse nog moest worden afgemaakt. Dat kon niet, maar ik ging er toen nog steeds vanuit dat de gemeenteraad consequenties zou verbinden aan een geconstateerd risico.

Dat gebeurde niet. En dan heb je als burgemeester, en als gouverneur, geen enkel juridisch instrument in handen. De hele oppositie in Brunssum heeft mij iedere maand wel gevraagd: “Gouverneur, grijp in!” Iedereen vraagt dat tegenwoordig aan de commissaris, maar dat kan niet, ook niet als een college valt of als de verhoudingen zijn verstoord.’

Nul instrumentarium
Om de crisis te bespreken en om te bezien welk nieuw instrument in de strijd zou kunnen worden geworpen, reisde de gouverneur eind vorig jaar met de inmiddels afgetreden burgemeester van Brunssum Luc Winants en waarnemer Gerd Leers naar Den Haag. Dat was nodig, want, zegt de gouverneur: ‘Twee jaar geleden zijn de burgemeesters en de commissarissen wettelijk verantwoordelijk geworden voor het integriteitsbeleid in de gemeenten en in de provincies. Een mooie taak erbij, met nul instrumentarium.’

De Groningse emeritus hoogleraar staatsrecht Douwe Jan Elzinga zegt dan: de commissaris heeft een hele gereedschapkist, gebruik die nou eens voordat je in Den Haag om nóg meer spullen vraagt. ‘Alsof ik dat niet gedaan heb’, reageert Bovens. ‘Alsof ik niet met de gemeenteraad van Brunssum ben gaan praten, alsof ik de fractievoorzitters niet hier heb gehad. Ik heb echt al mijn overredingskracht uit de kast gehaald, maar overredingskracht heeft zijn grenzen.’

Het Limburgse drietal vond een gewillig oor bij minister van Binnenlands Zaken Ollongren. Het ging de minister wel te ver om voor Brunssum artikel 132 van de Grondwet (‘vernietiging van besluiten van deze besturen kan alleen geschieden bij koninklijk besluit wegens strijd met het recht of het algemeen belang’) van stal te halen. Vond de gouverneur trouwens zelf ook, ‘maar vanmiddag had ik hier een oud-landsadvocaat op bezoek die ook zei dat je toch op grond van het landbelang kunt ingrijpen? Ja, zei ik, maar dan moet je dat begrip wel oprekken. Misschien kunnen we het zo oplossen. Het is wellicht een optie’, zegt Bovens nu. Wethouder Palmen kon dus niet worden ontslagen, maar hij moest wel opkrassen, vond de minister.

‘Ollongren had haar kiezen op elkaar moeten houden’, zei emeritus hoogleraar Arno Korsten daarover op 21 februari bij de presentatie van het rapport dat hij met Elzinga schreef over Brunssum. ‘Ze heeft erg vlug uit de heup geschoten’. ‘Helemaal niet’, vindt Bovens. ‘Het is wel degelijk noodzakelijk om ergens een streep te trekken. Korsten gaat ervan uit dat iedereen wethouder moet kunnen zijn als er geen wettelijke beletselen zijn. In de tijd van het monisme was dat zo. Ieder raadslid kon wethouder worden, want hij had een mandaat van de kiezer, maar in het dualisme mag je wel degelijk eisen stellen aan mensen die in het dagelijks bestuur gaan zitten. Als je een bestuur wilt hebben waar de bevolking volledig in kan vertrouwen, dan mag je integriteitseisen stellen. In Limburg hebben alle gemeenten die eis onderschreven.’

Risicovol
Daarom heeft Elzinga het volgens gouverneur Bovens ook mis als hij zegt dat je wel problemen móet krijgen als je, zoals in Limburg, de burgemeester de bevoegdheid geeft om de integriteit van een wethouder te toetsen. Bovens: ‘De burgemeester vraagt een bureau om een analyse. Dat doet hij omdat de gemeenteraad dat in zijn reglementen heeft gezet. De analyse wordt door externen onafhankelijk gemaakt. Als de burgemeester vervolgens het advies krijgt dat de benoeming risicovol is, wat moet hij dan doen? Niets? Waarom wil je dan zo’n onderzoek?’

De gemeenteraad had gelijk door Palmen niet weg te sturen, menen Korsten en Elzinga. Hij was namelijk geen hoog en ernstig integriteitsrisico. Het probleem met die conclusie is volgens de gouverneur dat Korsten en Elzinga met een juridische bril naar integriteit kijken. ‘Maar daar gaat het hier niet om’, zegt Bovens. ‘Bij duidelijke belangenverstrengeling kan een wethouder gewoon op grond van de wet worden ontslagen. Het gaat echter om de schijn die het openbaar bestuur schaadt. Je moet de zaak moreel bekijken. Vroeger had je van die codes in het integriteitsbeleid. Je mocht bijvoorbeeld een geschenk van onder de 50 euro aannemen, daarboven niet. Daar zijn we allang overheen, maar Korsten en Elzinga lijken daarnaar terug te willen.

Ze willen codificeren, maar waar om gaat is: is het verstandig als ik dit geschenk aanneem? Dat is een morele vraag. Soms kan het verstandig zijn om in dit voorbeeld een geschenk van een tientje te weigeren en een geschenk van 100 euro aan te nemen, omdat je anders de gastheer beledigt. Het integriteitsbeleid gaat niet over: dit mag wel en dit mag niet, maar wel over: wat is verstandig en wat is onverstandig. Wat is moreel juist?’

Jo Palmen mag de dans zijn ontsprongen, in de toekomst is dat wellicht zo gemakkelijk niet. Ollongren ontvouwde vorige maand allerlei plannen om het lokaal bestuur zuiverder op de graat te maken. Zo bekijkt de minister of het de moeite waard is om een integriteitscommissie in het leven te roepen, een soort ‘scheidsrechter’, die bij een integriteitskwestie op verzoek van de burgemeester of de gemeenteraad een uitspraak kan doen. Er komt ook een eenduidige ‘basistoets integriteit’ voor bestuurders, en een Verklaring omtrent het Gedrag (VOG) wordt een benoemingsvereiste voor wethouders. Zo’n VOG is niet zaligmakend, zegt Bovens, maar wel een stap vooruit. ‘Iedere beroepsgroep in Nederland die iets met integriteit doet, heeft er tuchtrecht naastgezet. Dat geldt voor ambtenaren, medici, advocaten en voetballers. In de kinderopvang heb je een VOG nodig. Wat heeft het openbaar bestuur? Jullie, de journalistiek, maar dat is het dan. Dat kan toch niet?’

De minister wil ook, naar Duits voorbeeld, een toezichthouder in het leven roepen die namens de commissaris bij een gemeente documenten inziet en raads-en collegevergaderingen bijwoont. ‘Diens aanwezigheid kan de beraadslagingen positief beïnvloeden, terwijl de bevoegdheidsverdeling intact blijft’, schrijft de minister. Maar ondertussen wel vergaand en intimiderend. Lijden de minister en haar vertegenwoordiger in Limburg niet aan de ‘code oranje- aanstelleritis’? Veel gedoe om niets.

Brunssum heeft Jo Palmen – het is wat. Bovens: ‘Daarmee bagatelliseer je het probleem. Het gaat mij overigens helemaal niet om de heer Palmen. Het gaat erom dat het integriteitsbeleid onderuit wordt gehaald als een van de gemeenten zich eraan onttrekt. Als er een niet meewerkt, waarom de ander dan wel? Als we geen integriteitsbeleid willen, dan hoor ik dat graag, maar als we met z’n allen regels afspreken, dan moet iemand de regels uiteindelijk wel kunnen handhaven, óók als die regels vrijwillig zijn overeen gekomen.’


CV
Theo Bovens (Maastricht, 1959) studeerde geschiedenis in Nijmegen en was tussen 1983 en 1989 actief voor het CDJA in Den Haag. Hierna was hij hoofd onderzoek bij de faculteit economische wetenschappen van de Universiteit Maastricht. Bovens werd in 1994 wethouder in Maastricht. In 2003 werd hij vicevoorzitter van het college van bestuur van de Open Universiteit en in 2005 voorzitter. Van 2006 tot april 2012 was hij ook kroonlid en lid van het dagelijks bestuur van de Sociaal-Economische Raad (SER). Bovens werd op 1oktober 2011 commissaris van de koning (gouverneur) in Limburg. Hij werd in mei vorig jaar herbenoemd voor een periode van zes jaar. Gouverneur Bovens is vanaf midden deze maand ook voorzitter van het Interprovinciaal Overleg (IPO).

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie