Social impact bond neemt financiële hobbel weg voor sociaal ondernemer
Joost Clarenbeek over wat, waarom en hoe.
Sociaal ondernemerschap is geen rage, maar een blijvend antwoord voor allerlei maatschappelijke uitdagingen. De Sociaal-Economische Raad (SER) publiceerde er onlangs over, net als McKinsey. Ook adviseur Joost Clarenbeek ziet dat sociaal ondernemers kansen creëren. De voorspelling is daarom dat zij sterk in aantal groeien. Wel zijn er wat hobbels om te nemen, onder andere op het vlak van financiering. Het social impact bond is een oplossing.
“Succesvolle sociaal ondernemers pakken een maatschappelijk vraagstuk goedkoper en efficiënter aan dan de overheid of een overheidsinstantie”, merkt Joost Clarenbeek op. “Maar om hun maatschappelijke impact te vergroten, is werkkapitaal nodig. De kapitaalmarkt biedt hiervoor weinig mogelijkheden, omdat het financieel rendement van een sociale onderneming vaak bescheiden is. We zullen dus op een andere manier naar rendement moeten kijken. En dat kan, want die maatschappelijke impact is wel degelijk te meten en uit te drukken in geld. Het verlaagt bijvoorbeeld het aantal uitkeringen, recidive, de zorgkosten, schulden of armoede met x procent, waardoor de samenleving – lees: de overheid – voor minder uitgaven komt te staan. Waarom deze besparingen niet inzetten als rendement voor financiers die de ondernemer helpen op te schalen?”
Van publiek naar privaat
Dat is meteen de kern van de oplossing: een social impact bond (SIB). Een innovatief financieel instrument dat in ons land steeds meer voet aan de grond krijgt. In zo’n SIB hebben een gemeente, sociaal ondernemer en private investeerder de handen ineengeslagen op basis van een sociaal prestatiecontract. Simpelweg houdt dit in dat als de ondernemer zijn maatschappelijke doelen – en daarmee besparingen – behaalt, de gemeente uit deze besparingen de investeerder terugbetaalt. Zo wordt privaat kapitaal ingezet voor een maatschappelijk doel en verschuift het risico van het publiek naar privaat domein.
Vijf tips voor opstart
Grote steden als Rotterdam, Utrecht, Eindhoven en Enschede werken inmiddels met een social impact bond voor arbeidsre-integratie. En vanuit het rijk bestaat er een SIB om recidive te beperken; ook door mensen effectief naar werk toe te leiden. Veel regio’s denken ondertussen na over deze constructie. Joost adviseert hen:
- Creëer ruimte voor sociaal ondernemerschap in jouw regio. Bijvoorbeeld door concrete maatschappelijke uitdagingen te formuleren rondom participatie, zorg, welzijn of duurzaamheid. Of door doelstellingen op papier te zetten voor de groei van sociaal ondernemerschap in de stad.
- Een social impact bond is geen doel op zich. Werk vanuit een programma met concrete doelstellingen en verken daarna pas of een SIB een logisch financieringsinstrument is.
- Organiseer een gelijk speelveld voor sociaal ondernemers. Benut daarbij de mogelijkheden van het nieuwe aanbestedingsrecht. Hierin wordt het SIB gezien als een dienst waarbij de overheid betaalt als een prestatie wordt geleverd. De kans is dus groot dat aanbesteden nodig is.
- Zorg voor een gedragen maatschappelijke kosten-batenanalyse. Zo heb je een solide basis voor je prestatieafspraken met sociaal ondernemers en investeerders.
- Vraag jezelf af welke budgetten ontschot moeten worden om tot een fonds te komen, dat de gerealiseerde besparingen uitkeert als rendement. Besef daarbij dat de impact van de ondernemer afdelings- of zelfs gemeente-overschrijdend kan zijn.
SIB in jouw gemeente of regio?
Benieuwd of een social impact bond de oplossing is voor jouw maatschappelijk vraagstuk? Onze adviseurs Joost Clarenbeek en Edwin Netjes verkennen het graag met je.
Lees ook eens onze eerdere publicaties over sociaal ondernemerschap.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.