Advertentie

Iedere gemeente spint zijn eigen web

Het trio burgemeester, gemeentesecretaris en raadsgriffier is sinds de invoering van het dualisme de nieuwe spin in het web van het lokaal bestuur. De werkwijze van dit trio is overal anders, en vooral informeel.

25 juli 2008

In zes gemeenten heeft de Utrechtse studente bestuurskunde Sophie Overbosch in het kader van haar masterscriptie Het duale driehoeksoverleg: eendracht in verscheidenheid onderzocht hoe burgemeester, gemeentesecretaris en raadsgriffier samenwerken.

 

Waren voor 2002 burgemeester en gemeentesecretaris de spilfiguren in het lokaal bestuur, na de invoering van het dualisme kwam de raadsgriffier erbij. Overbosch keek onder meer in Helmond, Sittard-Geleen, Lelystad, Amstelveen en Zeist hoe de burgemeester als raadsvoorzitter en collegevoorzitter, de gemeentesecretaris als hoofd van de ambtelijke organisatie en de raadsgriffier als secretaris van de gemeenteraad met elkaar overleggen en vergaderen. In deze gemeenten werkte het trio al minstens een jaar samen. Kleine gemeenten heeft Overbosch niet bekeken omdat daar de raadsgriffier vaak parttime werkt.

 

De werkwijze en de samenwerking verrasten haar. ‘Ik had verwacht dat hun driehoeksoverleg erg geïnstitutionaliseerd zou zijn, maar dat was niet het geval. Er zat geen enkele logica in. In de ene gemeente was de burgemeester heel erg dominant, in de andere juist weer niet. In twee gemeenten was er wekelijks overleg, in een gemeente een keer per twee weken, in een gemeente een keer per maand, een gemeente een keer per twee of drie maanden en een gemeente overlegt naar bevind van zaken. Je zou denken dat dat iets zegt over de kwaliteit van de samenwerking maar in alle gevallen was men erg positief over de samenwerking’, vertelt Overbosch.

 

Consensus

 

De conclusies van haar summiere onderzoek: de zes driehoeken kenmerken zich door een informele doch zakelijke sfeer waar de inzet om consensus te bereiken, overheerst. Een agenda wordt niet gehanteerd en er worden geen verslagen gemaakt. Het functioneren en de besluitvormende taak van de raad spelen voor burgemeester, secretaris en griffier een centrale rol.

 

De concrete uitwerking van de inrichting van het driehoeksoverleg is afhankelijk van de eigen behoeften en de eigen context. ‘Het beste werken de gemeenten waar men een keer in de drie maanden en op ad hoc basis bijeen komt. Wat opvalt, is dat de karakters goed bij elkaar passen, dat men elkaar zowel binnen als buiten de organisatie ziet en dat men dezelfde visie over het functioneren en de toekomst van de gemeente heeft.’ Overbosch doet de aanbeveling dat de burgemeester, secretaris en griffier over en weer een adviserende rol krijgen bij het werven van een opvolger. Institutionaliseren van het driehoeksoverleg acht zij onnodig.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie