Gedoogconstructie provincie is onmogelijk
‘De uitslag voor de Eerste Kamer is heel spannend. De coalitie kan ook nog 36 of 38 zetels krijgen. De restzetelverdeling is reuze ingewikkeld. Statenleden krijgen straks instructies van de partijbureaus over hoe te stemmen. Dat gaat nogal eens mis. De vorige keer stemde een Statenlid van GroenLinks verkeerd, wat de partij een zetel kostte. Statenleden kunnen ook bezwaren hebben om op een andere partij te stemmen. Je kunt op een kandidaat stemmen die op een onverkiesbare plaats staat. Die schiet dan door naar de Eerste Kamer. Een voorkeursstem kan het verhinderen om op een andere partij te stemmen. Dat is nu wel bijzonder.’
‘De uitslag voor de Eerste Kamer is heel spannend. De coalitie kan ook nog 36 of 38 zetels krijgen. De restzetelverdeling is reuze ingewikkeld. Statenleden krijgen straks instructies van de partijbureaus over hoe te stemmen. Dat gaat nogal eens mis. De vorige keer stemde een Statenlid van GroenLinks verkeerd, wat de partij een zetel kostte. Statenleden kunnen ook bezwaren hebben om op een andere partij te stemmen. Je kunt op een kandidaat stemmen die op een onverkiesbare plaats staat. Die schiet dan door naar de Eerste Kamer. Een voorkeursstem kan het verhinderen om op een andere partij te stemmen. Dat is nu wel bijzonder.’
En voor de Staten?
‘De collegeonderhandelingen zullen straks van start gaan. Ik verwacht niet of nauwelijks minderheidscolleges. Landelijk moet de geformeerde coalitie zich verantwoorden in de Kamer. Maar er is geen formeel benoemingsrecht in de Kamer. In de Provinciale Staten is dat wel het geval. Een minderheid kan geen gedeputeerde benoemen. Een Statenmeerderheid is altijd nodig. Eventuele gedoogpartners moeten dus deelnemen aan het college.’
Zal het moeilijk worden om colleges te vormen?
‘Het wordt wel lastiger. Het aantal grote partijen neemt af. Alle partijen zijn kleiner geworden of iets gegroeid. Er zijn steeds drie partijen nodig.’
Denkt u dat de PVV in een college kan komen?
‘Dat hangt ervan af. Het is lastig voor ze. Meestal vinden de grote partijen elkaar wel en kiezen ze voor brede meerderheden.’
Een meerderheid met VVD en CDA is mogelijk in Flevoland (20 van 39), Brabant (30 van 55) en Limburg (28 van 47).
‘Limburg is een uitzondering. Daar is die club echt groot. Als de traditionele partijen de PVV uitsluiten, gaan ze daar woest oppositie voeren. Ze zullen de PVV wel in het college willen met verantwoordelijkheid. Dat willen ze zelf ook.’
Kan dat in de provincie eigenlijk met een gedoogconstructie?
‘Nee, nationaal wordt er niet formeel voor een kabinet gestemd. Maar decentraal wel. Ze kunnen niet buiten het college blijven en wel gedogen. Ze moeten altijd stemmen en dan moet er een meerderheidscoalitie zijn. ChristenUnie en GroenLinks kiezen wel eens een gedeputeerde, zonder zelf in het college te zitten.’
Is dat al eens eerder voorgekomen, een minderheidscollege?
‘Nee, pas sinds de jaren zeventig wordt er met collegeprogramma’s gewerkt. Je kunt geen afspraken maken daarbuiten. GS treden aan met een benoemingsbesluit. Op dat moment ben je onderdeel van de coalitie, maar dan hoef je geen gedeputeerde te hebben.’
Verwacht u een dergelijke constructie? Het CDA wilde niet in het kabinet met de PVV vanwege hun islamstandpunt. In de provincie zal dat dus wel moeten?
‘Ja, dat is wel lastig voor ze. Die coalitie op provinciaal niveau is dan een probleem. Ze zullen dan met de billen bloot moeten.’
En een gedoogakkoord is dus niet mogelijk.
‘Nee, dat kan niet. Vanwege de benoemingen is er een noodzaak voor een meerderheid.’
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Terug naar de relatie GS en PS (B&W en gem. raad).
Bij de benoeming van personen (of stemming over zaken) moet inderdaad gestemd worden, maar het is geen wet van Meden en Perzen dat degenen die op een bepaald samen te stellen college stemmen ook hiervan deel moeten uitmaken (Bij zaken onstaan ook verschillende meerderheden) Sterker, het vaak genoeg voorgekomen dat zich bij die stemming verrassingen voordeden, waardoor er inderdaad nogal eens problemen onstonden die ook met de vertrouwensregel konden en kunnen worden opgelost.
Niets staat een fractie van PS in de weg om op iemand te stemmen, terwijl die geen deeluitmaakt van GS.
Dus, waarom zou hier geen college kunnen ontstaan die zich verzekerd weet van de stemmen en steun (bij voorstellen) van een fractie die geen deeluitmaakt van GS?
(In lg. college zullen de besluiten met een meerderheid van stemmen kunnen worden genomen, maar ik ga ervan uit dat Elzinga het enkel heeft over de relatie GS - PS i.v.m. de benoemingen).
Overigens ga ik ervan uit dat, of er al dan niet een meerderheid van de coalitie in de EK is, dat het merendeel van de besluiten geen problemen zal oproepen.
Eén aspect blijft echter de komende tijd (internationaal) prominent aanwezig, namelijk dat we voorlopig geen stabilteit zullen hebben in de politiek.