Dualisme is mislukt!
De laatste tijd krijg ik opvallend vaak de vraag voorgelegd of het dualisme bij gemeenten niet is mislukt? Neen, is steevast mijn antwoord. De invoering van het duale systeem in 2002 heeft ruimte gegeven voor mooie verbeteringen. Of het nu verandering in vergadersystemen, meespreeksystemen of het uitvoeren van gemeentelijke enquêtes is, er is beweging ontstaan.
De laatste tijd krijg ik opvallend vaak de vraag voorgelegd of het dualisme bij gemeenten niet is mislukt? Neen, is steevast mijn antwoord. De invoering van het duale systeem in 2002 heeft ruimte gegeven voor mooie verbeteringen. Of het nu verandering in vergadersystemen, meespreeksystemen of het uitvoeren van gemeentelijke enquêtes is, er is beweging ontstaan.
Natuurlijk ging en gaat niet altijd alles even goed. Zo hebben zeker in de eerste jaren een aantal raden duaal vertaald naar duel. Toch zijn er veel mooie initiatieven te zien. Maar zoals het gaat bij veranderingen beweegt ‘de slinger’ zich op enig moment weer terug. Met als gevolg dat nu een systeem van coalitie-monisme is ontstaan. Misschien is dat wel de aanleiding voor de vraag. In ieder geval maakt het zichtbaar hoe weerbarstig het is een stelsel verandering door een politieke cultuur verandering te laten volgen.
Niet alleen de snelheid waarmee de staatsommissie Elzinga eind vorige eeuw een rapport op tafel legt, maar ook het directe vervolg met wetgeving maakt duidelijk dat er de noodzaak tot verandering van het lokale representatieve systeem is gevoeld. Verandering die is gericht op het geven van een hernieuwde betekenis aan de gemeentelijke partijpolitieke representatieve democratie. Anders gezegd: die te vitaliseren. De Tweede Kamer versterkte dat beeld nog eens door niet selectief maar gemeentebreed de griffiersfunctie en de rekenkamerfunctie in te voeren.
Voor mij persoonlijk was de urgentie om de lokale representatie meer te laten betekenen een reden in 2002 te kiezen voor de griffiersfunctie. En - na ruim 14 jaar gemeentesecretaris te zijn geweest - het werk voor het bestuursorgaan raad voort te zetten als griffier in Almere.
Een eigen ambtelijke ondersteuning voor de gemeenteraad lost een probleem van afhankelijkheid op. En het maakt dat de tijdsbesteding kan worden beperkt. Echter het effect van die nieuwe functionaris in de gemeentewet is dat het andere belangrijke actoren voor die vitalisering juist lui maakte. Politieke partijen voorop, maar ook burgemeesters en wethouders en gemeentesecretarissen rekenen de kwestie van de vitalisering van de lokale representatieve democratie tot de verantwoordelijkheid van de griffier. En gingen verder met wat ze al deden.
Jammer genoeg heeft die nieuwe probleemeigenaar maar in zeer weinig gemeenten hiertoe positie van de gemeenteraad gekregen. Bovendien kan aan die kwestie niet het hoofd worden geboden zonder de andere spelers. Primair de raad zelf, maar zeker ook de burgemeesters, wethouders en de gemeentesecretarissen. En zo kan het gebeuren dat de ruimte die ontstaat, wordt ingevuld door het coalitie-monisme. En dat stolling een feit wordt. Zeker is dat coalitie-monisme niet bijdraagt aan de vitalisering van de lokale representatie. En dat goede stappen teniet gedaan gaan worden.
Dus is het na bijna 20 jaar dualisering aan de gemeenteraden om hernieuwd werk te maken van een vitale lokale democratie. Want maakt niet bijna elke verkiezing duidelijk dat de lokale samenleving een meer eigentijds representatief systeem vraagt? Dus is het zaak de luiheid af te schudden. Zo niet, dan lopen de oude olifanten opnieuw door naar het kerkhof. En wordt het antwoord op de vraag: Ja.
Jan Dirk Pruim
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.