Gemeentelijke opiniepeiling raakt gevoelige snaar
Over opiniepeilingen is discussie. Sommige gemeenten willen met peilingen verkiezingen spannender maken. Rotterdam ziet er bewust van af, wegens mogelijke ongewenste effecten.
Wel of geen opiniepeilingen laten uitvoeren in de aanloop van de gemeenteraadsverkiezingen: de vier grote steden zijn verdeeld. In Den Haag wordt de mening van de inwoners gepeild in opdracht van de gemeente, in Amsterdam door een aan de gemeente gelieerd onderzoeksinstituut. Rotterdam en Utrecht laten opiniepeilingen over aan de (lokale) media.
Den Haag heeft, net als veel grote steden, traditiegetrouw een laag opkomstpercentage bij verkiezingen. De fractievoorzitters in de Haagse gemeenteraad zochten naar een manier om de verkiezingskoorts onder de Hagenaars aan te wakkeren. Opiniepeilingen moeten bijdragen aan de ‘bewustwording van de verkiezingen’, zegt raadsvoorlichter Tina Ehrami. TNS NIPO doet in de aanloop naar de verkiezingen op 3 maart drie peilingen (zie kader). De peilingen vormen één van de vele, vooral op jongeren gerichte, initiatieven van Den Haag om meer mensen naar de stembus te lokken dan in 2006. Dat gaat lukken, verwacht TNS NIPO. Dankzij de opiniepeiling?
Peter Kanne, onderzoeker bij TNS NIPO, denkt dat het wel degelijk een rol speelt. ‘Ik kan het niet bewijzen, maar als ik naar Rotterdam kijk, hebben onze peilingen vier jaar geleden bijgedragen aan de opkomst.’ Patrick Schouteten, hoofd communicatie van de Rotterdamse griffie, vindt dat de opiniepeilingen ‘attentiebevorderend’ hebben gewerkt. ‘In 2006 wilden alle media die cijfers hebben. Het bracht een stroom artikelen over de prognoses op gang.’ Of de peilingen daadwerkelijk de opkomst hebben bevorderd, daar durft Schouteten zijn vingers niet aan te branden.
Status
Rotterdam ziet bij de komende verkiezingen af van nieuwe opiniepeilingen. Een bewuste keuze, zegt Schouteten. ‘Als je cijfers met het logo van de gemeente Rotterdam erop presenteert, heeft dat status. Je kunt met peilingen allerlei reacties oproepen. Ook reacties die de democratie niet dienen.’ Schouteten vindt dat de gemeente alle schijn van belangenverstrengeling moet vermijden. Rotterdam laat de opiniepeilingen daarom over aan ‘derden’, zoals de media.
De mogelijk sturende rol van peilingen speelde in Utrecht een rol in het besluit om geen opiniepeiling te laten uitvoeren. Venlo, waar de bevolking vanwege een gemeentelijke fusie afgelopen woensdag al naar de stembus ging, heeft een aanbod van TNS NIPO afgeslagen, zegt een woordvoerder. ‘We twijfelen erg aan de meerwaarde van zo’n onderzoek op lokaal niveau.’
TNS NIPO is nog in gesprek met een aantal andere gemeenten. Hoeveel er uiteindelijk een opiniepeiling zullen laten uitvoeren, weet Kanne nog niet. Intomart GfK doet een heel enkele keer opinieonderzoek in opdracht van gemeenten, Maurice de Hond helemaal niet.
Synovate, het vroegere Interview/ NSS, heeft de afgelopen drie raadsverkiezingen voor ongeveer tien gemeenten opiniepeilingen uitgevoerd. ‘Meestal vragen gemeenten ons als ze bijzondere ontwikkelingen verwachten, bijvoorbeeld door de deelname van een nieuwe partij’, zegt Marianne Bank, onderzoeksdirecteur bij Synovate. Dat geldt bijvoorbeeld voor Almere, waar de PVV mee gaat doen. Maar voorlopig ziet Almere nog geen aanleiding voor opiniepeilingen. Raadsgri er Jan Dirk Pruim: ‘Wij zetten onze middelen liever op een andere manier in.’
In Enschede en Amsterdam doen verzelfstandigde onderzoeksbureaus de peilingen. Al sinds 1998 peilt I&O Research jaarlijks de politieke voorkeur van de Enschedeers. ‘Een stukje ondersteuning van de lokale democratie’, noemt Rob van de Peppel, directeur van I&O Research, dat. ‘Het leidt tot discussie en aandacht van de lokale media.’ Van de Peppel ziet de opiniepeilingen als een ‘service aan de gemeente’.
Onderzoek en Statistiek (O&S), een verzelfstandigde dienst van de gemeente Amsterdam, peilt nu de verkiezingen naderen weer vaker de politieke voorkeur van de Amsterdammers. Volgens Jeroen Slot, hoofd onderzoek, is regelmaat noodzakelijk voor nauwkeurige peilingen. ‘Als je eens per vier jaar een poll doet, bestaat de kans dat je er ver naast zit.’ Landelijke bureaus moeten extra moeite doen om zich te verdiepen in de lokale situatie, zegt Slot.
In het verleden is gebleken dat de verkiezingsuitslagen zich op lokaal niveau niet eenvoudig laten voorspellen, vooral door de combinatie van een lagere opkomst en de deelname van lokale partijen. Een peiling voor een middelgrote stad als Gouda is bijna net zoveel werk als een landelijke peiling, zegt Tom van Dijk, directeur beleidsonderzoek bij Intomart GfK. Volgens hem zijn peilingen pas zinvol vanaf een paar dagen voor de verkiezingen.
Stemwijzer
Een populair instrument dat helpt om de opkomst te bevorderen is de digitale stemwijzer. Het Instituut voor Publiek en Politiek (IPP) ontwikkelt de stemwijzer voor zo’n 60 tot 70 gemeenten, zegt een woordvoerder. Afhankelijk van het aantal deelnemende partijen kost dat een gemeente circa 10.000 euro.
TNS NIPO doet nieuwe Haagse peiling
Den Haag laat voor het eerst opiniepeilingen doen voor de gemeenteraadsverkiezingen. Opvallendste conclusie van de eerste peiling, uitgevoerd door TNS NIPO, is dat de PVV als vierde zou eindigen, terwijl de partij bij de Europese verkiezingen in juni nog de grootste in Den Haag was. De PvdA blijft volgens het onderzoeksbureau de grootste partij in de Haagse raad. TNS schrijft dat toe aan de te verwachten hogere opkomst van allochtonen. Door een misverstand zijn bij de eerste peiling de lokale Haagse partijen niet opgenomen. Het onderzoeksbureau heeft toegezegd een nieuwe peiling te doen, nu mét de lokale partijen.
Een goed geïnformeerde stemmer stemt oprechter.
Het lijkt me duidelijk dat opiniepeilingen ten gunste van kleine partijen zijn. Wie stemt er niet groter dan hem lief is om zijn stem niet weg te gooien?
Met de peiling van O+S is het duidelijk dat Red Amsterdam en zelfs Amsterdam SOciaal kans maken op een zetel.