Minister op 'oorlogspad' tegen drugscriminaliteit
Minister Yeşilgöz van Justitie en Veiligheid presenteert een harde aanpak van drugscriminaliteit en belooft 15 gemeenten 82 miljoen euro.
Minister Yeşilgöz van Justitie en Veiligheid heeft haar aanpak van de georganiseerde criminaliteit uit de doeken gedaan en 15 gemeenten gevraagd plannen uit te werken voor wijken met de grootste risico’s op rekrutering van jongeren door drugscriminelen. Het gaat om de gemeenten Amsterdam, Arnhem, Breda, Den Haag, Eindhoven, Groningen, Heerlen, Leeuwarden, Lelystad, Nieuwegein, Rotterdam, Schiedam, Tilburg, Utrecht en Zaanstad.
Lange adem
Het kabinet trekt jaarlijks 82 miljoen euro uit om deze rekrutering te stoppen. Het voorkomen dat criminelen steeds weer nieuwe jongeren het vuile werk kunnen laten opknappen vergt ‘een forse investering en een lange adem’, aldus de minister. Bekend was al dat het kabinet jaarlijks meer geld uitgeeft aan het terugdringen van georganiseerde criminaliteit, oplopend naar jaarlijks 100 miljoen euro vanaf 2025. Met Prinsjesdag maakte het kabinet al structureel 434 miljoen euro vrij. ‘Er is nog nooit zoveel structureel geld uitgetrokken voor het tegengaan van georganiseerde criminaliteit’, aldus de minister die de Tweede Kamer voor de zomer nader wil informeren over de specifieke uitwerking van de preventieplannen.
'Streng en consequent'
De gelden gaan niet automatisch via een gelijke verdeelsleutel naar de 15 gemeenten. Bedoeling is dat de 15 gemeenten eerst aan de slag gaan met de uitwerking van plannen voor wijken waar de problemen het grootst zijn. Op basis daarvan moet duidelijk worden hoeveel zij van de 82 miljoen euro nodig hebben. Later dit jaar moeten dan meer gemeenten volgen. Volgens de minister krijgen jongeren perspectief op werk en inkomen en worden zij ‘streng en consequent’ aangesproken als ze dreigen af te glijden richting de criminaliteit. Daarom is er ook een nadrukkelijke rol voor agenten in de wijken, leraren, jongerenwerkers en reclasseringsmedewerkers.
Alle mogelijke fronten
De minister stelt in haar brief aan de Kamer dat het kabinet de georganiseerde criminaliteit ‘op alle mogelijke fronten’ zal bestrijden. Ze noemt vier inhoudelijke prioriteiten: voorkomen, doorbreken van criminele netwerken en verdienmodellen, bestraffen en beschermen. Onder ‘voorkomen’ valt de investering in wijken in 15 gemeenten waar de kans dat jongeren door drugscriminelen worden geronseld het grootst is. ‘Er worden extra inspanningen gedaan op scholen, bijvoorbeeld met het programma Kapot Sterk waar kinderen uit groep 8 wordt geleerd sterker te staan tegen de verleiding en aanzuigende werking van criminaliteit.’ Voorkomen betekent volgens de minister ook inzet op preventie van middelengebruik en verslaving. De staatssecretaris van VWS komt daar nog met een voorstel over. De minister noemt alvast de inzet van effectieve interventies als Helder op School. ‘Hierbij zal ook nadrukkelijk aandacht zijn voor het feit dat drugsgebruik niet onschuldig is en bijdraagt aan de instandhouding van een criminele drugsindustrie.’
Internationaal offensief
Voor het doorbreken van criminele netwerken en verdienmodellen kiest de minister voor een internationaal offensief. Ze wil dat Nederland zich ontwikkelt tot een van de koplopers op het internationale speelveld in de effectieve en preventieve aanpak van grensoverschrijdende georganiseerde criminaliteit. Ze wil de drugshandel in de bron- en transitlanden aanpakken en de samenwerking met ‘grote logistieke knooppunten’ aangaan om te voorkomen dat drugs uit Latijns-Amerika Nederland bereikt. Ze wil zich ook verdiepen in de aanpak en systemen van andere landen, zoals in Italië. Daarnaast stelt ze, naar het voorbeeld van het Verenigd Koninkrijk, een wetsvoorstel op voor ‘non conviction based confiscation’: crimineel vermogen afpakken zonder veroordeling. Als laatste wil ze inzetten op het voorkomen en bestrijden van witwassen en ondergronds bankieren.
Technologie
Op het punt van ‘bestraffen’ wil de minister investeren in de hele strafrechtketen, van politie en FIOD tot gevangeniswezen en reclassering. ‘Overal komen mensen en middelen bij.’ Ook in technologie wordt geïnvesteerd, ‘zodat bijvoorbeeld de forensische opsporing met de nieuwste technieken sneller kan werken en de douane met behulp van nieuwe technologie binnenkomende containers sneller en effectiever kan scannen op daarin verborgen drugs’. Mensen in de frontlinie moeten zich veilig weten en op bescherming kunnen rekenen als zij worden bedreigd, schrijft de minister onder het punt ‘beschermen’. Ze noemt criminaliteitsbestrijders, journalisten, rechters, advocaten, officieren van justitie, politiemensen, lokale bestuurders en andere politici. De minister investeert in het weerbaar maken van lokaal bestuur, rechters, officieren van justitie en advocaten. ‘Daarnaast werken zowel overheid als private partners aan het minder kwetsbaar maken van hun personeel.’
Verharding en verjonging
De Amsterdamse burgemeester Femke Halsema schreef onlangs nog namens de driehoek een brief naar de gemeenteraad, waarin zij zich zorgen maakte over de ‘maatschappelijke ontwrichting in onze wijken’ en de 'verharding en verjonging' van criminele jeugd. Daarbij noemde zij de aanpak ook een kwestie van ‘een lange adem’. ‘De Amsterdamse driehoek gaat door op de ingeslagen weg en pakt de drugscriminaliteit aan, van de jonge dealer tot de grote drugsbaas. Dat vereist uithoudingsvermogen en geduld. Interventies bij jongeren in de wijken hebben mogelijk pas over jaren effect.’ Daarbij wees ze op het tekort aan politiecapaciteit en de verwachting dat de capaciteit pas in 2025 weer op sterkte zou zijn. Verder zou de burgemeester graag zien dat gemeentelijke programma’s op preventie en zorg voor langere tijd een hogere en structurele financiering krijgen. Voor dat eerste lijkt nu groen licht te zijn.
Regulering
Dat lijkt anders op het gebied van regulering. In een andere brief kwam Halsema namens de driehoek met voorstellen die zij als ‘noodzakelijke tussenstap’ ziet op weg naar landelijke regulering van de cannabismarkt. Naast gefaseerd lokaal reguleren zou hiervoor een hernieuwde lobby naar het rijk komen. Ook wil ze zoeken naar internationale steun voor en het voeren van het internationale debat over regulering. Ze wees op ontwikkelingen in Duitsland, waar legalisering van cannabis op de landelijke politieke agenda staat en in Luxemburg, waar cannabiskweek voor eigen gebruik is gedecriminaliseerd. Verder hoopte ze dat de minister een aanpassing van voorwaarden voor het experiment gesloten coffeeshopketen zou overwegen, zodat het experiment in een deel van Amsterdam kan worden uitgevoerd. ‘Nieuwe informatie kan leiden tot de conclusie dat reguleren beter is dan gedogen of verbieden, waardoor de landelijke overheid op haar standpunt terugkomt.’
Peter R. de Vries
In deze Kamerbrief van minister Yeşilgöz wordt echter met geen woord gerept over de mogelijke impact van het experiment gesloten coffeeshopketen op de georganiseerde criminaliteit of over het mogelijke effect van regulering of legalisering van drugs. Die (gelijktijdige) aanpak wordt door steeds meer deskundigen en bestuurders gepropageerd, waaronder wijlen misdaadverslaggever Peter R. de Vries. De moord op De Vries wordt wel door de minister genoemd als een van de ‘absolute dieptepunten van de georganiseerde criminaliteit’, maar zijn mening over de aanpak weerklinkt niet in haar brief. Eerder klinken daarin echo’s door van de ‘war on drugs’ die 50 jaar geleden begon onder de later afgezette Amerikaanse president Richard Nixon. Die eenzijdige aanpak heeft vele miljarden gekost, maar de internationale drugshandel dus niet verminderd.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.