Fraudecommissie: overheid ‘blind’ voor mens en recht
In een hard rapport pakt de commissie ambtenaren, de Tweede Kamer en de Raad van State aan. Een nieuw toeslagenschandaal ligt op de loer.
De overheid was, en is nog altijd, blind voor mensen en hun rechten. Een schandaal zoals dat rond de kinderopvangtoeslag, kan daardoor ‘morgen weer’ gebeuren. Tot die conclusie komt de parlementaire enquêtecommissie die het fraudebeleid van de overheid heeft onderzocht. De commissie wil af van de ‘dubbele pet’ van de Raad van State en vindt dat de Tweede Kamer gefaald heeft in zijn taken.
Bikkelhard
De leden van de commissie noemen deze vaststelling misschien wel de ‘meest indringende’ uit hun ruim vijfhonderd pagina's tellende rapport, waarin zij bikkelhard oordelen over regering, parlement en rechtspraak. Het toeslagenschandaal ‘lijkt een unieke gebeurtenis waaruit reeds lessen zijn getrokken’, waardoor het zich niet zal herhalen. Maar het onderzoek wijst op het tegendeel: ‘de blindheid van de overheid voor mens en recht is niet weg’. In het rapport concludeert de commissie dat die blindheid zelfs nog steeds ‘overal binnen de overheid’ zit.
Opeenvolgende kabinetten hebben volgens de commissie ‘verkeerde keuzes’ gemaakt bij het ontwerp, de invoering en de uitvoering van wetten op het gebied van sociale zekerheid en toeslagen. Financiële overwegingen hadden de overhand, zonder dat er oog was voor de gevolgen voor mensen. Het parlement verzuimde niet alleen in te grijpen, maar moedigde dit harde fraudebeleid juist aan. De commissie wijt dit ook aan ‘een verhard politiek en maatschappelijk klimaat’.
Door deze ondoordachte aanpak zijn de grondrechten van burgers, bijvoorbeeld op eerbiediging van hun persoonlijke levenssfeer en gelijke behandeling, met voeten getreden. Ook de rechtspraak kon jarenlang niet voorkomen dat mensen gediscrimineerd werden en voor de kleinste foutjes als fraudeur werden behandeld. ‘De staatsmachten waren blind voor de gevolgen van beleid en besluitvorming.’
Raad van State
Een van de opvallendste adviezen van de commissie is dat de Raad van State zich geheel moet gaan toeleggen op advisering van het kabinet en parlement over wetgeving. De afdeling bestuursrechtspraak moet worden afgesplitst en ondergebracht bij de rechterlijke macht. Dat adviseert de parlementaire enquêtecommissie die het fraudebeleid van de overheid heeft onderzocht.
De Raad van State heeft volgens de commissie een ‘dubbele pet’ als wetgevingsadviseur én hoogste bestuursrechter. Die moet worden afgezet, vindt de commissie. Zij vindt het ‘staatsrechtelijk onzuiver’ dat één Hoog College van Staat zowel adviseert over wetgeving, als rechtspreekt over de toepassing van diezelfde wetgeving.
De commissie stelt verder vast dat de digitalisering van de dienstverlening door de overheid is doorgeslagen. Mensen moeten het recht krijgen op persoonlijk contact, niet alleen via telefoon, chat, mail of app, ‘maar ook door simpelweg op de koffie te komen’. Door mensen eerder bij de hand te nemen, kunnen juist die kleine foutjes voorkomen worden die zo vaak veel ellende hebben veroorzaakt.
Vangnet
Het juridisch vangnet voor mensen die toch in de problemen komen, moet worden versterkt, zo adviseert de commissie verder. Wie in aanvaring komt met de overheid, moet kunnen terugvallen op een ‘landelijk dekkend netwerk’ van voorzieningen voor rechtshulp. Ook moeten de vergoedingen voor de sociale advocatuur omhoog en moeten mensen er eerder voor in aanmerking komen.
Een andere aanbeveling van de commissie is dat nieuwe wetten zowel voor- als achteraf getoetst zouden moeten worden aan de Grondwet. Zo moet worden voorkomen dat grondrechten van burgers aan de kant worden geschoven ten faveure van ‘politieke wensen of organisatiebelangen’.
Er moet volgens de commissie in alle geledingen van de overheid meer kennis komen over de risico's van het gebruik van persoonsgegevens bij toezicht en handhaving. De Autoriteit Persoonsgegevens moet meer geld krijgen om haar wettelijke taak te kunnen vervullen. Het budget van de privacywaakhond moet structureel met minstens 100 miljoen euro omhoog.
Tweede Kamer
Ook de Tweede Kamer heeft ‘in meerderheid’ gefaald in zijn taken en is daardoor mede-verantwoordelijk voor de ellende van gedupeerden van het nietsontziende fraudebeleid van de overheid, concludeert de commissie. De Tweede Kamer nam ‘kwalitatief slechte wetten’ aan en samen met journalisten hebben Kamerleden hard fraudebeleid op momenten aangejaagd.
Er is volgens de commissie een patroon waarbij Kamerleden vaak wel vragen stellen, maar vervolgens niet doorpakken. Parlementariërs wijzen soms al in een vroeg stadium op grote problemen, en kunnen de ‘kern van ontwerp- of invoeringsfouten’ raken. Maar het blijft veelal bij vragen, waardoor deze problemen blijven bestaan. Wetgeving wordt ‘soms heel oppervlakkig’ behandeld, ook als het ingewikkelde wetten zijn met grote gevolgen voor mensen. Kamerleden die wél hun huiswerk deden en slechte wetten probeerden aan te passen, kregen zelden steun van andere parlementariërs. Die lieten zich volgens de commissie te gemakkelijk ‘geruststellen’ door het kabinet.
Om herhaling van schandalen als de toeslagenaffaire te voorkomen, beveelt de commissie de Kamer aan zijn taken serieus te nemen. Het kabinet moet het parlement beter informeren, en de Kamer moet zijn eigen positie versterken, bijvoorbeeld door meer ondersteuning te vragen.
De primaire oorzaak is de "wettelijke" bevooroordeelde wijze van afhandeling van alle zaken bij zowel de belastingdienst als bij de rechters. Die is nl. ook van psychologische aard, waarbij het persoonlijk superioriteitsgevoel en bijkomstige repressie door machtsmisbruik en zelfingenomenheid een rol speelt.
Zie hiervoor het experiment van Mindfuck, waar willekeurige mensen (lees hiervoor belasting ambtenaren) tijdens een vals spelletje monopolie in no-time omgetoverd worden tot vervelende dominante etterbakken zonder genade. zie
https://www.youtube.com/watch?v=54wTjZv-WnI