Een beetje niet-integer, bestaat dat ook?
Meer betalen voor snellere service. In Nederland is dat gebruikelijk, in andere landen noemen we het corruptie, stelt Harm Brouwer.
Een oud-collega ontdekte ooit dat hij zijn paspoort kwijt was. Het zou hem zeker een week kosten om aan een nieuw exemplaar te komen. Maar als hij bij de afdeling Burgerzaken van zijn gemeente extra betaalde voor de spoedprocedure, kon hij er binnen twee dagen een hebben. Toen hij dat aan zijn uit Colombia afkomstige buurvrouw uitlegde moest ze lachen. 'Wij hebben ook zo'n spoedprocedure. Alleen jullie noemen dat corruptie.'
Over de vraag waar de integriteit van de overheid ophoudt en overgaat in laakbaar, onethisch of strafbaar handelen, kan men boekenkasten volschrijven en dat is ook gebeurd. Het betreft hier nu eenmaal een buitengewoon gelaagd en genuanceerd onderwerp. Toch bestaat in Nederland de neiging om – in elk geval in de publieke arena – alle integriteitskwesties over één kam te scheren, het is dan zwart óf wit.
Misschien komt dat wel door Ien Dales met haar befaamde toespraak tijdens het VNG-jaarcongres in 1992. Ze wilde het onderwerp 'integriteit' op de politieke en bestuurlijke agenda zetten. Dat is zonder meer gelukt. Wie haar toespraak nu leest verbaast zich er misschien over dat ze twee keer het woord 'fnuiken' gebruikt, maar haar boodschap zelf is anno 2014 nog steeds overbekend: bestuurlijke integriteit vergt continue zorg en waakzaamheid.
Dales heeft ons toentertijd wakker geschud. In de loop van de tijd ben ik wel een vraagteken gaan plaatsen bij het eind van haar toespraak. “De overheid is óf wel óf niet integer: een beetje integer bestaat niet.” Het is een oneliner die zo vaak is geciteerd dat hij een tegeltjeswijsheid is geworden. Geen congres over verdraagzaamheid zonder een Mandela-citaat, geen artikel of column over integriteit zonder Dales.
De stelligheid van Dales is op zich wel te begrijpen: als je dan toch een steen in de vijver wilt gooien, dan liever een hele zware. Probleem is echter dat 'een beetje integer bestaat niet' niet altijd bijdraagt aan de integriteitsbevordering. Kijk naar de publieke perceptie. Als integriteit uitsluitend een zwart-wit-keuze is, dan is dus ook alles wat naar grijs zweemt meteen maar diepzwart. En dat betekent dat alle eventuele integriteitsschendingen in onze gemediatiseerde samenleving meteen de geur van fraude, corruptie en zelfverrijking meekrijgen. Betrokkenen zelf worden bij voorbaat rechtstreeks naar de mestkar verwezen. Bestuurlijke daadkracht tonen wordt dan het credo. Een 'beetje' bestaat immers niet. Zie dan nog maar eens de rust en de juiste stand van de rug te vinden om recht te doen aan de nuances en om eventueel tot de conclusie te komen dat de soep niet zo heet moet worden gegeten als ze is opgediend.
Het alles of niets van Dales doet geen recht aan het gegeven dat het bevorderen van integriteit vaak samengaat met een bewustwordingsproces. Natuurlijk, er zijn gedragingen die eenvoudigweg niet deugen. Dan is het gewoon einde oefening voor betrokkene. Zonder erbarmen. Maar niet altijd zijn de normen even scherp of het gaat om ingesleten patronen. Wat te denken van het bestuursorgaan dat buitengewoon zorgvuldig en zuiver is waar het gaat om de verlening van vergunningen aan anderen, maar er niet bij stil heeft gestaan dat het zelf voor bepaalde activiteiten ook een vergunning zou moeten hebben? Verwijtbaar, jazeker. Politieke verantwoordelijkheid nemen en verantwoording afleggen, jazeker. En de ambtenaar die doorkrijgt dat hier iets niet klopt moet dat veilig intern kunnen aankaarten zonder dat zijn ontslag in het verschiet ligt.
Maar we moeten niet meteen verzeild raken in de dwingende logica van 'een beetje integer bestaat niet, dus hier moet wel iets zeer grondig mis zijn'. Dan hebben we misschien toch meer aan 'een beetje niet-integer bestaat'. Maar ja, is dat wel een lekker pakkende oneliner?
Harm Brouwer is voorzitter van de Onderzoeksraad Integriteit
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.