Toewijzing nieuwe zorgrechten: veelal te laat en ontevreden klanten

Het wil niet vlotten met de herindicering, dat concludeert Zorgbelang Nederland op basis van gegevens van het landelijke Meldpunt (her)indicatie. Het meldpunt, een gezamenlijk initiatief van cliëntenorganisaties als de Chronisch Zieken en Gehandicaptenraad en de Landelijke Organisatie Cliëntenraden, ontving tot nu 126 klachten van burgers over hun huishoudelijke hulp. Op 1 januari hadden 300.000 mensen die vorig jaar nog via de Awbz verzekerd waren door de gemeenten geherindiceerd moeten zijn. 'We krijgen uit heel het land signalen dat mensen nog niet zijn geïndiceerd voor dit jaar,' zegt Marian Witte van Zorgbelang Nederland. 'Daarnaast zijn er mensen die wel de herindicatie hebben gehad, maar nog wachten op de beschikking van de gemeente.'

Minder uren

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) relativeert de situatie. 'De kwalificatie dat veel gemeenten achterlopen, willen wij niet voor onze rekening nemen', zegt woordvoerder Freya Broekman. 'Sommige gemeenten hebben ervoor gekozen later dit jaar te herindiceren en tot die tijd de Awbz-zorg door te laten lopen. Andere kiezen voor een administratieve omzetting voor bepaalde groepen. Die blijven dan automatisch dezelfde hulp ontvangen als voorheen.'

Een meerderheid (61 procent) van de mensen die wel zijn geherindiceerd, krijgt minder uren hulp dan voorheen, zo blijkt uit de gegevens van het meldpunt. Bijna driekwart zegt dat ze met de huidige hulp minder goed hun huishouden kunnen voeren. 'Mensen krijgen minder uren toegewezen omdat partner of kinderen een deel van de zorg op zich moeten nemen', zegt Witte. 'Maar in ingewikkelde gezinssituaties is dat problematisch.' Burgers blijken ook ontevreden over de indicatiestelling. De meerderheid vindt de medewerkers met wie ze te maken krijgen niet klantgericht (64 procent) of deskundig (68 procent). Veel klachten gaan over het feit dat de indicatie telefonisch is gedaan.