Solidariteit ambtenaren sijpelt weg
De loonbevriezing die gemeentewerkgevers willen, leidt tot onrust in de vakbeweging. Het ooit zo gesloten ambtenarenfront is al aardig aan het scheuren.
Terwijl gemeentewerkgevers de lonen willen bevriezen, gaan andere ambtenaren er de komende jaren nog lekker op vooruit. Het rijk kent een vierjarige cao met een gemiddelde loonstijging van 3,3 procent. Medewerkers van Defensie krijgen er 2,5 procent bij. ‘We moeten niet hebben dat de lonen van de ambtenaren onderling te veel uiteen gaan lopen’, waarschuwde cao-onderhandelaar Bert de Haas van Abvakabo vorige week.
Hij is niet de enige die hem knijpt. Ruud Kuin, eerste caoonderhandelaar van Abvakabo voor de gemeenten, vreest dat gemeenten vanaf volgend jaar zullen leeglopen. Niet alleen door vergrijzing, maar ook doordat het elders in de publieke sector beter toeven is. ‘Andere overheidssectoren kennen een dertiende maand, bijvoorbeeld het rijk en de provincies’, zegt Kuin.
‘Ik merk dat onze achterban daarnaar kijkt. In de marktsector hebben ze bonussen, zo hoor je veel ambtenaren zeggen, maar wij hebben de dertiende maand. Die moeten we binnenhalen. Het wordt nog een hele knokpartij binnen de publieke sector om mensen binnen te halen en te houden.’ Gooiden de ambtenaren in de jaren tachtig het land nog plat, een kwart eeuw later is er weinig meer over van hun onderlinge solidariteit. ‘Die leeft niet meer zo bij onze leden, alleen nog bij de ouderen’, meent Kuin.
De straat op
Ook Jan Willem Dieten, cao-onderhandelaar voor de sector rijk namens Abvakabo, ziet de solidariteit slinken. ‘Toen wij twee jaar geleden de straat op gingen, zag je nergens gemeenteambtenaren. Je ziet dat gebrek aan solidariteit zelfs al binnen sectoren.
Tijdens de brandweeracties van twee jaar geleden lieten de andere gemeenteambtenaren het afweten. Solidariteit zie je vooral als werknemers gelijke belangen hebben, dan gaan ze ervoor. Maar dat is niet meer zo bij caoonderhandelingen. De looptijd van sectorcao’s valt niet samen. Alleen de pensioenen zijn nog een zaak van álle ambtenaren.’
Volgens de meeste waarnemers zijn er scheuren in het ambtenarenbolwerk ontstaan nadat vakbonden en overheidswerkgevers in de jaren negentig het sectormodel invoerden. Elke overheidssector kreeg toen een eigen cao. ‘Nog steeds krijgt iedere sector dezelfde ruimte voor arbeidsvoorwaarden’, zegt Rico Monasso van het Centrum voor arbeidsverhoudingen bij overheidspersoneel (CAOP). ‘Maar niet elke sector hoeft daar hetzelfde mee te gaan doen. De bedoeling is om per sector meer maatwerk te kunnen leveren op het gebied van arbeidsvoorwaarden. Een regeling voor onregelmatige werktijden is bijvoorbeeld bij de politie belangrijker dan bij de rijksoverheid.’
De invloed van het maatwerk op de uitkomsten van cao’s is beperkt, meent Monasso. De vakbond die de ene keer wat minder binnenhaalt, spiegelt zich later aan een andere cao. ‘Iedereen vergelijkt zich altijd met de sector waar de arbeidsvoorwaarden beter zijn. Maar er vinden altijd weer inhaalslagen plaats.’
Risico
Maar Paul de Beer, hoogleraar arbeidsverhouding aan de Universiteit van Amsterdam, denkt er anders over. Het risico op afnemende solidariteit binnen de ambtenarij is reëel, stelt hij. ‘De ene sector kan achterop raken bij de andere. Feitelijk is dat al langer gaande.’ Maar dat hoeft geen nadeel te zijn, voegt hij eraan toe. Een gunstige cao in de ene sector kan inspirerend werken voor een andere cao-onderhandeling. ‘Zo werkt het in de marktsector. Ik zie niet in waarom het bij de overheid anders zou gaan. De vraag is alleen wie het initiatief neemt om een beter onderhandelingsresultaat neer te zetten.’
De vakbonden zijn de laatste jaren echter geen warme supporters gebleken van het sectormodel. Werkgevers spelen het spel handiger dan zij. ‘Niemand die zo sterk coördineert over de sectoren heen als de overheidswerkgevers’, zegt Dieten. ‘Voortdurend weigeren ze bij onderhandelingen concessies, met verwijzing naar andere sectoren. Daarnaast kijkt ook de minister van Financiën mee bij cao-onderhandelingen.’
In reactie daarop proberen de vakbonden ook het front gesloten te houden. ‘We letten erop dat we niet te veel uit de pas lopen’, zegt Jan Willem Dieten. ‘Want als een van de sectorbonden iets moois heeft binnengehaald, willen anderen dat ook. Het sectormodel maakt maatwerk weliswaar mogelijk, maar er mag best wat meer onderlinge eenheid bij ons zijn.’
a-1-1-2009 al ingeleverd
b- ABP niet geïndexeerd
c- Het is echt noodzakelijk dat de Vakbond
een beter onderhandelingsresultaat neer gaat zetten, anders zie ik de afbrokkeling van de vakbonden al scherp in het vizier komen.