Alvast aan de slag met de nieuwe wet inburgering
Op 1 juli van dit jaar begint de gemeente Amersfoort met een nieuw aanpak voor inburgering. Daarmee neemt de gemeente een voorschot op de nieuwe wet inburgering, die waarschijnlijk op 1 januari 2022 ingaat.
Het nieuwe inburgeringsstelsel gaat pas op 1 januari 2022 in, maar dat weerhoudt de gemeente Amersfoort er niet van om alvast in de geest van de nieuwe wet te gaan werken. Beter voor de inburgeraars, maar ook goed voor de gemeente om alvast te wennen aan het nieuwe stelsel, vindt wethouder Cees van Eijk.
Voorschot
Op 1 juli van dit jaar begint de gemeente Amersfoort met een nieuwe aanpak voor inburgering. Daarmee neemt de gemeente een voorschot op de nieuwe wet inburgering, die waarschijnlijk op 1 januari 2022 ingaat. Hoewel het ontbreken van het wettelijk kader een beperking is, zijn er toch onderdelen van de wet die nu al uitgevoerd kunnen worden, vertelt wethouder Cees van Eijk (werk en inkomen, GroenLinks).
Levensfase
De gemeente neemt de wet echter niet klakkeloos over. 'We benutten de nieuwe wet, maar we willen wel echt een eigen Amersfoortse aanpak', vertelt de wethouder. Zo heeft de gemeente twee verschillende inburgeringsroutes ontwikkeld, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen jonge en oudere inburgeraars. Van Eijk: 'In de wet worden de verschillende routes vooral georganiseerd op basis van taalniveau, maar wij kijken meer naar de levensfase en de behoeften van de statushouder.' De jongerenroute kent daarom intensievere taallessen en een sterkere focus op onderwijs.
Versnipperd
Ook bijzonder aan de Amersfoortse methode is dat de inburgering belegd wordt bij één organisatie. 'Dat heeft ermee te maken dat wij al nadrukkelijk één organisatie hadden waar alle statushouders een relatie mee hadden. Het is dus niet versnipperd over allerlei verschillende taalinstituten, maar de uitvoering ligt bij een organisatie die al veertig jaar bestaat en alle verschillende wetten heeft doorstaan.'
Uitgesteld
Het nieuwe inburgeringsstelsel legt de regie over integratie van statushouders bij gemeenten neer, waar dat nu nog de verantwoordelijkheid van de statushouders zelf is. De nieuwe wet zou eigenlijk begin 2021 worden ingevoerd, maar werd twee keer uitgesteld: eerst tot 1 juli 2021 en daarna tot 1 januari 2022. Minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) houdt ook voor die laatste datum nog een slag om de arm.
Teleurgesteld
De reden voor het uitstel ligt echter niet bij gemeenten, zoals de vier grote steden al eerder aankaartten. Die waren teleurgesteld dat het nieuwe stelsel nog langer op zich laat wachten. Wethouder Van Eijk verwacht daarom dat de meeste grotere gemeenten het voorbeeld van Amersfoort zullen volgen en al eerder met de nieuwe aanpak gaan werken. Sterker nog, daarover zijn al afspraken gemaakt met minister Koolmees.
Feeling
Op die manier wordt het verschil tussen de 'ondertussengroep', die door het uitstel van de wet nog buiten het nieuwe stelsel valt, en de nieuwe groep inburgeraars minder groot, licht Van Eijk toe. 'En het is voor gemeenten ook goed om in de geest van de nieuwe wet te gaan werken om wat feeling met het nieuwe stelsel te krijgen.'
Vrijwillig
'Door het ontbreken van het wettelijk kader moet dat allemaal wel op basis van vrijwilligheid van de inburgeraar', gaat Van Eijk verder. 'Dat is eigenlijk de grootste beperking.' Toch zijn sommige onderdelen van de nieuwe wet, zoals het opstellen van een Persoonlijk plan voor Inburgering en Participatie (PIP) samen met de inburgeraar, al goed uit te voeren, vindt Van Eijk. Verder is er nog wat onzekerheid rondom de financiering van de wet, maar Van Eijk maakt zich er niet al te veel zorgen over: 'Wij denken: linksom of rechtsom, dat gaat lukken. Op basis van de toezegging van Koolmees heb ik daar vertrouwen in. Een beetje risico nemen hoort bij het vak.'
Huisvesting
Meer zorgen maakt de wethouder zich over de huisvesting van statushouders. De landelijke taakstelling is dit jaar verdubbeld, waardoor ook Amersfoort meer dan twee keer zoveel asielzoekers moet gaan opvangen als vorig jaar. Door de woningnood kan het langer duren voordat een statushouder kan verhuizen naar de gemeente, waardoor ook het inburgeringsproces vertraging oploopt.
Voorburgering
Wel wil de gemeente ervoor zorgen dat de inburgering al in het asielzoekerscentrum kan beginnen, ook als er nog geen woning beschikbaar is. Van Eijk: 'Het proces moet al beginnen zodra de inburgeraar weet in welke gemeente hij of zij terecht komt. Inburgering begint al een beetje in het asielzoekerscentrum. Wij noemen dat voorburgering. Dat vind ik een van de grotere winsten uit de nieuwe wet.'
Andere migranten
De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid publiceerde onlangs een advies over inburgeringsbeleid waarin wordt gepleit voor integratievoorzieningen voor alle typen migranten. Naast asielzoekers heeft Nederland namelijk ook steeds meer te maken met bijvoorbeeld kennis-, studie- en arbeidsmigranten. 'Migranten die hier maar tijdelijk verblijven hebben vaak maar een beperkte koppeling met het sociale leven, en dat is best een maatschappelijk probleem', erkent wethouder Van Eijk. Toch ziet hij voorlopig nog geen oplossing daarvoor. Ten eerste is dat type migrant niet inburgeringsplichtig. En ten tweede: inburgeringsvoorzieningen zoals taallessen kosten geld. 'En daar zit de bottleneck', aldus Van Eijk.
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.