Structureel miljoenen voor Amsterdamse Werkbrigade

Het Amsterdamse stadsbestuur gaat vanaf 2020 jaarlijks 11 miljoen euro in de zogeheten Werkbrigade steken. Het werkverschaffingsproject wordt daarmee structureel. Wethouder Rutger Groot Wassink (sociale zaken, GroenLinks) maakte tevens bekend dat hij deelnemers die naar betaald werk uitstromen, wil belonen.

Langdurig

Het project werd in 2016 opgestart om de afstand tot de arbeidsmarkt van langdurig bijstandsgerechtigden te verkleinen. Na een start met 14 werkloze Amsterdammers, groeide het project binnen een jaar naar 300. Inmiddels hebben volgens het Parool zo’n 510 mensen werk gekregen via het project. Van hen wisten er 55 uit te stromen richting betaald werk. Geen onknappe prestatie, aangezien meer dan de helft van de deelnemers al langer dan vier jaar thuiszit en ouder is dan 45 jaar.

Doorstroom stimuleren

Om de doorstroom te stimuleren én te voorkomen dat de transitievergoeding aan het eind van het tweejarige dienstverband een perverse prikkel vormt die uitstroom voorkomt, looft Groot Wassink een belastingvrije premie van 1.250 euro uit voor iedere deelnemer die een betaalde baan weet te vinden. De wethouder meldt de raad dat de gemeente intensieve bemiddeling gaat inzetten voor deelnemers die klaar zijn voor doorstroom.

Grote tevredenheid

Het project, dat werd opgezet onder Groot Wassinks voorganger Arjan Vliegenthart (SP), houdt in dat werklozen twee jaar lang tegen minimumloon via het voormalig sw-bedrijf Pantar in dienst worden genomen om onuitgevoerd werk in de openbare ruimte te verrichten. Zo zijn de deelnemers ingezet voor het groenonderhoud, stadsschoonmaak, en om de vele bezoekers de weg te wijzen om zo de ergste drukte in de binnenstad te beteugelen. Volgens Groot Wassink is dat werk naar grote tevredenheid van buurtbewoners, politie en handhavers uitgevoerd. Komende jaren wil de wethouder ook andere kansrijke sectoren betrekken bij de inzet van de Werkbrigade. Groot Wassink verwacht de raad voor de zomer te informeren over de resultaten van een onderzoek naar de toegevoegde waarde voor vergelijkbare uitkeringsgerechtigden die nog niet deelnemen of hebben genomen aan het project.