Advertentie
sociaal / Column

Zichtbaar ongemak

De tijd is te kort om elkaar in een houdgreep te houden van opeenvolgende deadlines die alleen maar leiden tot nog meer zichtbaar ongemak. Er is minder dan een half jaar te gaan voor dat de transitie jeugdzorg een feit is, betoogt Leonard Geluk.

03 juli 2014

In het Algemeen Overleg in de Tweede Kamer ging het vorige week woensdag over de stelselwijziging Jeugd. Op de agenda stond de vierde rapportage van de Transitiecommissie. In het debat ging de aandacht vooral uit naar het al dan niet stellen van een volgende deadline: voor 1 augustus moeten gemeenten helderheid geven aan zorgaanbieders en Bureau Jeugdzorg (BJZ) over de budgetten voor 2015 en vervolgens moeten voor 1 oktober de definitieve inkoopcontracten gesloten zijn. Of zou medio oktober toch beter zijn? Weet je wat, we maken er uiterlijk 1 november van… De volgende ‘uiterstesteste deadline’, zoals Erik Gerritsen het al treffend noemde.

Donderdag zag ik een kop in De Gelderlander voorbijkomen: ‘Ik laat me niet gek maken door Teeven’.  Het was een interview met wethouder Bert Frings van Nijmegen. De kop van het artikel laat aan duidelijkheid niets te wensen over en laat zien dat er minstens één regio is die zich niet veel gelegen laat liggen aan de ‘uiterstesteste’ deadline. Ik weet uit mijn contacten met gemeenten dat deze regio niet de enige zal zijn.


De transitie van de Jeugdhulp staat onder hoogspanning. De tijd tot 1 januari is kort. Rijk, gemeenten en zorgaanbieders werken vanuit hun eigen logica en tijdschema’s. Het rijk heeft het werk gedaan, wetten zijn vastgesteld en de budgetten verdeeld. Gemeenten hanteren de eigen begrotingsraad in november als deadline en kunnen dan pas echt duidelijkheid bieden aan zorgaanbieders. Zorgaanbieders melden zich bij het UWV voor ontslag van medewerkers omdat ze niet weten hoeveel middelen in 2015 beschikbaar zijn en hoeveel medewerkers ze op de loonlijst kunnen houden. Er moet tijdig worden geacteerd. Gemeenten hebben de wet aan hun kant: de gemeentelijke begroting moet eerst worden vastgesteld door de gemeenteraad. Zorgaanbieders hebben ook hun eigen gelijk: bestuurlijke proactiviteit is noodzakelijk. Ondertussen is het de vraag of er voldoende zorg beschikbaar blijft voor kinderen en gezinnen. Er ontstaat een zichtbaar ongemak van partners die elkaar niet lijken te verstaan, die ieder vanuit het eigen perspectief blijven denken en handelen en elkaar nog onvoldoende weten te vinden. Partnerschap is nodig, met elkaar meedenken is nodig. Men moet niet blijven hangen in de rationaliteit van het eigen systeem.

Vorige week woensdag haalde een  ander bericht de media: ‘Alle Brabantse gemeenten maken afspraken met BJZ’. Ik denk dat dit een moeizaam proces is geweest. Wellicht kwam er ook enige drang vanuit het ministerie van Veiligheid en Justitie aan te pas om tot de afspraken te komen. Uiteindelijk zijn gemeenten, BJZ en provincie het gesprek aangegaan en zijn goede afspraken gemaakt. Dit is nodig en verdient op heel veel plekken in Nederland navolging.


De complexiteit van de stelselwijziging maakt dat heel veel met heel veel samenhangt. Knelpunten, problemen en oplossingen bij de een, zijn onlosmakelijk verbonden met knelpunten, problemen en oplossingen bij de ander. De veranderopgave van de Bureaus Jeugdzorg naar gecertificeerde instellingen gecombineerd met het opzetten van de lokale toegang door alle gemeenten, is daar een sprekend voorbeeld van.

Natuurlijk moet er onderhandeld worden over de zakelijke kant van de nieuwe verhoudingen: condities, budgetten, voorwaarden. Dat moet vanuit het besef dat partnerschap noodzakelijk is. Bestuurders moeten hier leiding aan geven.  Wethouders moeten in gesprek met de bestuurders van de zorgaanbieders. Zoek en biedt oplossingen voor elkaars problemen. Helaas komt dit in veel regio’s nog onvoldoende op gang. De tijd is te kort om elkaar in een houdgreep te houden van opeenvolgende deadlines die alleen maar leiden tot nog meer zichtbaar ongemak. Er is minder dan een half jaar te gaan…. 

Leonard Geluk

Lees hier alle columns van Leonard Geluk

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Adrie Kok / Interim manager Zorg
Ik hoop niet dat ik iets nieuws zeg, maar dit type mega-transities is per definitie gedoemd te mislukken. Veranderingen worden aangestuurd door wethouders die een horizon van 4 jaar kennen, die meestal niet uit het vakgebied komen en die in de kern het budgetraamwerk belangrijker vinden dan de zorgvraag.

NB. Wethouders hebben de transitieportefeuille geaccepteerd, maar hadden de kans om zich niet beschikbaar te stellen.
Bert
Bij een aantal gemeenten en zorgaanbieders staat het belang van het kind niet voorop. Natuurlijk moet je naar je budget kijken, maar je kunt uitrekenen wat je op lange termijn gemiddeld nodig hebt. Noord-Brabant heeft dat Brabantbreed, gedeeld risico, gedaan voor 2015 en 2016. Nu is er ook al zekerheid voor een aantal werknemers en dat werkt motiverend om een effectieve transitie vorm te geven. Het kind staat in "de provincie" Brabant voorop, nu de rest van Nederland nog.
Advertentie