Homohuwelijk
Eén gereformeerd meisje en een gereformeerde jongen, zij 21 hij 23, willen trouwen. Ze zijn verliefd, anderhalf jaar verloofd en ze weten waar ze aan beginnen: tot de dood ons scheidt.
Dus… ze gaan naar het stadhuis, in een grote stad, om de huwelijksvoltrekking te bespreken. Gedurende het gesprek komt het geloof van beiden aan de orde. Ze vinden het prettig als de trouwambtenaar in zijn woord tijdens de huwelijksvoltrekking iets zegt over de huwelijkse trouw, de bijbel en het geloof.
De ambtenaar trekt één wenkbrauw op. Hij kijkt zorgelijk. Hij schraapt zijn keel en zegt: ‘Ik vindt dit heel onplezierig. Persoonlijk heb ik niets tegen gereformeerden. In mijn vriendenkring zitten diverse … christenen. Maar … eh! We zijn hier in de grote stad. Hier hebben we toch wel onoverkomelijke bezwaren tegen het trouwen van mensen die er een achterlijk geloof op na houden. Sorry voor het woord “achterlijk”, maar ik kan vanuit mijn geweten, mijn levensovertuiging, u beiden niet in den echt verbinden. Gereformeerden discrimineren de vrouw en dat is in strijd met het gelijkheidsbeginsel in de Grondwet. Ik kan dat voor mezelf niet rechtvaardigen.’
Moet kunnen, volgens een meerderheid van de bijna 7 duizend respondenten die aan de enquête van Binnenlands Bestuur over weigerambtenaren meededen (zie ook het tijdschrift van deze week, vanaf pagina 20). Tenminste: als we ‘gereformeerd’ vervangen door ‘homo’. Tweederde van de ambtenaren vindt dat een weigerambtenaar het recht heeft homo’s niet te trouwen als er sprake is van gewetensbezwaren. Ik ben benieuwd naar de eerste trouwambtenaar die weigert gereformeerden te trouwen, omdat man en vrouw in dat geloof niet gelijk zijn. Sterker nog! Ik doe een oproep aan trouwambtenaren om, al is het maar één keer, te weigeren een gereformeerd stel te trouwen vanwege hun ‘achterlijke’ geloof. Sorry voor het woord ‘achterlijk’. Ik ben benieuwd!
Nu nog even naar de motie van Ineke van Gent van GroenLinks die zegt dat trouwambtenaren geen homohuwelijken meer mogen weigeren. De motie is aangenomen. Natuurlijk is het een Haagse kaasstolpdiscussie, maar het is wel een principiële discussie.
Zeker omdat Nederland 23 gemeenten kent waarbij het ambt van trouwambtenaar open blijft staan voor gewetensbezwaarden. Als gemeenten nu eens vaststellen dat er vanaf een zeker moment geen trouwambtenaren meer worden aangesteld met gewetensbezwaren, niet tegen gereformeerden en niet tegen homo’s. Bestaande gevallen van gewetensbezwaarden komen in een register en kunnen hun werk blijven doen. De gemeente zorgt er voor dat elk genre huwelijk dat de wet toestaat, kan worden gesloten.
Voorwaarde: er worden geen nieuwe trouwambtenaren benoemd met gewetensbezwaren. De tijd lost het probleem vanzelf op.
Dat men er wel uit kan komen zal best, maar het gaat om een uitgangspunt.