Gemiste kans?
Opvallend aan de landelijke campagne is ook de wel erg positieve toonzetting van de TV spotjes, waarmee de stevige aanloopproblemen waarmee gemeenten en cliënten onvermijdelijk te maken gaan krijgen lijkt te worden ontkend
Vorige week ging dan eindelijk de publiekscampagne “Nederland verandert, de zorg verandert mee” van start, met onder andere informatievoorziening over de nieuwe jeugdwet onder het goed gekozen motto “Kinderen beter beschermen”. De website www.dezorgverandertmee.nl ziet er goed verzorgd uit en biedt veel nuttige informatie. In het bijzonder aan te raden is de categorie “misverstanden”, waarin veel angstaanjagende indianenverhalen die de afgelopen periode over de transitie jeugdzorg de ronde deden uit de wereld worden geholpen.
Ook goed om te lezen is dat de opzet van de campagne in overleg met professionals en cliënten is ontwikkeld. Met individuele vragen kunnen cliënten terecht op www.hoeverandertmijnzorg.nl en bij het telefoonnummer 0800-0126.
Op zich is zo’n landelijke, vanuit het ministerie van VWS georganiseerde, publiekscampagne een noodzakelijk onderdeel van een goede informatievoorziening naar cliënten. De gemeenten kunnen er goed op aansluiten en hoeven op dit punt het wiel niet meer opnieuw uit te vinden. Tegelijkertijd is sprake van een vrij traditionele publiekscampagne (TV spotjes, website, informatienummer), waarvan bekend is dat het effect op het publiek maar zeer beperkt is.
Zeker als de je kwetsbaarheid van de doelgroep in ogenschouw neemt. Het is dan ook zeer de vraag of kwetsbare gezinnen waarin kinderen in hun veilige ontwikkeling worden bedreigd zich erg geholpen zullen voelen door deze publiekscampagne. Daarbij komt dat de afzender van de publiekscampagne (VWS) niet de overheid is die vanaf 1-1-2015 verantwoordelijk is voor het beter beschermen van kinderen in de knel.
Er lijkt dan ook sprake te zijn van gemiste kansen. Waarom is de landelijke campagne bijvoorbeeld niet direct gekoppeld aan gemeentelijke campagnes met voor cliënten duidelijke verwijzing naar plekken en personen waar ze de meer op hun specifieke situatie van toepassing zijnde informatie kunnen halen? Waarom is het in de praktijk toepassen van het met de mond veel beleden principe van 1 overheid zo moeilijk? Waarom zijn de jeugdhulpinstellingen wiens professionals in persoonlijk contact staan met de cliënten niet direct aangehaakt? Ministeries en gemeenten kunnen campagnes voeren zoveel ze willen, de meest kwetsbare cliënten worden alleen effectief bereikt in de persoonlijke contacten met de jeugdhulpprofessionals. Gemeenten doen er dan ook goed aan om alsnog snel de eigen informatievoorziening aan cliënten op orde te brengen en daarbij ook nauw samen te werken met de uitvoerende instellingen die kunnen zorgen voor persoonlijke 1 op 1 communicatie over de gevolgen van de transitie. Zo niet blijft de onzekerheid bij cliënten over wat de transitie voor hun precies gaat betekenen onnodig lang voortduren. Een onzekerheid die ze er, gezien hun kwetsbare situatie, eigenlijk niet bij kunnen hebben.
Opvallend aan de landelijke campagne is ook de wel erg positieve toonzetting van de TV spotjes, waarmee de stevige aanloopproblemen waarmee gemeenten en cliënten onvermijdelijk te maken gaan krijgen lijkt te worden ontkend. Effectieve communicatie is ook een kwestie van management van verwachtingen en dat lijkt even te zijn vergeten. De kans op een valse start van de transitie neemt daarmee onnodig toe. Ook wordt zo de kans gemist om cliënten bondgenoot te maken in het oplossen van de knelpunten die ongetwijfeld naar boven gaan komen vanaf 1-1-2015. Misschien is het verstandig om alsnog te rade te gaan bij bedrijven die al lang begrepen hebben dat het slim is om klanten te betrekken bij je productontwikkeling. Ook uit de politieke campagnes van bijvoorbeeld Obama zijn nuttige lessen te trekken als het gaat om de voordelen van “grass roots” campagne voeren.
Het is dan ook ronduit jammer dat de kans om maximaal gebruik te maken van de mogelijkheid om een goede eerste indruk te maken niet door alle betrokkenen gezamenlijk met alle handen is aangegrepen. Er zijn nog 45 werkdagen te gaan om het nodige reparatiewerk te verrichten. Dat is nodig, omdat een goede wederzijdse informatievoorziening voor cliënten, met cliënten en door cliënten een cruciale pijler vormt onder een zorgvuldige transitie.
Erik Gerritsen
Meer columns van Erik Gerritsen leest u hier.
Het lijkt erop dat Amsterdammer in een andere wereld leeft dan ik. Ik zie dat 300.000 kinderen per jaar in Nederland door 30.000 jeugdzorgwerkers, over het algemeen uitstekend worden geholpen. Ouders met opvoedvragen, scholen met vragen en problemen worden door de jeugdzorg ondersteund met goede resultaten. Als er in andere gevallen een beslissing door de rechter genomen wordt, dan is er 1 van de partijen die het er niet mee eens is. Deze gaat soms vol in de aanval tegen Jeugdzorg, maar gaat niet in beroep tegen de rechter. Jeugdzorg voert alleen de rechtelijke beslissing uit, maar neemt deze beslissing niet.
In uw wereld wilt u dat al deze taken door de burger worden gedaan. Die moeten hulp geven aan ouders die geen raad weten met hun kind, omdat zij elkaar niet begrijpen. Die moeten dan gaan kijken of bij de buren de kinderen mishandeld worden, na een hulpvraag van het kind, en de burgers moeten daar hulp gaan bieden om de mishandeling te stoppen en bij ernstige mishandeling het kind ergens anders onder brengen. Ik wens u veel succes met uw burgers/buren die in uw huis komen kijken, maar dat gaat niet lukken, denk ik. Ieder mens maakt in zijn leven fouten, maar ik denk dat buren/burgers die het wiel uit moeten vinden in de jeugdzorgproblematiek andere beslissingen zullen gaan nemen dan de huidige professionals.