Gemeenten willen extra geld tegen leerachterstand
De leerachterstand die kinderen en jongeren tijdens de coronacrisis hebben opgelopen, moet worden ingehaald. Het rijk moet hiervoor extra geld aan gemeenten beschikbaar stellen. Op initiatief van de Lelystadse onderwijswethouder Madelon van Noort (Mooi Lelystad/Forum voor de Ouderen) wordt daartoe op de algemene ledenvergadering van de VNG een motie ingediend.
De leerachterstand die kinderen en jongeren tijdens de coronacrisis hebben opgelopen, moet worden ingehaald. Dit kan door kinderen en jongeren de komende drie jaar meer tijd op school te laten doorbrengen. Het rijk moet hiervoor extra geld aan gemeenten beschikbaar stellen.
Motie ALV
Gemeenten zorgen er vervolgens voor dat, in overleg met schoolbesturen, het geld op de juiste plek terechtkomt. Een motie waarin het kabinet wordt opgeroepen voor de komende drie schooljaren de zogeheten verlengde onderwijstijd in te voeren, en daarvoor extra geld voor gemeenten vrij te maken, wordt vrijdag ingediend tijdens de algemene ledenvergadering van de VNG. Initiatiefnemer van de motie is de Lelystadse onderwijswethouder Madelon van Noort (Mooi Lelystad/Forum voor de Ouderen).
Grote zorgen
‘Ik maak me grote zorgen over de achterstand die kinderen en jongeren nu oplopen. Die zorgen worden gedeeld door de schoolbesturen waarmee ik vaak overleg’, aldus Van Noort. Ze tekent daarbij meteen aan dat ze achterstand een vreselijk woord vindt. ‘Als kinderen in zo’n hokje worden gestopt, levert dat voor hen extra druk op.’ Maar het is aan de andere kant wel de realiteit. ‘Juffen en meesters, en ook ouders, doen hun stinkende best om de kinderen zo goed mogelijk les te geven en te begeleiden. Maar thuisonderwijs is nu eenmaal heel anders dan onderwijs op school.’ Van Noort doelt dan niet alleen op taal- en rekenonderwijs, maar juist ook op het sociale aspect. ‘Kinderen hebben sociale interactie nodig. Ze moeten leren omgaan met kinderen in de klas, ook als die niet allemaal even aardig zijn. Ook hebben ze vriendjes en vriendinnetjes nodig.’
Gat in taalontwikkeling
Taalontwikkeling is wel heel belangrijk, benadrukt Van Noort. Nu kinderen veel thuis zitten, ontstaat er een gat in die taalontwikkeling. Dat geldt zeker bij kinderen die thuis minder met de Nederlandse taal in aanraking komen. Voorkomen moet worden dat een kind zijn hele schoolcarrière met dat ‘gat’ blijft zitten en er ook daarna last van blijft houden. ‘Ook scholen maken zich daar grote zorgen over’, weet Van Noort. Vandaar dus het idee voor de verlengde onderwijstijd, waarbij kinderen de komende drie jaar meer tijd op school kunnen doorbrengen.
Zomerschool
Per wijk moet worden gekeken hoe daar het beste invulling aan kan worden gegeven. ‘In bijvoorbeeld de ene wijk kan het beter zijn om kinderen elke dag wat langer op school te houden; in een andere wijk is een zomerschool wellicht een betere optie.’ Elke gemeente moet in overleg met de schoolbesturen de beste aanpak kiezen. Die extra uren school moeten in de breedste zin van het woord worden ingevuld, wil de onderwijswethouder. Het gaat daarbij dus niet alleen om bijvoorbeeld taal en rekenen, maar ook om sport en cultuur.
Probleem gemeenten
Van Noort beseft dat gemeenten niet zo veel in de melk te brokkelen hebben als het gaat om onderwijs. ‘Maar op het moment dat het misgaat, is het wel een probleem van de gemeente.’ Bij schooluitval moeten de leerplichtambtenaren op pad en als kinderen en jongeren sociaal-emotionele problemen krijgen, komen ze wellicht in de jeugdhulp terecht. Ook om andere redenen vindt Van Noort het belangrijk dat de gemeenten in de strijd tegen leerachterstand door corona een stevige regierol krijgen. ‘Scholen hebben hun handen vol om het onderwijs georganiseerd te krijgen. Zij moeten zich niet hoeven te bekommeren over de financiën. Hun belangrijkste taak is nu om voldoende juffen en meesters voor de klas te krijgen en ervoor te zorgen dat zij het volhouden.’
Honderden miljoenen
Het wegwerken van achterstanden, en de motie, geldt overigens voor zowel het basisonderwijs, de middelbare scholen en het middelbaar beroepsonderwijs (mbo), benadrukt Van Noort. Een exact bedrag dat de komende drie jaar nodig is, heeft de onderwijswethouder niet in gedachte. Het gaat wel om honderden miljoenen. ‘Het kabinet heeft voor dit jaar 244 miljoen euro uitgetrokken.’ Dat geld is bedoeld om achterstanden van kwetsbare kinderen weg te werken, die ze tijdens de lockdown van de scholen in het onderwijs hebben opgelopen. Dat geld is bedoeld voor het basisonderwijs, voortgezet onderwijs en middelbaar beroepsonderwijs. Schoolbesturen kunnen via een aanvraag een beroep doen op dat potje. Daar zouden schoolbesturen hun spaarzame tijd niet in hoeven moeten stoppen, vindt Van Noort. Ze vindt het daarnaast oneerlijk dat kleinere scholen, die niet gepokt en gemazeld zijn in subsidieaanvragen, buiten de boot vallen. Ook dat is voor Van Noort een argument om gemeenten een regierol te geven.
Missie
Het inhalen van ontstane leerachterstanden en de gemiste onderwijstijd gaat Van Noort aan het hart. ‘Vanuit mijn tenen ben ik gemotiveerd om het onderwijs beter te maken. Dat is een van mijn missies als wethouder. Als er dan een crisis als deze langskomt, moet ik de kans grijpen om het verschil te kunnen maken.’
De motie is mede-ingediend door Almere, Dronten, Noordoostpolder, Urk, Groningen en Hilversum en wordt ondersteund door Haarlem, Hengelo, Zaanstad, Opsterland, Hoorn en Delft.
Reacties: 3
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.