Geen extra middelen voor gedupeerden

Het kabinet maakt geen extra middelen vrij voor huishoudens die financieel zijn getroffen door tegenstrijdige regelingen. Dat zeggen ministers Karien van Gennip (Sociale Zaken) en Carola Schouten (Armoedebeleid en Participatie), en de staatssecretarissen van Financiën in hun reactie op Kamervragen. Door een complexe samenloop van toeslagen en regelingen zijn ruim 10.000 gezinnen onbedoeld in de problemen gekomen. Zij komen daardoor onder het bestaansminimum terecht.

Tot de slachtoffers behoren onder meer huishoudens waarbij de ene partner een UWV-uitkering en de ander (bijna) geen inkomen heeft. Deze gezinnen kregen te maken met een afbouw van toeslagen, waardoor zij aan het einde van de maand minder overhouden dan een koppel in de bijstand.

Van Gennip en Schouten spraken eerder al van ‘een complexe samenloop van het stelsel van sociale zekerheid, fiscaliteit en toeslagen’. Volgens de bewindslieden heeft ‘de complexiteit van deze casus’ ervoor gezorgd dat er te lang geen structurele oplossing is gevonden. Dit vergt namelijk een ‘gezamenlijke inspanning’ van kabinet, gemeenten, uitvoeringsinstanties en parlement. Over deze voortgang wordt de Tweede Kamer deze maand nog geïnformeerd.

Bijzondere bijstand

Tot die tijd moeten gemeenten wel ondersteuning kunnen bieden aan de gedupeerden, vinden de ministers en staatssecretarissen. Daarom kwamen Schouten en Van Gennip onlangs met een voorlopige instructie. Huishoudens die door de regelingen in de problemen zijn gekomen moeten via de bijzondere bijstand worden geholpen. Dit is tijdelijk en geldt alleen voor inwoners die zich dit jaar bij de gemeente melden. Hiermee moet worden voorkomen dat geboden ondersteuning een verder verlies van toeslagen veroorzaakt.

Van Gennip en Schouten gaan echter uit van ‘beperkte aantallen huishoudens’, en voelen zich zodoende niet genoodzaakt extra middelen te reserveren. Beiden erkennen dat een passende oplossing ‘wenselijk en dringend nodig’ is, maar voorlopig moeten gemeenten het doen met de bijzondere bijstand. ‘We zoeken op dit moment naar mogelijkheden om deze mensen te helpen’, aldus de ministers.  

Sociaal minimum

In de tussentijd zegt het kabinet beleid te hebben gevoerd dat ‘gunstig uitpakt voor mensen op het sociaal minimum.’ Als voorbeeld wordt de stijging van het wettelijk minimumloon genoemd. Daarnaast heeft het kabinet een ‘historisch groot koopkrachtpakket’ samengesteld, met onder meer een verhoging van de zorgtoeslag, huurtoeslag en het kindgebonden budget. Op de vraag of de ministers het huidige sociaal minimum toereikend vinden geven ze niet thuis. Reden hiervoor is het aankomende rapport van de onafhankelijke Commissie sociaal minimum, dat naar verwachting op 30 juni wordt gepresenteerd. ‘Wij kunnen niet vooruitlopen op de uitkomsten van deze onafhankelijke commissie’, stellen de bewindslieden.