'Geef salaris in plaats van uitkering'

Mensen die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen moeten als ze werken toch een volledig salaris krijgen. Het voornemen om ze door de werkgever te laten betalen naar vermogen en dat aan te vullen met een uitkering is niet wenselijk. Dat zegt de voorzitter de brancheorganisatie van sociale werkvoorzieningsbedrijven Cedris, Joan Leemhuis-Stout. ‘Een werknemer moet worden behandeld met alle rechten en plichten die daarbij horen. Dus ook een salaris.’

In de Eerste Kamer ligt een wetsvoorstel dat een proef mogelijk moet maken om degenen die minder kunnen verdienen dan het minimumloon naar vermogen te betalen. Dat betekent dat iemand die veertig procent productief is, ook veertig procent betaald krijgt van de werkgever. De overheid vult de rest dan aan met een uitkering. Dit systeem van loonsuppletie moet het voor werkgevers aantrekkelijker maken deze groep aan te nemen. Ook zou er een stimulerende werking van uit gaan voor de werknemer zelf, omdat die bij hogere productiviteit meer inkomen krijgt.

Leemhuis gelooft meer in loonkostensubsdie. In de sociale werkvoorziening ziet ze het positieve effect als iemand een begeleide baan bij een ‘gewone’ baas krijgt en daar salaris ontvangt. De werkgever wordt via een subsidie gecompenseerd. ‘Het salaris geeft mensen het gevoel er echt bij te horen. Het geeft ze trots en zelfvertrouwen en dat vertaalt zich weer in meer motovatie en minder ziekteverzuim. Met loonsuppletie blijven deze mensen afhankelijk van een uitkering. Het lijkt semantiek, maar het maakt voor hen echt veel verschil.’

Gemotiveerd

Dat het voor werkgevers eenvoudiger is iemand in dienst te nemen onder een systeem van loonsuppletie wordt volgens de Cedris-voorzitter door de praktijk gelogenstraft. ‘In de sociale werkvoorziening hebben we ervainring met het allemaal zo gemakkelijk mogelijk regelen van de zaken voor de werkgever. Loonsubsidie hoeft helemaal niet ingewikkeld te zijn. En het grote voordeel ervan is dat die werkgever er een gemotiveerde werknemer voor krijgt.’

Het wetsvoorstel voorziet in experimenten met loonsuppletie, om te zien hoe het in de praktijk uitwerkt. Leemhuis pleit ervoor dat de deelnemende gemeenten de experimenten zo inrichten dat de effecten van loonsubsidie en loonsuppletie goed kunnen worden vergeleken. ‘Richt je nou niet meteen helemaal op die suppletie, maar zorg dat er een eerlijke afweging gemaakt kan worden.’